Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Nes, Johan Frederik Walraven van

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken

Globalisering in de negentiende eeuw

Deze pagina is gewijd aan Johan Frederik Walraven van Nes, een Utrechtse 19e-eeuwse jurist die een aantal jaren in 's-Heerenberg heeft gewoond. Zijn levensverhaal omspant echter de halve wereld. Niet alleen was hij ambtenaar in Nederlands-Indië, ook zijn drie huwelijken hadden elk een eigen internationaal karakter. Deze en andere bijzonderheden konden worden blootgelegd dankzij het vele archiefmateriaal dat erfgoedcentra in Nederland en daarbuiten de laatste jaren hebben gedigitaliseerd en via internet toegankelijk gemaakt.

Van Nes komt in de bronnen ook voor onder de Franse variant van zijn naam: Jean Frédéric Walrave van Nes. Daarnaast wordt hij weleens vermeld als J.F. Walraven van Nes, als zou hij een dubbele achternaam hebben gehad. Walraven was echter zijn derde voornaam, zodat bronnen die hem J.F.W. van Nes noemen, het bij het rechte eind hebben. Walraven is een voornaam die eertijds met name in de Betuwe voorkwam.

Het bericht van Van Nes' vaders overlijden in Batavia, Oost-Indië, in de Oprechte Haarlemsche Courant van 25 oktober 1804. De bewoording doet vermoeden dat geruchten over de dood van Van Nes senior Nederland al eerder bereikt hadden.
Het bericht van het huwelijk van Van Nes' schoonouders in Essequebo, West-Indië, in de Rotterdamsche Courant van 20 oktober 1798

Van Nes werd op 17 oktober 1795 geboren in Utrecht als enige zoon van Willem Jacob van Nes en Catharina Maria Anna de Braconier. Op 8 november daaropvolgend werd hij Nederduits-gereformeerde gedoopt.

Op een nog onbekende dag na Van Nes' geboorte is zijn vader naar Nederlands-Indië vertrokken, waar hij in Batavia een functie bekleedde bij de Raad van Justitie. Voor hun huwelijk in 1793 hadden zijn ouders in een notariële akte laten vastleggen dat de langstlevende van hen automatisch voogd over hun eventuele nog minderjarige kind of kinderen zou worden. Zijn moeder, nu in feite een alleenstaande ouder, was er blijkbaar niet gerust op dat haar man uit de tropen zou terugkomen, want zij ging op 12 januari 1804 naar de notaris om de voogdij over haar zoon te regelen voor het geval zij voortijdig zou overlijden. Zij bepaalde dat haar broer Henri Charles Alexandre de Braconier dan voogd moest worden zolang de "uitlandigheid" van haar man voortduurde. Toeval of niet, in oktober van datzelfde jaar 1804 ontving zij bericht uit Batavia dat haar man daar in januari op 33-jarige leeftijd was overleden. Zelf overleed zij echter pas op 2 augustus 1841 in Utrecht, 74 jaar oud, zodat haar broer niet als voogd heeft hoeven op te treden. Toch heeft haar broer een belangrijke, zij het onbekende, rol gespeeld in het leven van Johan Frederik Walraven, zoals zal blijken uit de namen die een van diens zonen kreeg.

Ten tijde van de Slag bij Waterloo in 1815 was Van Nes van dienstplichtige leeftijd. Een van zijn huwelijksakten vermeldt een medaille van Waterloo, maar noemt geen details. We weten dus niet of dit een herinnerings- of een dapperheidsonderscheiding was, maar het is duidelijk dat hij aan deze Slag heeft deelgenomen.

In februari 1819 studeerde Van Nes in zijn geboortestad Utrecht af als meester in de rechten, waarna hij in Zutphen werk vond als advocaat. Daar trouwde hij op 15 maart 1820 met Maria Antoinetta Remij, dochter van Christoffel Remij en Bathseba Dionijsia Doedens. Zij woonde in Zutphen, maar was van niet alledaagse herkomst: zij werd op 20 juni 1799 geboren in Essequebo en op 11 december van dat jaar door een Anglicaanse priester gedoopt in Demerary. Haar ouders waren op 11 juni 1798 getrouwd in Essequebo, waar haar vader veilingmeester was. In april 1816 publiceerde de Royal Gazette, een krant in Brits-Guyana, op drie achtereenvolgende zaterdagen een lijst van personen die van plan waren de kolonie te verlaten. Daaronder waren C. Remy and Lady, and four children. Het ligt voor de hand dat zij toen naar Nederland zijn gekomen.

Essequebo en Demerary vormden vanaf het begin van de 17e eeuw tot 1814 een Nederlandse kolonie in Zuid-Amerika ten westen van Suriname. Het gebied werd een aantal keren door Britse troepen bezet, onder meer in de tijd dat Maria Antoinetta Remij werd geboren. Dit verklaart haar doop door een Anglicaanse priester. In 1814 werd de kolonie met aangrenzend Nederlands gebied definitief aan Groot-Brittannië toegewezen en samengevoegd tot de kolonie Brits-Guyana. Het was deze kolonie die het gezin Remij in 1816 verliet.
Pieter Hamers is als militair In Essequebo en Demarary gelegerd geweest.

Ambtenaar in Nederlands-Indië

In dit bericht uit de Bataviasche Courant van 5 juni 1824 wordt Van Nes' achternaam onjuist als Walraven van Nes vermeld. Deze fout kwam wel vaker voor.

In Zutphen werd nog geen vier maanden na Van Nes' huwelijk een zoon geboren. Niet lang daarna kreeg hij een aanstelling in Arnhem, maar al in 1823 vertrok hij met zijn gezin naar Nederlands-Indië – wellicht in het voetspoor van zijn vader. In Batavia werd hij benoemd tot buitengewoon raad bij het Hooggerechtshof. Hij raakte er bevriend met Léonard de Bus de Gisignies, die van 1826 tot 1830 gouverneur-generaal van Nederlands-Indië was. In het eerste ambtsjaar van De Bus de Gisignies verliet Van Nes het Hooggerechtshof en werd bestuursambtenaar op Java. Hij begon als assistent-resident van Soerabaja, werd een jaar later resident van Djokjakarta en in 1831 resident van Pasoeroean. Een resident was de hoogste bestuursambtenaar van een gewest in de kolonie Nederlands-Indië en stond in de bestuurlijke hiërarchie direct onder de gouverneur-generaal.

Hoeveel kinderen Van Nes met Maria Antoinetta Remij had, is uit de beschikbare bronnen niet te achterhalen. Behalve de zoon die in 1820 in Zutphen werd geboren, zijn twee dochters bekend, die in 1831 en 1832 op Java werden geboren. Het ligt voor de hand dat er in de tussenliggende jaren (en nadien) meer kinderen zijn geboren, maar als dit zo is, zijn die blijkbaar jong overleden.

Op een nog niet achterhaalde datum vóór december 1839 werd Van Nes benoemd tot ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

Gescheiden en hertrouwd in 's-Heerenberg

Dit bericht uit de Oprechte Haarlemsche Courant van 12 februari 1835 heeft het over "gesepareerd van bijwoning en goederen". Het vonnis zelf gebruikte de formulering "gescheiden van tafel, bed, bijwoning en goederen".

Eind 1839 kwam Van Nes met verlof naar Nederland. Volgens De Avondbode van 17 december 1839 had hij een verzameling Javaanse vogels, amfibieën en vissen bij zich, die hij heeft geschonken aan het "naturaliënkabinet" van de universiteit van Utrecht, zijn Alma mater. We kunnen gevoeglijk aannemen dat dit opgezette dieren waren.

Een belangrijkere aangelegenheid was echter de scheiding van Maria Antoinetta Remij. Als sinds 7 mei 1834 waren Van Nes en zijn vrouw bij een vonnis van de Raad van Justitie in Soerabaja gescheiden van tafel, bed, bijwoning en goederen. Het huwelijk werd op 26 maart 1840, op de kop af na twintig jaar, in Amsterdam ontbonden. De scheidingsakte vermeldt dat Maria Antoinetta Remij zich op dat moment in Berlijn bevond – wellicht was ze er met een Duitser vandoor gegaan. De burgerlijke stand in Zutphen werd ook ingelicht, zodat de scheiding daar op 20 augustus in de huwelijksakte van 1820 werd aangetekend.

Nog datzelfde jaar, op 26 september, hertrouwde Van Nes in de gemeente Bergh met de Pruisische barones Eugenia Clara Alexandrina Carolina Adolphina Barbara von Hertefeld. Zij werd op 18 december 1819 geboren in Marienbaum bij Xanten als dochter van Johan Adriaan Carel baron von Hertefeld en Therese Henriëtte Jeanette Isabella Charlotte Adelaida van Nispen. Ten tijde van haar huwelijk woonde zij in Düsseldorf.

Zijn nieuwe schoonmoeder was een zus van Lodewijk van Nispen, administrateur van Huis Bergh. Dit verklaart de band tussen zijn nieuwe echtgenote en Bergh, maar verraadt nog niet hoe Van Nes haar heeft leren kennen. Een vermoeden is dat Van Nispen hierbij een rol heeft gespeeld. Niet alleen werd het huwelijk in Bergh gesloten, maar Van Nispen zelf was een van de getuigen. De andere getuigen waren gemeenteontvanger Willem van Ditshuizen, dominee Immink van Zeddam en de winkelier Johannes Eenhuizen.

Van Nes was eind augustus 1840 vanuit Den Haag, waar hij tot dan toe zijn verlof had doorgebracht, naar 's-Heerenberg gekomen. Volgens het bevolkingsregister bleef hij daar wonen tot 1 december 1841. Mogelijk heeft hij zo de begrafenis van zijn moeder kunnen bijwonen. Zij was, zoals hierboven al vermeld, op 2 augustus 1841 in Utrecht overleed. Zijn vrouw komt in het Berghse bevolkingsregister echter niet voor, wat doet vermoeden dat Van Nes weliswaar officieel in 's-Heerenberg woonde, maar meestal elders verbleef. Misschien was hij vaker in Arnhem, waar zijn vrouw op 6 augustus 1841 "ten huize van molenaar Van de Wall aan de Janssingel" beviel van een dochter. Voor een baronesse lijkt dit een wat merkwaardig adres, maar de geboorteadvertentie die op 10 augustus in de Oprechte Haarlemsche Courant verscheen, spreekt van een zeer voorspoedige bevalling. Desalniettemin blijft onduidelijk waar het jonge echtpaar Van Nes – Von Hertefeld in die tijd woonde.

Terug naar Indië

Ook in dit bericht uit de Javaasche Courant van 30 april 1842 wordt Van Nes' achternaam onjuist vermeld.
De overlijdensadvertentie voor Van Nes' schoonmoeder in de Javaasche Courant van 24 juni 1843

Eind 1841 of begin 1842 is Van Nes met zijn gezin teruggekeerd naar Indië. Behalve zijn jonge vrouw en hun dochter, ging ook zijn schoonmoeder mee. Zij overleed op 24 mei 1843 in Batavia. Er zijn geen aanwijzingen dat Van Nes' dochters uit zijn eerste huwelijk, hoewel zij nog kinderen waren, de reis naar Nederland hebben meegemaakt. Ook van zijn oudste zoon, die toen al twintig was, is niet bekend dat hij toen in Nederlands is geweest.

Bij zijn terugkomst in 1842 werd Van Nes benoemd tot resident van Semarang en vervolgens in juni 1843 tot lid van de Raad van Indië, een onafhankelijk adviesorgaan voor de gouverneur-generaal. Uit zijn tweede huwelijk werden in deze periode nog twee kinderen geboren; in 1843 een zoon en in 1846 een dochter.

Hij hield zich niet alleen met de praktische taakvervulling van zijn ambt bezig, zoals blijkt uit meerdere publicaties van zijn hand uit deze jaren. In 1844 schreef een kritisch artikel over de onderdrukking en vernedering van de Javaanse bevolking door Indische bestuursambtenaren tijdens de Java-oorlog (1825–1830). Het verscheen in het Tijdschrift voor Neêrlands Indië onder de titel Verhandeling over de waarschijnlijke oorzaken die aanleiding tot de onlusten van 1825 en de volgende jaren in de Vorstenlanden gegeven hebben (6e jaargang, 4e deel, blz. 113-171). De Vorstenlanden waren de sultanaten Djogjakarta en Soerakarta op Midden-Java. Van Nes was in de tweede helft van de Java-oorlog resident van Djogjakarta. Het feit dat hij in die tijd een militaire onderscheiding heeft ontvangen (vermoedelijk de "Medaille van den Oorlog op Java (1825-1830)"), wijst erop dat hij aan de strijd heeft deelgenomen, of daar in elk geval bij betrokken is geweest. Verder uitte hij kritiek op enkele van zijn collega's wegens hun seksueel ongepaste gedrag tegenover vrouwelijke familieleden van de sultan van Djogjakarta. Later, in 1851, schreef hij voor het Tijdschrift voor Neêrlands Indië een artikel getiteld De Chinezen op Java.

In de jaren 18481849 schreef hij, alleen of samen met F.C.J. van Swieten, enkele kritische pamfletten over de koloniale grondpolitiek op Java. De volgende titels zijn bekend.

  • Eenige Denkbeelden over den verkoop van landerijen op Java, 's-Gravenhage, Gebroeders Belinfante, 1848
  • Eenige beschouwingen over koloniale aangelegenheden 's-Gravenhage, Gebroeders Belinfante, 1848
  • Met F.C.J. van Swieten: De nieuwe bedenkingen tegen den verkoop van landerijen op Java, Zaltbommel, R. van der Poll, 1848
  • Over grondeigendom en landverkoop op Java, 's-Gravenhage, Gebroeders Belinfante, 1849
  • Vervolg op Eenige beschouwingen over koloniale aangelegenheden, 's-Gravenhage, Gebroeders Belinfante, 1849

Opnieuw naar 's-Heerenberg

Uit de Oprechte Haarlemsche Courant van 6 november 1849

In 1847, het jaar waarin hij 52 werd, kwam Van Nes als gepensioneerd ambtenaar naar Nederland. Hij ging met zijn gezin en een hele hofhouding wonen in het huis In de Lants Croon aan de Molenstraat in 's-Heerenberg.

Twee jaar later ontving hij daar het bericht dat zijn oudste zoon op Java was overleden. Opvallend is dat er in het overlijdensbericht dat hij in de krant liet plaatsen, staat dat zijn zoon ook "behuwd-zoon" was. Wij zouden zeggen "zwager". Als de zoon vanuit het gezichtspunt van zijn ouders ook zwager was, dan moet er ook een getrouwde dochter zijn geweest. Was een van zijn meer dan tien jaar jongere zussen al getrouwd? Daar is geen bewijs voor gevonden.

In 's-Heerenberg was hij lid van de Commissie van Toezicht van de kostschool van Bastiaan Kouwenberg, even verderop op de hoek van de Hofstraat en de Kerkstraat. Bij hem konden inlichtingen over deze school worden ingewonnen.

Van Nes heeft tot 1855 in 's-Heerenberg ingeschreven gestaan, maar in de jaren 18511852 is hij weer in Indië geweest. Het bevolkingsregister vermeldt achter zijn naam (maar niet achter die van zijn gezinsleden) tijdelijk afwezig naar Neerlands Oost-Indiën. Dit wijst erop dat hij die keer zonder vrouw en kinderen naar Indië is geweest. Uit een bericht in de NRC van 29 augustus 1853 blijkt de reden van zijn afwezigheid. Hij was door de minister van Koloniën gevraagd de reeds meerdere maanden vacante post van vicepresident van de Raad van Indië op zich te nemen. Dat aanbod heeft hij aangenomen, maar hij moest na ongeveer een jaar om gezondheidsredenen terugkeren naar Nederland. Tijdens zijn ziekteverlof kreeg hij een verlofstractement van tienduizend gulden per jaar, dat hij een jaarlang genoten heeft. Daarna werd hem, aldus de Nederlandsche Staatscourant van 26 april 1853, bij Koninklijk Besluit van 17 april 1853 eervol ontslag uit 's lands dienst verleend en een pensioen toegekend.

Op 31 mei 1855 verhuisde Van Nes met zijn gezin naar Doesburg. Alleen de oudste dochter uit zijn eerste huwelijk ging niet mee, omdat zij enkele maanden eerder al naar Deventer was vertrokken. Van Doesburg werd het gezin op 27 juli 1861 uitgeschreven naar Breda.

Zijn verdere leven

Uit de Bredasche Courant van 31 juli 1864

In Breda trouwde Van Nes' jongste dochter op 17 februari 1864, zeventien jaar oud, met een Fransman van 34. Het is aan te nemen dat zij met hem in Frankrijk is gaan wonen. Kort daarna, op 25 juli, overleed zijn tweede vrouw in Düsseldorf, de stad waar zij woonde voor zij trouwde. Waarschijnlijk was zij er op familiebezoek. Van haar overlijden is in Breda een memorie van successie opgemaakt.

Ruim een jaar na het overlijden van zijn tweede vrouw, trouwde Van Nes voor de derde keer. Dat was op 23 september 1865, een maand voor hij zeventig werd. Ook dit keer gaf hij een internationale draai aan zijn huwelijk, dit keer door in het buitenland – in België – met een Nederlandse vrouw te trouwen. Zijn bruid was de 23-jarige Antoinette Bremer, geboren op 29 april 1841 in Doesburg als dochter van Jacob Bremer en Johanna Gesina Prins. Het ligt voor de hand dat hij haar, toen zij nog een tiener was, in Doesburg al heeft gekend. Van Nes en zijn bruid woonden nu beide in Breda, maar verbleven in Schaarbeek bij Brussel, of zoals hun Belgische trouwakte het zegt domiciliés de droit à Breda, résidants à Schaerbeek.

In Schaarbeek bevond Van Nes zich onder zijn gelijken, want de getuigen bij zijn huwelijk waren:

  • Joseph Henry Levyssohn, 65 jaar, voormalig hoofd van de Nederlandse factorij in Japan (de handelspost die Nederland van 1616 tot 1859 op het eilandje Decima in de haven van Nagasaki had)
  • Renso van Noord Borski, 59 jaar, voormalig bankdirecteur in Soerabaja
  • Guillaume Gérard Corneille Geil, 57 jaar, voormalig civiel ingenieur in Nederlands-Indië
  • Jean Henri Schouten, 64 jaar, rentenier

Het is duidelijk dat Van Nes en zijn derde vrouw elkaar al een tijdje kenden, want op 2 november 1865, maar zes weken na hun huwelijk, werd in Brussel een dochter geboren. Het lijkt erop dat zij daarna niet meer naar Breda zijn teruggekeerd, want hun huwelijk werd op 24 juli 1867 ingeschreven in Utrecht. Omstreeks die tijd werd in Zeist een zoon werd geboren.

Na terugkeer uit België is Van Nes waarschijnlijk de rest van zijn leven in of bij Utrecht blijven wonen. Hij overleed in zijn geboortestad op 27 februari 1873, 77 jaar oud. Over het verdere lot van zijn derde vrouw zijn geen gegevens voorhanden.

Een portret?

Naar verluidt bestaat er een portret van Van Nes gemaakt door de Belgische portretschilder François-Joseph Navez (17871869). Het bevindt zich in particulier bezit, zodat nadere bijzonderheden ontbreken. Zo is niet bekend wanneer Navez het geschilderd heeft. In 1836 heeft Navez een portret gemaakt van Léonard de Bus de Gisignies (Van Nes' vriend de voormalig gouverneur-generaal van Nederlands-Indië), maar dit is geen indicatie voor de datering van Van Nes' portret. De Bus de Gisignies kwam uit de Zuidelijke Nederlanden en was daarmee in 1830 Belg geworden. In 1836 woonde hij ook in België, terwijl Van Nes toen nog in Indië was. Gezien Naves' leeftijd is het niet aannemelijk dat hij het portret tijdens Van Nes' verblijf in Schaarbeek (rond 1865) heeft gemaakt.

Zijn kinderen

Uit zijn eerste huwelijk

  • Frédéric Charles Antoine, op 2 juli 1820 geboren in Zutphen, op 29 oktober 1849 overleden in Kediri, Oost-Java.
  • Catharina Maria Anna, in 1831 geboren op Java
  • Cornelia Wilhelmina, in 1832 geboren op Java

Uit zijn tweede huwelijk

Uit de Javaasche Courant van 22 februari 1843
  • Gabriele Maria Theresia Emilie, geboren op 6 augustus 1841 in Arnhem
  • Henri Charles Alexandre, geboren op 12 februari 1843 in Semarang. Zijn voornamen waren gelijk aan die van zijn oudoom die in 1804 tot reserve-voogd van zijn vader was benoemd. Op verzoek van zijn vader gaf de gouverneur-generaal van Nederlands-Indië volgens de Nederlandsche Staatscourant van 22 augustus 1844 toestemming "De Braconier" aan zijn achternaam te mogen toevoegen, zodat hij officieel ging heten Henri Charles Alexandre de Braconier van Nes. Hij trouwde met een Pruisische en kreeg vijf kinderen, van wie de oudste zoon in 1873 in Amerika werd geboren. Ook hij kreeg de voornamen Henri Charles Alexandre. Het hele gezin emigreerde in 1890 vanuit Zutphen naar de Boerenrepubliek Transvaal.
  • Eulalie Emilie Eugenie Frederica, op 6 maart 1846 geboren in Batavia. Zij trouwde op 17 februari 1864, zeventien jaar oud, in Breda met een 34-jarige Fransman.

Uit zijn derde huwelijk

  • Wilhelmine Jacobée Frédérique, geboren in Brussel op 2 november 1865. Haar woonplaats was Antwerpen toen zij op 11 augustus 1919 op 53-jarige leeftijd in Groningen overleed.
  • Johan Frederik Anton, geboren 30 juli 1867 in Zeist, overleden op 28 juni 1912 in Arnhem, 44 jaar oud.

Onderscheidingen

Uit het Handelsblad van 24 maart 1851
  • Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw (voor 1839)
  • Commandeur in de Orde van de Eikenkroon (1851; in latere berichtgeving komt hij voor met de hogere rang van grootofficier in deze orde)
  • Een onderscheiding in verband met de Slag bij Waterloo
  • Een militaire onderscheiding verkregen op Java (vermoedelijk de "Medaille van den Oorlog op Java (1825-1830)")


Bronnen