Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Tuger (boerderij Vethuizen)

Uit Berghapedia
Versie door Verre neef (overleg | bijdragen) op 9 jul 2020 om 07:42 (Bronnen: cat)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken

De Tuger is een boerderij aan de Holthuizerstraat (voorheen Vethuizen nummer 18) in Vethuizen. Het is niet bekend waar de naam De Tuger vandaan komt, of sinds wanneer de boerderij zo heet. In oude documenten wordt de boerderij aangeduid als kaatstede met de naam t’Averengh.

Kaatstede t'Averengh met bijbehorend land ontstond omstreeks 1145 bij de opsplitsing in drieën van een groter goed. Een deel werd eigendom van de graafschap Bergh, een ander deel ging naar de proosdij van Emmerik en het derde deel, t’Averengh, kwam aan Wisch. De eerste leenman die genoemd wordt, is Johan van Aeswiin (overleden voor 13 mei 1475); de oudstbekende pachter, Luys Rabodozoon van de Kornhorst, werd al in 1334 vermeld. Vanaf 1753 wordt de boerderij bewoond door de familie Banning.

In 1692 droeg leenman Caspar van Els 17/24 van t’Averengh op aan het Gasthuis in 's-Heerenberg en de resterende 7/24 aan Barthold Heukhorst. Tot de latere eigenaren van dit kleinere deel behoorden de erfgenamen en nazaten van de Zeddamse dominee Boeseken. Op 15 oktober 1868 kocht het Gasthuis Sint-Gertrudis voor notaris Frans de Both ook dit deel, zodat het goed weer verenigd was in de handen van één eigenaar.

Al die tijd werd de kaatstede bewoond door de pachter; vanaf 1753 door Banning. Bij de watersnood van begin 1784 zijn Hendrik Banning (kleinzoon van de eerste Banning) en zijn zoon Jan omgekomen. Zij hadden zich op een zandopduiking kunnen redden, maar zijn doodgevroren.

In 1860 waren er plannen de boerderij te verbouwen. Architect Arnoldus te Wiel maakte toen een bestek en tekeningen, maar waarschijnlijk is de verbouwing niet uitgevoerd, want in 1871 vroeg Toon Banning om een nieuwe woning, omdat het toenmalige woonhuis bouwvallig was.

In 1873 stelden de provisoren van het Gasthuis vast dat de grond op de Tuger te zwaar was voor één paard, maar qua oppervlakte te weinig voor twee paarden. Daarop kochten de provisoren er grond bij. Het benodigde bedrag (2050 gulden) werd in termijnen van vier procent per jaar terugbetaald.

Johanna Maria Banning van de Tuger heeft in januari 1944 het Vliegende Fort gezien dat toen bij Vinkwijk is neergestort. Haar broer Jan is na de oorlog als dienstplichtig soldaat in Nederlands-Indië geweest.

In 1953 verpachtte Willem Banning een strook van 85 meter lang en tien meter breed aan de Nederlandse Aardolie Maatschappij. De NAM voerde in die tijd proefboringen naar olie uit aan de Lange Wei. Hoewel het land van de Tuger buiten het eigenlijke proefveld viel, was een aangrenzend stuk land nodig voor het maken van "grondbakken ter berging van de spoeling" en voor de omleiding van een afwateringssloot

Bronnen