Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Pleiner, Matheas

Uit Berghapedia
Versie door Verre neef (overleg | bijdragen) op 7 mei 2017 om 16:09 (Bronnen: cat)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken
De inschrijving van Pleiners doop op 27 augustus 1792 in het r.-k. doopboek van Wehl. Zowel hier als in zijn overlijdensakte is zijn naam gespeld als Matheas Pleiner. Zijn voornaam komt elders ook voor als Martinus, Mathijs en Matthijs; zijn achternaam ook als Pleijner en Plijnaar.
Klik op de afbeelding voor een vergroting.

Matheas Pleiner is soldaat geweest in de Grande Armée van Napoleon Bonaparte en daarna in het Nederlandse leger. Hij werd op 27 augustus 1792 rooms-katholiek gedoopt in Wehl als zoon van Joseph Pleiner en Maria Akkerman.

In Franse dienst

Pleiner was van de lichting van 1812, toen Wehl bij de gemeente Zeddam hoorde. Hiermee wordt hij tot de Berghse militairen uit de tijd van Napoleon gerekend. Hij werd als Martinus Pleijner onder stamboeknummer 59468 ingelijfd bij het 4e Garderegiment Tirailleurs. Het stamboek van dit regiment is echter nog niet online beschikbaar, zodat niet bekend is wanneer zijn diensttijd is begonnen.

Gezien zijn geboortejaar en het hoge stamboeknummer ligt het voor de hand dat hij de Veldtocht naar Rusland van 1812 niet meer heeft meegemaakt. Wel is het waarschijnlijk dat hij tijdens de terugtocht van Napoleons leger nog ergens in Duitsland is ingezet.

Bij het 4e Garderegiment Tirailleurs hebben geen andere mannen uit Bergh gediend.

In Nederlandse dienst

In elk geval heeft Pleiner zijn Franse diensttijd overleefd. Op 7 februari 1814 nam hij vrijwillig voor zes jaar dienst in het Nederlandse leger, dat een maand eerder, op 9 januari, was heropgericht. Hij werd ingelijfd bij het 4e Regiment Lichte Dragonders. Dit waren bereden infanteristen die zich te paard verplaatsten, maar te voet vochten. Hij werd als Matthijs Plijnaar onder nummer 1038 ingeschreven in het stamboek van dit regiment.

Het stamboek vermeldt als zijn signalement:

  • Lengte: 5 voet, 5 duim, 2 streek °)
  • Gezicht: rond & blozend
  • Voorhoofd: gedekt
  • Ogen: bruin
  • Neus: ordinair
  • Mond: ordinair
  • Kin: rond
  • Haar: bruin
  • Wenkbrauwen: bruin
  • Merkbare tekenen: geen

°) De gebruikte voet was de Rijnlandse voet van 31,4 cm.
Dit blijkt uit het stamboek van Hermanus Brugmans, waarin diens lengte zowel in voet, duim en streek als in el, palm, duim en streep vermeld staat. Pleiners lengte was dus ongeveer 1,70 m.

Bij het 4e Regiment Lichte Dragonders diende ook:

Al vrijwel meteen nadat hij in februari 1814 getekend had, werd Pleiner ingezet bij het Beleg van Naarden. Dit was de belegering van de vesting Naarden door Nederlandse troepen van november 1813 tot mei 1814. Het Franse garnizoen had zich daar verschanst nadat Napoleon in oktober 1813 was verslagen in de Slag bij Leipzig. Onder de manschappen waren veel Nederlanders, van wie een groot aantal deserteerde. De Fransen gaven zich over nadat bekend werd dat Napoleon in april 1814 was afgetreden als keizer van Frankrijk.

Vervolgens maakte Pleiner op 18 juni 1815 de Slag bij Waterloo mee. Daar werd Napoleon definitief verslagen. Datzelfde jaar – waarschijnlijk na Waterloo – werd hij aangesteld als hoefsmid van zijn compagnie.

Vijftien jaar later kwam de Belgische Revolutie met de afscheiding van België in 1830 en de Tiendaagse Veldtocht in 1831. Voor zijn deelname aan de krijgshandelingen in deze periode heeft hij het Metalen Kruis 1830–1831 ontvangen.

Op 1 november 1843 is hij "bij suppressie" (gedwongen?) overgegaan naar het 2e Regiment Dragonders, dat op die datum werd opgericht. Hij was toen 51 jaar. Hoe lang hij bij dit regiment heeft gediend en wanneer hij de dienst heeft verlaten, kon niet worden achterhaald.

Pleiner heeft meerdere keren bijgetekend voor perioden van twee of zes jaar. Aldus heeft hij de Bronzen Medaille ontvangen voor twaalf jaar trouwe dienst en de Zilveren Medaille voor 24 jaar trouwe dienst. In 1859 werd ook een Gouden Medaille voor 36 jaar trouwe dienst ingesteld, maar die kwam voor Pleiner te laat.

Zijn gezin

Op 3 mei 1817 trouwde Pleiner in Venlo met Anna Mechtildis Karmans, geboren op 24 september 1792 in Kaldenkerken, net over de grens in Pruisen, als dochter van Peter Karmans en Johanna Delissen. Hij was toen als hoefsmid in dienst bij de 6e compagnie van het 4e Regiment Lichte Dragonders. Pleiner had toestemming van zijn regimentscommandant om zich "in de huwelijkse staat te begeven".

Het echtpaar kreeg vier kinderen. Zij werden geboren in de stad waar Pleiner op dat moment gelegerd was.

  • Peter Joseph, geboren op 12 mei 1820 in Venlo. Hij nam net als zijn vader dienst bij de dragonders. Hij overleed op 16 december 1872 in Utrecht
  • Anna Maria Alexandra, geboren in 1822 in Maastricht, overleden aldaar op 24 mei 1823
  • Jacob Hubert, geboren op 27 mei 1826 in Venlo
  • Maria Francisca, geboren op 18 februari 1829 in Mechelen (nu België, toen het Verenigde Koninkrijk der Nederlanden; niet te verwarren met Megchelen.) Zij trouwde op 18 juli 1855 in Zutphen met Engelbertus Pothaar, opperwachtmeester bij het 3e Regiment Dragonders. Zij overleed op 8 maart 1914 in Den Haag.

De laatste datum waarop Pleiner als militair wordt genoemd is 1 november 1843, toen hij overging naar het 2e Regiment Dragonders. Pas op 1 mei 1854 duikt zijn naam weer op in de archieven, namelijk in een inschrijving in het bevolkingsregister van Zutphen. Komende uit Den Haag vestigde hij zich daar met zijn vrouw in de Korte Beukerstraat. Nog diezelfde maand, op 28 mei, vertrok hij met zijn vrouw naar Wehl.

Pleiner overleed in Wehl op 13 januari 1856, 63 jaar oud. Drie dagen na zijn overlijden is zijn weduwe teruggegaan naar Zutphen. Zij overleed op 27 maart 1870 in Haarlem, 77 jaar oud.

Bronnen