Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Stuwwal: verschil tussen versies
k (Geomorfologie was een weespagina) |
k |
||
| Regel 3: | Regel 3: | ||
De voortschuivende ijsmassa splitste zich plaatselijk in lobben, die de laagten tussen de plateaus binnendrongen en de randen er van opzij gingen drukken. Langs de randen van deze ijslobben ontstonden hierdoor langgerekte heuvels, de stuwwallen. De lob die ons gebied binnendrong vormde de oostelijke Veluwestuwwal, het [[Montferland]], de stuwwal van Kleef (Reichswald) en de stuwwal van Nijmegen-Groesbeek. | De voortschuivende ijsmassa splitste zich plaatselijk in lobben, die de laagten tussen de plateaus binnendrongen en de randen er van opzij gingen drukken. Langs de randen van deze ijslobben ontstonden hierdoor langgerekte heuvels, de stuwwallen. De lob die ons gebied binnendrong vormde de oostelijke Veluwestuwwal, het [[Montferland]], de stuwwal van Kleef (Reichswald) en de stuwwal van Nijmegen-Groesbeek. | ||
| + | ==Bronnen== | ||
| + | Toelichting op de Geomorfologische kaart van Nederland | ||
| + | J.A.M. ten Cate en G.C. van Maarleveld | ||
| + | Rijks Geologische Dienst | ||
{{Onderwerp|Geomorfologie}} | {{Onderwerp|Geomorfologie}} | ||
Versie van 15 aug 2007 om 19:23
Een stuwwal is een door voortschuivend landijs ontstane heuvelrug. Dit landijs bereikte tijdens het Pleistoceen, zo'n 200.000 jaar geleden Nederland. De stuwwallen moeten we zoeken in Midden-Nederland, het ijs bereikte de lijn Haarlem - Nijmegen. Je ziet ze niet gemakkelijk over het hoofd want ze kunnen tegen de 100 meter hoog zijn.
De voortschuivende ijsmassa splitste zich plaatselijk in lobben, die de laagten tussen de plateaus binnendrongen en de randen er van opzij gingen drukken. Langs de randen van deze ijslobben ontstonden hierdoor langgerekte heuvels, de stuwwallen. De lob die ons gebied binnendrong vormde de oostelijke Veluwestuwwal, het Montferland, de stuwwal van Kleef (Reichswald) en de stuwwal van Nijmegen-Groesbeek.
Bronnen
Toelichting op de Geomorfologische kaart van Nederland J.A.M. ten Cate en G.C. van Maarleveld Rijks Geologische Dienst
