Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Brobant
Op een munt uit de 14e eeuw staat de omschrijving: "Willem, heer van Bergh en graaf van Brobant". De naam Brobant is een vroege benaming van de heerlijkheid Gendringen. In de 12e eeuw komt deze benaming al voor en een gedeelte van Azewijn lag erin. In 1470 wordt melding gemaakt van de tienden te Wyken en de heerlijkheid Schulemborg, gelegen in de heerlijkheid van Brubant. Ook is een mededeling aangetroffen van Maria van Nassau, weduwe van graaf Willem van den Bergh die zij in 1598 deed en waarbij zij aan haar oudste zoon, graaf Herman van den Bergh "de heerlijkheid van altz genandt Brobant, itz Gendringen" vermaakte.
Na de 12e eeuw werd de naam Brobant niet veel meer gebruikt, in 1218 ziet men reeds Bocgenderine, blijkbaar een overgangsvorm, waaruit later Gendringen voortkwam. In 1305 was het al gewoon Gendringen. Brobant, oorspronkelijk waarschijnlijk Brocbant of Brucbant geheten, gaat al in de richting van broek, lage gronden doorsneden met kleine beekjes en stroompjes, lage en moerassige gebieden die hun naam aan deze omgeving hebben verbonden.
Als de eerste lettergreep van de naam Gendringen bekeken wordt, kan men er gent in herkennen, een naam die een zeer oude vorm is van water. Ing of eng betekent akker, dus Gendringen zou dan akkergronden temidden van water betekenen, in feite hetzelfde als het oude Brobant.