Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Dam, Johannes van
Johannes van Dam werd op 27 april 1805 in Zwollerkerspel geboren als zoon van Jan van Dam Meenteboer en Lucretia Schrijver.
Hij heeft de priesteropleiding gevolgd op het seminarie in 's-Heerenberg. Waarschijnlijk is hij in 1831, op 26-jarige leeftijd, tot priester gewijd. Hij was kapelaan te Hoonhorst in Salland van 1831 tot 1836 en werd daarna pastoor in de "Colonie" Frederiksoord en Vledder (Drenthe) van 1837 tot 1846.
In 1846 werd hij benoemd tot pastoor van de St. Cyriacusparochie te Hoonhorst. Toen in 1853 de Hollandse Missie werd opgeheven en de bisschoppelijke hiërarchie werd hersteld, kreeg ook pastoor Van Dam te maken met grote veranderingen. Een aantal plaatsen in de omgeving wilde een eigen kerk, waardoor Hoonhorst als parochie zou verdwijnen. Door intensief te lobbyen bij de aartsbisschop in Utrecht kreeg hij het uiteindelijk voor elkaar dat de nieuwe kerk in Hoonhorst zou komen, zodat hij in 1855 bouwpastoor werd. De nieuwe kerk werd op 12 mei 1858 ingewijd.
Pastoor Van Dam heeft slechts 6 jaar in "zijn" kerk kunnen werken. Hij overleed onverwacht te Hoonhorst op 31 juli 1864, 59 jaar oud. Hij was 35 jaar priester geweest, waarvan de laatste achttien jaar als pastoor te Hoonhorst.
Deken Van Kessel schreef op 1 augustus aan de aartsbisschop:
"Door dezen deel ik U het treurige bericht mede, dat Joannes van Dam gistermorgen plotseling is overleden. Nadat Z. Eerw. om 7 uur de H. Dienst had verrigt en een kwartier voor 10 geluid was, kwam Z. Eerw. niet te voorschijn. Men ging zijn kamer binnen, alwaar men hem leevenloos ter bed vond liggen. Z. Eerw. was aanhoudend wat sukkelend, doch had dien morgen volstrect geen teeken van ernstige ongesteldheid gegeven".
Pastoor Johannes van Dam werd op 4 augustus 1864 op het kerkhof te Hoonhorst begraven. Na een renovatie van het kerkhof in 1968 werden de stoffelijke resten van hem en een aantal van zijn opvolgers begraven in een priestergraf. Een van die opvolgers was pastoor Simons, die eerder kapelaan was geweest in Zeddam.