Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Molen Berntsen: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 2: Regel 2:
 
De eerste '''molen van Berntsen''' in [[Azewijn]], de "Koffiepot", werd in [[1856]] gebouwd voor Albertus Berntsen ([[1814]]–[[1886]]). De molen kwam te staan waar Franciscus Bernardus Bombaij in [[1841]] een windkorenmolen had laten bouwen door molenmaker Loman uit [[Arnhem]]. Die deed maar kort dienst, daar hij in de nacht van 8 op 9 april 1842 [[Brand|in vlammen]] opging.  De molen was verzekerd bij de Tielsche Brandwaarborgmaatschappij. De molenaar wilde de molen ook verzekeren bij de Bossche Brandwaarborg Maatschappij (agent was R. de Neree, secretaris van de gemeente [[Zevenaar]]).
 
De eerste '''molen van Berntsen''' in [[Azewijn]], de "Koffiepot", werd in [[1856]] gebouwd voor Albertus Berntsen ([[1814]]–[[1886]]). De molen kwam te staan waar Franciscus Bernardus Bombaij in [[1841]] een windkorenmolen had laten bouwen door molenmaker Loman uit [[Arnhem]]. Die deed maar kort dienst, daar hij in de nacht van 8 op 9 april 1842 [[Brand|in vlammen]] opging.  De molen was verzekerd bij de Tielsche Brandwaarborgmaatschappij. De molenaar wilde de molen ook verzekeren bij de Bossche Brandwaarborg Maatschappij (agent was R. de Neree, secretaris van de gemeente [[Zevenaar]]).
  
De molen werd in [[1887]] overgenomen door zoon Wilhelmus (Willem) Berntsen ([[1851]]–[[1921]]). De derde generatie, weer Albert, wilde meer graan kunnen verwerken. Hij haalde daarom in [[1905]] een voormalige houtzaagmolen (De Liefde), een rietgedekte achtkantige stellingmolen, uit Hoorn naar Azewijn. Dat was een heel transport. Per trein gingen de onderdelen naar Terborg. Met kar en paard ging het dan verder naar Azewijn. Ter plaatse werd het omgebouwd tot korenmolen door molenbouwer Kreeftenberg uit Varsseveld. Of daarbij van de oude ‘Koffiepot’ nog delen zijn hergebruikt is niet bekend. De stenen fundering werd door de firma Dijker-de Lange gemetseld. Willem Berntsen woonde indertijd waar tot [[2015]] de bakkerij van [[Bakkerij Berntsen|Berntsen]] zat. Willem Koers ([[1880]]–[[1922]]) werkte van juli [[1902]] tot januari [[1906]] als molenaar op de molen van Berntsen. Daarna vertrok hij naar [[Vorden]], waar hij op de coöperatie op het Medler als molenaar werkte. Hier trouwde hij met de dochter van de smid en kastelijn Eijkelkamp.
+
De molen werd in [[1887]] overgenomen door zoon Wilhelmus (Willem) Berntsen ([[1851]]–[[1921]]). Om meer graan te kunnen verwerken werd in [[1905]] een voormalige houtzaagmolen (De Liefde), een rietgedekte achtkantige stellingmolen, uit Hoorn naar Azewijn gehaald. Dat was een heel transport. Per trein gingen de onderdelen naar Terborg. Met kar en paard ging het dan verder naar Azewijn. Ter plaatse werd het omgebouwd tot korenmolen door molenbouwer Kreeftenberg uit Varsseveld. Of daarbij van de oude ‘Koffiepot’ nog delen zijn hergebruikt is niet bekend. De stenen fundering werd door de firma Dijker-de Lange gemetseld. Willem Berntsen woonde indertijd waar tot [[2015]] de bakkerij van [[Bakkerij Berntsen|Berntsen]] zat. Willem Koers ([[1880]]–[[1922]]) werkte van juli [[1902]] tot januari [[1906]] als molenaar op de molen van Berntsen. Daarna vertrok hij naar [[Vorden]], waar hij op de coöperatie op het Medler als molenaar werkte. Hier trouwde hij met de dochter van de smid en kastelijn Eijkelkamp.
  
 
Eind negentiende eeuw of begin de twintigste eeuw werd er een stoomgemaal bij de molen geplaatst, als hulpkracht bij windstilte. In [[1925]] kwam er elektriciteit als hulpkracht. Ook heeft het molenbedrijf een lange tijd gebruik gemaakt van de stoommachine van de naastgelegen zuivelfabriek. Deze werd dan in de voormiddag door de zuivelfabriek gebruikt en na de middag door de molenaar.
 
Eind negentiende eeuw of begin de twintigste eeuw werd er een stoomgemaal bij de molen geplaatst, als hulpkracht bij windstilte. In [[1925]] kwam er elektriciteit als hulpkracht. Ook heeft het molenbedrijf een lange tijd gebruik gemaakt van de stoommachine van de naastgelegen zuivelfabriek. Deze werd dan in de voormiddag door de zuivelfabriek gebruikt en na de middag door de molenaar.
  
In 1921 volgde Jan Berntsen ([[1892]]–[[1959]]) zijn vader op.
+
In 1921 volgde Pius (Jan) Berntsen ([[1892]]–[[1959]]) zijn vader op. Zijn broer Albert begon in [[Loerbeek]] als molenaar en zijn zoon zette vervolgens het vak voort in het Meerenbroek bij [[Wehl]]. Zo werd de familie Berntsen al snel echte moldersfamilie genoemd.  
  
 
In [[1956]] verloor de molen zijn wieken door een storm. In [[1963]] werd besloten de molen te slopen, op de nog resterende onderbouw na. De molen stond bij het huidige huisnummer 7 aan de [[Molenweg, Azewijn|Molenweg]] - het veevoederbedrijf (GIJS) dat hier in [[1960]] gebouwd is.
 
In [[1956]] verloor de molen zijn wieken door een storm. In [[1963]] werd besloten de molen te slopen, op de nog resterende onderbouw na. De molen stond bij het huidige huisnummer 7 aan de [[Molenweg, Azewijn|Molenweg]] - het veevoederbedrijf (GIJS) dat hier in [[1960]] gebouwd is.

Versie van 31 mrt 2023 om 09:55

Molen met ombouw.jpg

De eerste molen van Berntsen in Azewijn, de "Koffiepot", werd in 1856 gebouwd voor Albertus Berntsen (18141886). De molen kwam te staan waar Franciscus Bernardus Bombaij in 1841 een windkorenmolen had laten bouwen door molenmaker Loman uit Arnhem. Die deed maar kort dienst, daar hij in de nacht van 8 op 9 april 1842 in vlammen opging. De molen was verzekerd bij de Tielsche Brandwaarborgmaatschappij. De molenaar wilde de molen ook verzekeren bij de Bossche Brandwaarborg Maatschappij (agent was R. de Neree, secretaris van de gemeente Zevenaar).

De molen werd in 1887 overgenomen door zoon Wilhelmus (Willem) Berntsen (18511921). Om meer graan te kunnen verwerken werd in 1905 een voormalige houtzaagmolen (De Liefde), een rietgedekte achtkantige stellingmolen, uit Hoorn naar Azewijn gehaald. Dat was een heel transport. Per trein gingen de onderdelen naar Terborg. Met kar en paard ging het dan verder naar Azewijn. Ter plaatse werd het omgebouwd tot korenmolen door molenbouwer Kreeftenberg uit Varsseveld. Of daarbij van de oude ‘Koffiepot’ nog delen zijn hergebruikt is niet bekend. De stenen fundering werd door de firma Dijker-de Lange gemetseld. Willem Berntsen woonde indertijd waar tot 2015 de bakkerij van Berntsen zat. Willem Koers (18801922) werkte van juli 1902 tot januari 1906 als molenaar op de molen van Berntsen. Daarna vertrok hij naar Vorden, waar hij op de coöperatie op het Medler als molenaar werkte. Hier trouwde hij met de dochter van de smid en kastelijn Eijkelkamp.

Eind negentiende eeuw of begin de twintigste eeuw werd er een stoomgemaal bij de molen geplaatst, als hulpkracht bij windstilte. In 1925 kwam er elektriciteit als hulpkracht. Ook heeft het molenbedrijf een lange tijd gebruik gemaakt van de stoommachine van de naastgelegen zuivelfabriek. Deze werd dan in de voormiddag door de zuivelfabriek gebruikt en na de middag door de molenaar.

In 1921 volgde Pius (Jan) Berntsen (18921959) zijn vader op. Zijn broer Albert begon in Loerbeek als molenaar en zijn zoon zette vervolgens het vak voort in het Meerenbroek bij Wehl. Zo werd de familie Berntsen al snel echte moldersfamilie genoemd.

In 1956 verloor de molen zijn wieken door een storm. In 1963 werd besloten de molen te slopen, op de nog resterende onderbouw na. De molen stond bij het huidige huisnummer 7 aan de Molenweg - het veevoederbedrijf (GIJS) dat hier in 1960 gebouwd is.

Cor Berntsen (*1931) volgde in 1959 zijn vader op. Ter gelegenheid Cors 84e verjaardag op 4 januari 2015 is de geschiedenis van de Azemse molen door de jaren heen vastgelegd in een leuk boekje. Hieronder ziet u daarvan een kopie. Als u op het plaatje klikt dan verschijnt deze als groter plaatje en is daarmee beter leesbaar.

Beeldmateriaal

Klik op de afbeeldingen voor een vergroting.

De Azemse molen door de jaren heen

De geschiedenis van de molen van Berntsen. Gemaakt ter gelegenheid van de 84e verjaardag van Cor Berntsen, 4 januari 2015.

Bronnen