Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Arbeitseinsatz in Leipzig
Inhoud
Inleiding
Als voorbeeld van een bedrijf waar Nederlandse dwangarbeiders via de Arbeitseinsatz te werk gesteld werden, volgt hier een beschrijving van het bedrijf Rudolf Sack KG in Leipzig. Hier hebben veertien mannen uit de gemeente Bergh gewerkt. Zij kwamen op 6 maart 1943 in Leipzig aan, waar zij werden ondergebracht in verschillende Lager.
Blijkens onderstaand document was onder anderen Willem Hermsen hier vanaf 10 maart 1943 tewerkgesteld. Hij werkte als Hilfsarbeiter in de Gr(osse) Dreh(erei) (=Nord).
Rudolf Sack KG in Leipzig
Het bedrijf Rudolf Sack maakte landbouwmachines. Vanaf 1943 werd er omgeschakeld naar geheime oorlogsproductie van hulzen en granaten en bijvoorbeeld de MG-Wagen – Maschinen-Gewehr-Wagen. Daarom werd het bedrijf na de bevrijding van Leipzig door het Amerikaanse leger op 18 april 1945 per direct stilgelegd. Alle Nederlanders zijn vrijwel gelijktijdig naar huis teruggekeerd, eind mei 1945.
Leipzig lag, hoewel door de Amerikanen bevrijd, in de zone van Duitsland die door de Sovjetunie bezet werd. In mei 1945 kreeg het bedrijf toestemming de productie van landbouwmaterieel te hervatten en met 224 medewerkers werd de productie weer opgestart. In oktober 1945 legden de Sovjetautoriteiten beslag op het vermogen van Rudolf Sack KG. Evenals andere Duitse bedrijven werd het bedrijf door de bezetter aan een nader onderzoek onderworpen. Hierbij ging het om de vraag in hoeverre leiding en aandeelhouders hadden gecollaboreerd met het naziregime. Voor Rudolf Sack KG was de uitkomst van het onderzoek dat was gecollaboreerd en dat het bedrijf niet aan de eigenaren kon worden teruggegeven. In juli 1946 werd het bedrijf tijdelijk overgenomen door de regering van de toenmalige deelstaat Saksen. In september 1947 werkten 1.000 mensen bij het bedrijf.
Als gevolg van de vorming van de DDR in 1949 werd het bedrijf onteigend en omgevormd tot Volkseigener Betrieb Leipziger Bodenbearbeitungsgeräte (BBG). Een aantal kleinere bedrijven op het gebied van landbouwmachines werd toegevoegd en met ongeveer 1.500 werknemers werd BBG in de DDR de grootste producent op het gebied van landbouwwerktuigen. Na het einde van de DDR in 1990 werd het bedrijf geprivatiseerd. Onder druk van de concurrentie werd het bedrijf in 1999 overgenomen door Amazonen Werke.
Aantal Nederlandse dwangarbeiders
Vanaf 1942 tot het einde van de Tweede Wereldoorlog zijn ruim 2800 krijgsgevangenen en dwangarbeiders bij het bedrijf werkzaam geweest, waarvan 88 Nederlandse krijgsgevangenen en 220 Nederlandse dwangarbeiders.
|
|
|
Arbeitslager
Lager Am Entenweiher
De vereniging Prießnitz-Morgenröte e.V. heeft zijn wortels in de natuurgeneeskundige beweging die aan het einde van de 19e eeuw werd opgericht. De ouderen van Leipzig kunnen zich het Prießnitzbad zeker nog herinneren – toen het in 1912 werd geopend, was het het eerste verwarmde buitenzwembad in de Duitstalige wereld. Hier is hun volkstuin midden in het bos van Leipzig in de wijk Leutzsch op de grens met Lindenau. Het clubgebouw van de Kleingärtnerverein Prießnitzbad in de Prießnitzstraße was van september 1941 tot de bevrijding van Leipzig in 1945 het Lager Am Entenweiher. Dit Lager had een capaciteit van 75 personen.
In mei 1943 gingen 75 Nederlanders van Lager Mangold over naar Am Entenweiher. Op 21 augustus 1944 werd Willem Hermsen overgeplaatst naar het Lager Am Entenweiher (capaciteit 75 man) aan de Prießnitzstraße; daarvoor woonde hij in het Lager Mangold. Am Entenweiher was een bestaande ruimte en verschilde daarom van indeling: één grote slaapzaal en in aparte ruimten wasgelegenheden en toiletten. De Lagerführer woonde in een aparte afgescheiden ruimte. In de slaapruimte stonden een of meer tafels om te eten. Er was een grasveld als buitenruimte aanwezig. Ook het naastgelegen sportveld mocht gebruikt worden. Meerdere malen is hier gevoetbald, vooral na de bevrijding van Leipzig in afwachting van de terugreis.
De Lager stonden onder bevel van een Lagerführer. In Am Entenweiher was dit Walter Grabo, geen slechte, misschien zelfs licht vriendschappelijke man. Het Lager Mangold was veel groter en onpersoonlijker. De dwangarbeiders bleven daar tot hun vertrek uit Leipzig in mei 1945. Het clubgebouw is nog steeds in gebruik.
Lager Mangold
Dit Lager lag aan de Diezmannstraße 68, op ongeveer 25 minuten lopen van het bedrijf. Het bestond uit een twaalftal barakken en was het grootste Betriebslager van Rudolf Sack. Het had een capaciteit van 1.000 personen; als regel waren er ongeveer 900 personen (mannen, vrouwen en kinderen) ondergebracht.
Het was het meest internationale Lager van het bedrijf: de bewoners waren dwangarbeiders uit Nederland (ongeveer 49), België (ongeveer 77), Frankrijk, Kroatië, Servië, Polen en Letland. Voorts waren er zogenaamde Ostarbeiter ondergebracht: dwangarbeiders uit Oekraïne, Rusland en Wit-Rusland. Het Lager had een barak voor bijeenkomsten. Hier was iedere zondag een gezellig samenzijn voor alle bewoners, waarbij een orkest speelde dat bestond uit Oekraïense en Russische dwangarbeiders.
Dit Lager lag niet ver van het spooremplacement van Leipzig Plagwitz en was dan ook kwetsbaar voor bombardementen. Rudolf Sack had een eigen spooraansluiting op dit spooremplacement voor de aanvoer van grondstoffen en het afvoeren van de gefabriceerde producten. Tijdens een bombardement in februari 1944 is een barak door een brandbom geraakt en verbrand. Er waren geen slachtoffers, maar wel gingen 126 houten bedden met strozakken en kussens verloren.
Vanaf 14 maart 1943 reisden de eerste Zeeuwen aan, in totaal 526 man in opdracht van Arbeidsbureau Middelburg. Tachtig van hem kwamen terecht bij Rudolf Sack. 63 kwamen in Lager Mangold, waaronder Marien Phernambucq. Hij schreef over zijn aankomst in Lager Mangold:
- We kregen een barak toegewezen met een brede gang in het midden en aan beide zijden kamers voor 10 man. 5 stapelbedden, 1 lange tafel en 10 stoelen, dat was ons interieur.
Blijkens documenten werkte Willem Hermsen al vanaf 10 maart 1943 bij Rudolf Sack, als Hilfsarbeiter in de Gr(osse) Dreh(erei) (=Nord). Vanaf 1943 werd er, zoals hierboven al vermeld, omgeschakeld naar geheime oorlogsproductie.
Lager Wetterecke
Dit Lager bevond zich op de begane grond van het voormalige warenhuis Joske, een Joodse familie, op de hoek van de Ziegelstraße 1 (tegenwoordig Walter Heinestraße) en de Karl Heinestraße, ongeveer tien minuten lopen van de fabriek.
In de week van 14 maart 1943 arriveerden er zeventien Nederlanders (Zeeuwen) in dit Lager. Op 21 maart 1943 verhuisden negentien Nederlanders hiernaartoe, eind maart zaten er in totaal 74 Nederlanders. Op 21 augustus 1944 vertrokken alle Nederlanders; 26 gingen naar Lager Mangold, de overige naar Am Entenweiher en Kalter Brunnen. 68 Italianen namen hun plaats in. Het bestaat nog steeds. Op de plaats van de slaapzaal is nu een fitnessclub, op de plaats van de gemeenschappelijk ruimte en de wasruimte is nu een coffeeshop.
Werken in de fabriek
De werkdagen
Daags na aankomst gingen de dwangarbeider naar de fabriek, waar ze werden ingeschreven en een toegangspas kregen. Deze pas gaf tevens toegang gaf tot het betreffende Lager. Als bewijs van inschrijving kregen ze een personeelskaart. Hierop werd bijgehouden op welke afdeling men werkte en wat het loon was. Een andere belangrijke kolom was de kolom Führung und Stafen. Hierop werden de boetes en andere maatregelen genoteerd die aan de betrokkene waren opgelegd.
De werkdag duurde twaalf uur, met een korte middagpauze van 45 minuten. Het werk begon om 6 uur. Omdat men ook nog een half uur moest lopen werd er om kwart voor vijf op de deur gebonsd: Aufstehen!.
- Dagploeg: maandag tot en met zaterdag van 6.00 tot 18.00 uur
- Nachtploeg: maandag tot en met zaterdag van 18.00 tot 6.00 uur
De zondag was in principe vrij. In principe, want op zondag moest de barak worden opgeruimd en schoongemaakt.
Marien Phernambucq over zijn eerste kennismaking met het werk:
- De komende weken en maanden waren zwaar en zeer vermoeiend. 12 uren per dag zware arbeid en nog een uur lopen heen en weer. 6 dagen per week, de ene week overdag, de andere week nachtdienst. We kregen te weinig eten en de nachtrust die we zo hard nodig hadden werd telkens verstoord door luchtalarm en moesten we de schuilkelder in. Tot op heden war er nog nooit een bom op Leipzig gevallen. Ik kreeg zo’n te kort aan slaap dat alles niet goed meer tot me doordrong. Ik viel de eerste 6 weken dan ook 10 pond af.
Voor een betere bezetting werkte de Dreherei ook op zondag, maar de dwangarbeiders werden hiervoor gecompenseerd door een vrije dag op dinsdag of woensdag. Het was mogelijk dat bij een bijzondere opdracht er ook op zaterdag en/of zondag gewerkt moest worden. In 1944 moest men een aantal malen in de stad Leipzig helpen bij het opruimen van puin na een bombardement en wel op zondag van 8.00 tot 13.00 uur.
In augustus 1944 werd de werktijd verhoogd tot 72 uur per week. Vanaf die datum golden de volgende werktijden:
- Dagploeg 72 uur:
- Maandag tot en met zaterdag van 6.00 tot 18.00 uur
- Zondag 6.00 tot 12.00 uur
- Nachtploeg 66 uur:
- Maandag tot zondag van 18.00 tot 6.00 uur
Eind januari 1945 werd de arbeidstijd op de Drehereien teruggebracht tot 63 uur, vanaf 12 maart 1945 zelfs naar 48 uur.
Het salaris
Gemiddeld was het brutoloon 0,80 Reichsmark (RM) per uur. Pauzes werden niet betaald. Dwangarbeiders waren verplicht zich tegen ziektekosten te verzekeren via een Krankenkasse. Ook loonbelasting en kost en inwoning werden afgetrokken. Globaal kan het weekloon als volgt worden berekend:
|
|
|
Hiervan moesten alle kosten betaald worden zoals het openbaarvervoersabonnement (RM 2,75 per week), aanvullend voedsel (op de zwarte markt), maar ook korte reisjes of om uit te gaan in Leipzig. En dan maar hopen dat je niet tegen een boete aanliep voor het verliezen van je toegangspas (RM 1,00), zondagsarbeid geweigerd (RM 5,00), tweemaal slapend aangetroffen tijdens de nachtdienst (RM 10,00).
De productie
In de Dreherei werden met behulp van draaibanken en frezen fijnmechanische werkzaamheden uitgevoerd. Vermoedelijk werden in deze afdeling de hulzen gemaakt voor geweren en granaten als onderdeel van de oorlogsindustrie. Het bedrijf had meerdere draaierijen zoals de:
- Dreherei West
- Dreherei Süd
- Dreherei Nord, met onderafdelingen a) Dreherei, b) Presswerk, c) Zuschneiderei, Grossdreherei en e) Tischlerei. Willem Hermsen werkt in de Grossdreherei.
Aangezien het hier ging om specialistisch werk, kregen de dwangarbeiders hier een korte opleiding. Vanaf 1943 vormde de productie van hulzen voor bommen en granaten de kern van de oorlogsproductie bij Rudolf Sack. De hulzen kwamen voor het grootste deel van de draaibanken in Dreherei Nord. Een overzicht van 10 november 1944 toont de volgende producten:
- Hulzen voor 7,5 cm antitankgranaten 25.000 per maand, in januari en februari 1945 100.000 stuks per maand
- Hulzen voor 3,7 cm antitankgranaten, 20.000 per maand
- Hulzen voor 12 cm handgranaten 50.000 per maand
De verlofregeling
Bij het verlof werd onderscheid gemaakt tussen Familienheimfahrt en Urlaub. De eerste was een reis naar het eigen land, die als regel veertien dagen duurde. Vanuit Leipzig gingen de Nederlanders regelmatig naar Utrecht, waarbij gehuwden voorrang hadden. Enkele mensen uit Bergh hebben hiervan gebruik gemaakt. Aangezien velen niet terugkeerden van hun bezoek aan thuis werd er in de zomer en de herfst van 1943 een verlofstop ingevoerd. Vanaf oktober 1943 was verlof weer mogelijk, maar met borgstelling. Iemand anders moest dus borg staan: kwam de verlofganger niet terug dan was de borg al zijn verlofrechten kwijt. Desondanks verminderde het aantal mensen dat niet terug keerde niet. Op 17 februari 1944 werd de verlofregeling tot nader order ingetrokken. Alleen bijzonder verlof, in verband met het overlijden van een familielid, bleef mogelijk. Daarnaast hadden de dwangarbeiders zes vakantiedagen (Urlaub) per jaar.
De volgende groepen dwangarbeiders van Rudolf Sack zijn met verlof naar huis geweest:
- Vertrek 11 november 1943, terugreis 23 november 1943: veertig Nederlanders, vier niet teruggekeerd.
- In hun persoonsdossiers bij de firma Sack staat dat de Berghenaren Theodorus Hakfoort op 10 december 1943 en Hendrikus Theodorus Altenrath op 26 december 1943 niet teruggekeerd waren.
- 23 personen zouden op 14 december 1943 vertrekken en op 27 december 1943 terugreizen. Door bombardementen kon dit niet plaatsvinden. Een deel is in januari 1944 en een ander deel in februari 1944 naar huis gereisd.
- Vertrek 11 januari 1944, terugreis 23 januari 1944: twaalf Nederlanders, twee niet teruggekeerd.
- Vertrek 17 februari 1944, terugreis 29 februari 1944: twaalf Nederlanders, drie niet teruggekeerd.
Dwangarbeiders die het werk ontvluchtten werden via het Arbeitsamt in Leipzig gemeld. Tevens werd de Gestapo verzocht hen op te sporen en terug te brengen. Daarom komt de naam van Hendrikus Theodorus Altenrath mogelijk voor in het “Namensverzeichnisse des Polizeigefängnisses Leipzig”.
In Am Entenweiher was men na de bevrijding blij, het wachten was op het vertrek naar Nederland. Voor enkelen duurde dit te lang en vertrokken. Voor de achterblijvers was er niet veel meer te doen, maar ze hadden in ieder geval genoeg tijd om bij te komen van de vermoeienissen. Het weer in mei 1945 was mooi, de stemming goed, ideaal voor vrolijke initiatieven, zoals voetballen en herhalingen van bijvoorbeeld de circusact waaraan Berghenaar Willem Hermsen meewerkte. In die periode zijn veel foto’s genomen; van die circusact zijn twee verschillende versies bekend.
De bewoners
Henk Verstaate heeft in dichtvorm zijn medebewoners van Am Entenweiher beschreven, vermoedelijk eind 1944. Enkele Berghenaren komen hierin voor (voor meer informatie, zie de paragraaf "Veertien Berghenaren" hieronder):
- Franziskus Gerritsen, strofe 32
- Jo(hannes) Huls, strofe 39
- Rudolph Klarenaar, strofe 51
- Willem Hermsen, strofes 47 en 48
Deze laatsten strofes refereren duidelijk aan de twee foto’s van het circuspaard en circusdirecteur Willem Hermsen.
Postpakketten
Het ontvangen van postpakketten was iedere keer een feest. Het naziregiem heeft dit nooit verhinderd. Men was blij met een aanvulling op de gerantsoeneerde voedselvoorziening. Deze bevatten eetbare en langer houdbare zaken zoals aardappelen, bonen en wortelen, maar ook kleding en tabaksproducten.
Ontspanning
Ontspanningsbijeenkomsten in de Lager begonnen in de regel om 17.00 uur, de dagploeg mocht dan om 16.00 de werkzaamheden beëindigen, de nachtploeg begon om 22.00 uur.
Op 8 oktober trad de Nederlandse theatergroep “Lachende Welt” op, in november 1943 was er in het Lager Mangold een variétéavond en op 17 december 1944 trad de Nederlandse theatergroep "Leonardi" op.
In Lager Mangold speelde iedere zondag een orkest van bewoners populaire muziek en was er gelegenheid tot dansen. Op 24 december 1944 werd in Lager Mangold een kerstbijeenkomst gehouden voor de buitenlanders, aanvang 17.00. Als onderdeel 16: Circuspferd. Het is dat stukje dat na de bevrijding is herhaald en waarvan twee foto’s bekend zijn.
Paunsdorf
In Paunsdorf, voorheen een zelfstandige gemeente, maar nu een wijk aan de oostkant van Leipzig, staat de Genezarethkirche. Hier vond men dominee Quandt van de Evangelische Gemeinde bereid om de kerkdiensten te verzorgen. De Nederlandse dwangarbeiders troffen elkaar hier elke zondag van 1943 tot 1945. Een laatste kerkdienst werd gehouden op Tweede Pinksterdag 1945 (21 mei) in de Thomaskirche, kort voor de repatriëring van de Nederlanders uit Leipzig.
Na de bevrijding
In verband met de oorlogsproductie werd het bedrijf na de bevrijding van Leipzig op 18 april 1945 door het Amerikaanse leger per direct stilgelegd. De dwangarbeiders hoefden niet meer op het werk te verschijnen. Alle Nederlandse dwangarbeiders van Rudolf Sack werden op 22 mei 1945 overgebracht naar het Camp for Displaced Persons Netherlands, geregistreerd, medisch onderzocht en ontluisd.
Alle Nederlanders zijn vrijwel gelijktijdig eind mei 1945 uit Leipzig via Maastricht naar Nederland teruggekeerd.
De veertien Berghenaren
Op 6 maart 1943 is een groep van 42 Nederlandse arbeiders in Leipzig aangekomen, waaronder veertien uit de gemeente Bergh. Zij werden ondergebracht in het Lager Diesmannstraße; later is een aantal van hen verhuisd naar andere Lager van Sack.
De arbeiders uit Bergh waren geselecteerd door het bijkantoor 's-Heerenberg van het Arbeidsbureau Winterswijk. In die tijd kregen de dwangarbeiders vooraf te horen bij welk bedrijf zij te werk werden gesteld. Later gebeurde dat niet meer en werd hen alleen verteld naar welke plaats zij gingen; na aankomst werden de dwangarbeiders dan toegewezen aan de bedrijven die daarvoor een aanvraag hadden ingediend.
In de zogenaamde Kriegszeitkartei A-Z (02020201 oS) bevinden zich 2.943.178 documenten. Daarin zijn de veertien Berghenaren teruggevonden:
- Hendrikus Theodorus Altenrath (DocID 71234693). Na dertien maanden mocht Hendrik tien dagen met verlof. Hij keerde niet terug, maar is ondergedoken (DocID: 71234693 slecht leesbaar van), von ...-03-1943 bis 26-12-1943, Lager Wetter-Ecke, von Urlaub nicht zurückgekehrt, Hilfsarbeiter im Wagenbau (hier maakte men onderstellen voor M(achine) G(ewehr) 34 wagen, kanonnen en Föhn-raketinstallaties), Entlohnung: F. 11 Arb.Tge RM 8,67 bruto. Extra document (10004820) Namensverzeichnisse des Polizeigefängnisses Leipzig: Altenrath, Hendrikus Theodorus geb. Heerenberg 11-05-1914.
- Aloysius Delleman (DocID 71950264), von 6-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter im Drill, Entlohnung F. 13 Arb.Tge RM 99,75 bruto.
- Franziskus Gerritsen (DocID: 2943178), von 10-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter in Abltg. Mehr, Entlohnung F. 15 Arb.Tge RM 87,99 bruto.
- Theodorus Hakfoort (DocID: 72527110), von 6-3-1943 bis 10-12-1943, Lager Wetter-Ecke, von Urlaub nicht zurückgekehrt, Hilfsarbeiter im Electrowerkstatt, Entlohnung F. 13 Arb.Tge RM 82,17 bruto.
- Wilhelmus Arnoldus Hermsen (DocID: 72584377), von 10-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter in der Gr(osse) Dreh(erei) (hier maakte men hulzen voor geweren en granaten), Entlohnung F. 1??? Arb.Tge RM 72,43 bruto.
- Johannes Huls (DocID: 72653916), von 10-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter im Stahlg(uss). A(bteiling), hier werden roestvrijstalen onderdelen gegoten, voornamelijk bladen van ploegen, Entlohnung F. 16 Arb.Tge RM 102,23 bruto.
- Rudolph Klarenaar (DocID: 72967910), von 6-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter in Abltg. Mehr, Entlohnung F. 9 Arb.Tge RM 71,18 bruto.
- Theodorus van Kuijk (DocID: 73233778), von 6-3-1943 bis 31-3-1945, privat seit 31-3-1945 Anschrift unbekant, bis Kriegsende Hilfsarbeiter im Electro, Entlohnung nicht mehr festzustellen.
- Jacobus Johannes Ruikes (DocID 74577047), von 6-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter im Schmiede Nord, Entlohnung F. 21 Arb.Tge RM 236,79 bruto.
- Johannes Antonius Wanders (DocID 75518902), von 6-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter im Motoranplugbau, Entlohnung F. 21 Arb.Tge RM 121,99 bruto.
- Theodorus Wilh. te Winkel (DocID 75296520), von 6-3-1943 bis 13-8-1943 Lager Wetter-Ecke, von Urlaub nicht zurückgekehrt, Hilfsarbeiter im Schmiede Nord, Entlohnung F. 1 Arb.Tge RM 5,88 bruto.
- Bernardus Theodorus Johannes Wissenburg (DocID 75690822), von 6-5-1944 bis 19-6-1944, 20-6-1944 flüchtig, Lager Wetter-Ecke, Hilfsarbeiter Dreherei Nord, Entlohnung F. 17 Arb.Tge RM 192,23 bruto. Extra document: An das Polizeipräsidium Leipzig, von 9-6-1943 bis Kriegsende Fränkel & Viebahn in Holzhausen, Adolf-Hitlerstraße 153 (Südstraße seit 1945 Karl-Liebknecht-Straße).
- Theodorus Wissenburg (DocID 75690831), von 6-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter im Motoranplugbau, Entlohnung F. 4 Arb.Tge RM 32,03 bruto.
- Bernardus Johannes Wissink (DocID 75692057), von 6-3-1943 bis Kriegsende, Lager Entenweiher, Hilfsarbeiter im Motoranplugbau, Entlohnung F. 12 Arb.Tge RM 108,94 bruto.
Bronnen
- AROLSEN Archives (internationaal archief- en documentatiecentrum over slachtoffers van vervolging, dwangarbeid en genocide door Nazi-Duitsland, met onlinedatabase)
- BOEK: Gedwongen Vriendschap, Rud. Sack, Tewerkgesteld bij Rudolph Sack in Leipzig maart 1943 – mei 1945, door Paul J. van Sluis. ISBN: 978-90-824255-0-5
- Onderzoek Will Hermsen