Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Bisseling, Theodorus
Theodorus Bisseling werd gedoopt in Elten op 26 oktober 1794 als zoon van Bernardus Bisseling en Joanna Reintjes.
Hij werd priester gewijd op 10 augustus 1821 (tegelijk met Wilhelmus Willemsen), waarna hij als kapelaan in Wageningen werd benoemd. Toen hij in december 1827 naar Zeddam werd overgeplaatst, wisselde hij van plaats met zijn voorganger aldaar, kapelaan Cremer, die naar Wageningen ging. Tegelijkertijd kreeg de Sint Oswalduskerk een nieuwe pastoor, want pastoor Klein Tünte, die naar Vaassen ging, werd opgevolgd door pastoor Terwindt.
Op 24 september 1830 werd Bisseling pastoor van Gendringen. Tien jaar later, op 27 oktober 1840, ging hij naar Etten, waar hem na een pastoraat van bijna dertig jaar in juni 1870 eervol ontslag werd verleend.
Hij overleed in Etten op 26 november 1871, 77 jaar oud.
Bronnen
- Het boek Hofman in Azem van 't Hof tot heden, blz. 485
- FamilySearch
- Parochie Zeddam 1150-1975, blz. 58
- WieWasWie