Berntsen, Albertus Johannes Wilhelmus

Het bruidspaar Berntsen-Ten Bensel,
oktober 1919

Albertus Johannes Wilhelmus (Bart) Berntsen was molenaar op de Molen Ten Bensel in Loerbeek. Hij werd op 19 februari 1888 geboren in Azewijn als zoon van Wilhelmus Berntsen en Johanna Maria Wellen.

Hij trouwde op 2 oktober 1919 in het gemeentehuis in 's-Heerenberg en op 7 oktober daaropvolgend in de Sint Martinuskerk in Beek met Theodora Grada (Doortje) ten Bensel. Zij werd op 23 november 1893 geboren in Loerbeek als dochter van Henrikus ten Bensel en Hendrika Bisseling.

Barts vader was behalve bakker, kruidenier, tapper en boer ook molenaar. Hierdoor kende hij het molenaarsvak al toen hij met Doortje trouwde. Haar vader was molenaar in Loerbeek, maar hij had geen zoon die hem kon opvolgen. Door zijn huwelijk met Doortje kon Bart de molen overnemen.

Uit zijn huwelijk met Doortje werden negen kinderen geboren:

• Wilhelmus Henricus (Wim, 1920–1940)
• Henricus Johannes (Harrie, 1922–2005)
• Gerhardus Paulus (Gert, 1924–1991)
• Clemens Stephanus (Clemens, 1925–2011)
• Josephus Laurentius (Joep, 1927–1993)
• Henrica Johanna Agnes Theresia (Riek, 1929–…)
• Johanna Bernardina Allegonda (Jo, 1931–2002)
• Bernardina Maria Clara (Diny, 1934–2014)
• Maria Wilhelmina Magdalena (Riet, 1939–2014)

In 1922 brandde de molen af. Bart besloot daarna van windaandrijving over te gaan op elektrische aandrijving, ook al kreeg hij daarvoor van de verzekering minder uitbetaald dan wanneer hij de molen in de oorspronkelijke staat zou herstellen. De molen bleef dus zonder wieken, maar er kwam dieselmotor om de elektriciteit mee op te wekken. De motor van Duitse makelij was niet nieuw en was ooit gebruikt bij het uitdiepen van het Suezkanaal. Hij moest nu vanuit Duitsland worden geïmporteerd. Daar werden natuurlijk invoerrechten op geheven, maar Bart heeft op een of andere manier voor elkaar gekregen dat hij die niet betaald heeft.

Een grote klap voor Bart en zijn gezin was het sneuvelen hun oudste zoon en broer Wim bij de Duitse inval in mei 1940. Hij werd op 13 mei gedood op de Grebbeberg.

Bart overleed onverwacht op 12 december 1963, 75 jaar oud. Hij was hartpatiënt, maar hij voelde zich desondanks vrij goed. Op die bewuste decemberdag ging hij met de bus maar Doetinchem voor controle bij de cardioloog. Er werden geen bijzonderheden geconstateerd, dus ging hij op weg naar huis. Hij nam de bus van het ziekenhuis naar het busstation in Doetinchem, waar hij zou overstappen op de bus naar Loerbeek. Het duurde nog even voor die bus kwam, zodat besloot in de restauratie een kop thee te gaan drinken. Hij ging er aan een tafeltje zitten, maar is nooit meer opgestaan. Op een gegeven moment viel het een andere reiziger op dat die meneer daar wel erg stil zat. Hij was inderdaad overleden.

Bart Berntsen werd begraven op het kerkhof in Beek. Zijn vrouw overleed op 8 maart 1984, negentig jaar oud. Zij werd bij hem in hetzelfde graf begraven. In 2014 kreeg ook zijn jongste dochter hier haar laatste rustplaats.

Bronnen

• Het Kerspel Beek in de Liemers, blz. 918
• Tante Pit, Levensverhaal van een pittige 'tante', Ingrid Krüs, Uitgeverij Inkiepedia, Oss (2023), blz. 23, 25–27, 161, 315–317
• Online-begraafplaatsen