Overgoor, Joseph Theodorus

Joseph Theodorus Overgoor, schildersknecht, woonde in 1940 op het adres Braamt 37. Daar werd hij op 16 november 1919 geboren als zoon van Theodorus Overgoor en Elisabeth Berendina Bekker. Hij was een broer van Theo Overgoor.

Overgoor werd op 24 oktober 1938 als gewoon dienstplichtige ingelijfd bij het 8e Regiment Infanterie (8 RI). Na zijn opleiding werd hij op 24 februari 1939 ingedeeld bij de 3e compagnie van het 2e bataljon (3-II-8 RI). De discipline was streng. Zo kreeg hij op 13 juni vier dagen licht arrest omdat hij zijn verplichtingen als kamerwacht niet naar behoren had vervuld. De straf hield in dat hij 's avonds na de dienst de kazerne niet mocht verlaten. Maar straf of niet, op 24 juli 1939 werd hij bevorderd tot korporaal. Op 12 oktober kreeg hij opnieuw vier dagen licht arrest omdat hij een voorbijrijdende wachtmeester uit onoplettendheid niet de voorgeschreven groet had gebracht.

Op een niet nader genoemde datum, waarschijnlijk eind 1939, werd hij overgeplaatst naar de 3e compagnie van het 8e Grensbataljon (3-8 GB). Op 8 mei, twee dagen voor de Duitse inval, kreeg hij acht dagen verzwaard arrest omdat hij in een gebied verklaard in staat van oorlog een dag te laat van verlof was teruggekeerd. Deze straf hield in dat hij 's avonds na de dienst in een aparte kamer werd opgesloten. Of hij deze straf in zijn geheel heeft ondergaan is de vraag, want twee dagen later vielen de Duitsers ons land binnen.

8 GB was toen gelegerd op de noordoever van de Waal bij Lent. Het vak ten noorden van 8 GB tot aan de Rijn werd bezet door de 3e bataljon van het 43e Regiment Infanterie (III-43 RI). Deze twee bataljons vormden samen de Groep Betuwe, de voorposten van de Betuwestelling, die verder westelijk lag en aansloot bij de Grebbelinie. Meer over 8 GB tijdens de strijd is te lezen op de pagina van soldaat G.W. Elting van 2-8 GB, die op 13 mei is gesneuveld.

Over Overgoors belevenissen tijdens de strijd zijn geen gegevens voorhanden. Hij is niet gewond geraakt en werd niet krijgsgevangen genomen. Op 25 mei 1940 werd hem groot verlof verleend en kon hij naar huis terugkeren.

Gedurende de meidagen is Overgoor persoonlijke spullen kwijtgeraakt. Net als veel andere militairen die hetzelfde was overkomen, heeft hij hiervoor bij de gemeente Bergh een aanvraag voor schadevergoeding ingediend. De gemeente heeft de aanvraag doorgestuurd naar de Koninklijke Nationale Vereeninging tot Steun aan Miliciens (Stamil) in Amsterdam met het verzoek een schadevergoeding van dertig gulden toe te kennen. Er zijn geen stukken waaruit blijkt of dit bedrag is uitgekeerd.

Overgoor trouwde met Johanna Provoost, geboren in Rotterdam op 8 mei 1925. Hij overleed op 13 november 1982, drie dagen voor zijn 63e verjaardag, en werd begraven op de gemeentelijke begraafplaats in Heerhugowaard. Zijn vrouw overleed op 20 november 2011, 86 jaar oud, en werd bij hem begraven.

Bronnen

• Archieven.nl
• Staat van dienst op Grebbeberg.nl
• Gemeentearchief Bergh, inventarisnummer 1587 (Stukken betreffende dienstplichtigen, waaronder inzake lotgevallen van militairen uit de gemeente gedurende de meidagen van 1940)
• Online-begraafplaatsen