Coenders, Elisabeth

Elisabeth Coenders, roepnaam Bertha, was religieuze. Zij werd op 7 januari 1889 geboren in Kilder als dochter van Theodorus Lodewijkes Coenders en Theodora Wilhelmina Bosch.

Voor zij in het klooster ging, werkte zij van 1 mei 1905 tot 15 mei 1907 als dienstbode bij een boer in De Heuven, een buurtschap bij Etten. Daarna vertrok zij naar Wissel in Pruisen, dat nu een stadsdeel van Kalkar is. Van 15 mei 1908 tot 31 mei 1910 was zij in dienst bij Hendrik Reijers in Beek, waarna zij werd uitgeschreven naar Gendringen.

Van Gendringen is zij naar Amersfoort gegaan om in te treden bij de congregatie van de Zusters van Sint Jozef. Daar nam zij de kloosternaam Ursuline aan. Op 6 april 1915 ging zij van Amersfoort naar Harlingen en vandaar op 24 maart 1916 naar Haaksbergen. Daarna heeft zij gewerkt in achtereenvolgens Hilversum, Alphen aan den Rijn en Amersfoort. Haar laatste werkplek was jarenlang het Sint Jozefziekenhuis in Doetinchem, dat werd bediend door de Zusters van Sint Jozef. Zij heeft er onder meer op de operatiezaal gewerkt.

Haar vader was van huis uit protestant, maar was katholiek geworden om met haar moeder te kunnen trouwen. Als man van eenvoudige protestantse komaf vond hij dat zijn dochters als religieuze een te hoge levensstaat zouden krijgen. Maar ook Bertha's zussen Mina en Stina zijn ondanks hun vaders afkeuring religieuze geworden.

Zuster Ursuline overleed in 1946 in Doetinchem, 57 jaar oud.

Bronnen

• Old Ni-js nr. 64, blz. 33–34
• Bevolkingsregister Bergh
• [WieWasWie