Rootselaar, Wilhelmus Franciscus Nicolaus van

Wilhelmus Franciscus Nicolaus van Rootselaar werd op 26 mei 1834 geboren te Amersfoort als zoon van Wilhelmus Johannes van Rootselaar en Francina Sanders.

Hij werd op 19 september 1857 priester gewijd en daarna tot kapelaan benoemd in Bemmel. Van 1859 tot 1861 was hij kapelaan in de parochie Zeddam onder pastoor Goris. Zijn voorganger was kapelaan Biegelaar; zijn opvolger was kapelaan Van den Bosch.

Na Zeddam was hij tot 1865 kapelaan in Mijdrecht, toen hij ontslag kreeg en enige jaren de redactie op zich nam van de kerkelijke courant Catholieke Nederlandsche Stemmen. Daarnaast was hij vanaf 1866 weer als priester werkzaam; eerst als assistent in Oosterbeek en vanaf 1869 in Steenwijkerwold. Daar kreeg hij in 1870 opnieuw ontslag en werd naar het klooster van de Broeders Penitenten in Handel gezonden. De betekenis van deze overplaatsing is zonder nadere context niet duidelijk.

In 1875 werd Van Rootselaar kapelaan in zijn geboortestad Amersfoort, waar hij woonde bij zijn vijf ongetrouwde zusters op 't Zand 33. In 1876 werd hij de eerste onbezoldigde stadsarchivaris van Amersfoort. In die hoedanigheid heeft hij veel voor zijn stad betekend. Hij schreef meerdere boeken over de stadsgeschiedenis, waaronder het tweedelige Amersfoort, geschiedkundige bijzonderheden, verschenen in 1897 en 1898. Al eerder, in 1878 was hij lid van de "Commissie tot wetenschappelijk onderzoek van de tumuli op de Leusderberg", die prehistorische graven op de Leusderheide onderzocht. Uit deze commissie is de Oudheidkundige Vereniging Flehite Amersfoort voortgekomen. Mede door zijn bemoeienissen is de Koppelpoort in Amersfoort behouden gebleven.

In 1892 trad Van Rootselaar af als priester. Per 1 oktober van dat jaar werd hem bij Koninklijk Besluit een pensioen van 512 gulden toegekend. Hij overleed in Amersfoort op 2 februari 1900, 65 jaar oud.

In Amersfoort is een straat naar hem genoemd.

Krantenknipsels

*Advertentie voor een pamflet waarin Van Rootselaar de katholieke leer verdedigde, verschenen in het Algemeen Handelsblad* van 19 december 1868. Hij woonde toen in Oosterbeek.**	*Uit Het Nieuws van den Dag* van 5 mei 1886**
*Bericht over de toekenning van een pensioen aan Van Rootselaar in de Tilburgsche Courant* van 1 december 1892**	*Het begin van een recensie over deel 1 van Amersfoort, geschiedkundige bijzonderheden* in Het Nieuws van den Dag van 19 januari 1898**
*Van Rootselaars overlijdensbericht in Het Nieuws van den Dag* van 7 februari 1900**