Roller, Anton de

Anton de Roller, een franciscaanse minderbroeder, was in 1693 enige tijd pastoor van de parochie Zeddam als opvolger van Joannes de Greef.

De Roller werd op 27 september 1665 geboren, mogelijk in Bocholt, en waarschijnlijk gedoopt in Groenlo, maar over zijn geboorte- en doopplaats bestaat geen zekerheid. Hij was de tweede zoon van Joost de Roller en Sybilla van Basten.

Hij was missionaris in onder meer Emden en Vreden voor hij naar Zeddam kwam. Daar nam hij aanvankelijk het ambt waar van pastoor De Greef, die langdurig ziek was voor hij in augustus 1693 overleed. Aangezien in de Hollandse Missie de gewoonte was ontstaan een waarnemer na het overlijden van de pastoor die hij verving, als diens opvolger te benoemen, gingen de parochianen en De Roller zelf ervan uit, dat dit ook nu ging gebeuren.

Maar apostolisch vicaris Petrus Codde wilde geen kloosterling als pastoor, zodat de benoeming uitbleef. Aldus is De Roller waarschijnlijk nog voor het einde van 1693 uit Zeddam vertrokken. Hij kan toen zijn gaan wonen in een huis bij de ruïne van het klooster in de Briemer, waar enkele franciscaner monniken illegaal hun intrek genomen in afwachting van de bouw van het observantenklooster in Elten, dat rond 1700 voltooid werd. Daar stierf De Roller op 9 mei 1722 als gardiaan (overste) van het klooster.

In april 1694 klaagden de parochianen van Zeddam dat ze al een tijdlang zonder geestelijke herder waren. Hierop benoemde de apostolisch vicaris na enig geharrewar Godefridus Franciscus Wanners tot pastoor van Zeddam. Graaf Oswald III, die volgens het patronaatsrecht een pastoorskandidaat mocht voordragen, had liever een kloosterling, maar hij kon zich toch vinden in de jeugdige Wanners.

Bronnen

• Het boek Hofman in Azem van 't Hof tot heden, blz. 478
• Bergh; Heren, Land en Volk, blz. 241-242
• Parochie Zeddam 1150-1975, blz. 32
• Genealogie online, De Roller Stamboom