Aalst, Hendrikus Johannes Karel van

Hendrikus Johannes Karel van Aalst werd op 11 mei 1919 geboren in Wijnbergen als zoon van Hendrikus Bernadus van Aalst en Hendrika Maria Bergevoet. Zijn vader had het verouderde beroep van wisselloper, iemand die voor een bank wissels ofwel wisselbrieven int. Een wisselbrief is een schriftelijke betalingsopdracht.

Van 13 januari 1920 tot 6 oktober 1921 stond hij met zijn ouders en broer ingeschreven in Langerak, gemeente Ambt Doetinchem. Daarna keerde het gezin terug naar de gemeente Bergh, waar het zich in Braamt vestigde. Eind jaren twintig verhuisde het gezin naar Terborg.

Van Aalst woonde nog in Terborg toen hij op 11 april 1939 werd ingelijfd bij het 8e Regiment Infanterie (8 RI). Hij kreeg een opleiding voor de bediening van het pantserafweergeschut (PAG). Dit was een in die tijd uiterst modern kanon van Oostenrijkse makelij om tanks en pantserwagens mee uit te schakelen. Hoewel het Nederlandse leger toen vooral met oud wapentuig was uitgerust, had het toch 386 stukken PAG. Elk infanteriebataljon had ter ondersteuning een compagnie met zes van zulke kanonnen, verdeeld over twee pelotons. Voor de bediening waren er per kanon vijf man nodig: de schutter, de richter, de lader en twee munitiehalers (of -dragers). Daarnaast waren er nog de stukscommandant (een sergeant), de motorordonnans en de chauffeur van de zogenaamde PAG-trekker (een soort autobus zonder dak). Bij verplaatsingen trok de trekker het kanon en vervoerde de soldaten en de munitie. De stukscommandant zat dan als duopassagier bij de motorordonnans achterop. Welke functie Van Aalst had, is niet bekend. Gezien zijn rang van gewoon soldaat zal hij lader of munitiehaler zijn geweest.

Tijdens de meidagen van 1940 was Van Aalst nog steeds in dienst, en ingedeeld bij de 8e Compagnie Pantserafweergeschut (8 Comp. Pag.). Zijn regiment 8 RI verdedigde toen de Grebbeberg tegen de Duitse invallers. Over Van Aalsts belevenissen tijdens de strijd zijn geen bijzonderheden bekend, maar al meteen op 11 mei raakte hij vermist. Het is onduidelijk of hij door de Duitsers krijgsgevangen werd genomen. Op 13 juni 1940 kon hij met groot verlof naar huis terugkeren. Deze late datum is een aanwijzing dat hij inderdaad krijgsgevangene is geweest.

Na de oorlog heeft Van Aalst op 7 mei 1945 vrijwillig dienstgenomen bij het Korps Grensbewaking, waar hij diende bij de Compagnie Doetinchem in Grensvak III. Na een dienstverband van halfjaar verliet hij het korps op 8 november 1945. Hij is daarna nog tot 1 oktober 1954 als reservist oproepbaar gebleven.

Van Aalst trouwde op 25 mei 1948 in Gendringen Mathilda Bernardina Neve, geboren aldaar op 8 februari 1929 als dochter van Anthonius Norbertus Neve en Elisabetha Maria Kok. Verdere gegevens over zijn levensloop zijn niet voorhanden.

Bronnen

• Archieven.nl
• Staat van dienst op Grebbeberg.nl
• Stamboom Neve