Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Lenting, Johannes Jacobus
Johannes Jacobus (Jan) Lenting was KNIL-militair. Hij werd op 25 juli 1887 geboren in Braamt als natuurlijke zoon van Hendrina Lenting. Op 19 december 1906 heeft zijn moeder hem officieel als haar zoon erkend. Zijn (half)broer August Lenting heeft ook bij het KNIL gediend.
Inhoud
Nederlands-Indië
Zij eerste periode in Indië
Lenting was negentien jaar oud toen hij zich op 31 december 1906 in Doesburg vrijwillig aanmeldde als soldaat bij het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL). Zijn verbintenis van zes jaar ging in op 3 januari 1907. Op die dag ontving hij een premie van 200 gulden.
Op 19 januari 1907 vertrok hij met het stoomschip Gedé naar Nederlands- Indië. De aankomst in Batavia was op 26 februari. In Indië was hij tamboer bij zijn onderdeel. Kort voor het einde van zijn dienstverband op 6 januari 1913 in Tjimahi op West-Java heeft hij een certificaat van goed gedrag ontvangen. Na zijn afzwaaien is hij nog een poosje in Indië gebleven, want hij kwam pas op 26 september 1913 met het stoomschip Tambora aan in Rotterdam.
Zij tweede periode in Indië
De militaire dienst trok hem nog steeds aan, want op 21 augustus 1914 – hij was toen 27 jaar – heeft hij vrijwillig diensgenomen in het Nederlandse leger. Hij tekende voor een dienstverband van vier jaar met een premie van 50 gulden voor het eerst jaar, 30 gulden voor het tweede jaar en 20 gulden voor de overige jaren in werkelijke dienst. Die maand werd hem de bronzen medaille voor langdurige, eerlijke en trouwe dienst uitgereikt. In Nederland werd die pas na twaalf jaar dienst toegekend, maar tropenjaren telden dubbel, zodat Lenting er al na zes jaar recht op had.
Hij werd ingedeeld bij het 19e Regiment Infanterie (19 RI), waar hij op 27 oktober weer de functie van tamboer kreeg. Op 5 maart 1915 werd hij bevorderd tot korporaal. Blijkbaar vond hij in het Nederlandse leger niet wat hij zocht, want op 23 september 1915 tekende hij voor een dienstverband van drie jaar bij het KNIL. De 30 gulden premie die hij al had ontvangen voor zijn tweede jaar in het Nederlandse leger, moest toen terugbetalen.
Zijn nieuwe dienstverband bij het KNIL ging in op 15 november 1915, de dag dat hij in Indië aankwam. Hij was op 9 oktober met het stoomschip Oranje van Amsterdam vertrokken. In Indië werd hij met de rang van kanonnier 2e klas ingedeeld bij de artillerie. De rang van korporaal die hij bij 19 RI had, was hij daarmee kwijt.
Zijn dienstverband eindigde op 25 november 1918. Op 20 december daaropvolgend ging hij aan boord van het stoomschip Noordam en kwam op 30 januari 1919 aan in Rotterdam.
Zij derde periode in Indië
Lenting is naderhand weer teruggegaan naar Indië, vermoedelijk weer in dienst van het KNIL, maar daarover zijn geen gegevens voorhanden. In Indië trouwde hij omstreeks 1922 met de Indische vrouw Anna Maria Bujung, geboren te Kawanghorn op 16 januari 1896. In Indië werden hun drie kinderen geboren:
Terug in Nederland
Het gezin Lenting, vader Jan was intussen door zijn tropenjaren een gepensioneerd militair, keerde terug naar Nederland en kwam op 5 oktober 1933 via Doetinchem naar Braamt.
In de periode 1959–1960 bezorgde Jaap Hunting wekelijks de KRO-gids bij de familie Lenting, en dan zat Jan in zijn huisje (Braamt 105, thans Onderlangs 13) meestal bij de warme potkachel met een rokende sigaret in zijn onmiddellijke nabijheid. Jan was handig in het repareren van uurwerken (klokken en horloges).
Jan overleed in Braamt op 15 december 1965, 78 jaar oud, en werd begraven op de r.-k. begraafplaats in Zeddam. Daar was zijn vrouw al begraven na haar overlijden op 66-jarige leeftijd op 28 maart 1962.
Bronnen
- Archieven.nl
- Nationaal Archief, 2.10.50 Inventaris van het archief van het Ministerie van Koloniën: Stamboeken en pensioenregisters van Militairen KNIL in Oost- en West-Indië, 1815-1949 (1954), suppletiefolia 42047 en 45212
- Graftombe.nl