Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Lenting, Wilhelmus Johannes Hendrikus: verschil tussen versies
(andere foto, plaatsnamen toegevoegd) |
k (OVW) |
||
| Regel 2: | Regel 2: | ||
'''Joop Lenting''' werd geboren te Batavia, de hoofdstad van Nederlands-Indië, thans Jakarta, op 15 december [[1922]] en hij overleed te [[Terborg]] op 10 maart [[2005]], 82 jaar oud. Hij was de zoon van [[Lenting, Johannes Jacobus|Jan Lenting]] en [[Bujung, Anna Maria|Anna Maria Bujung]] en de broer van [[Lenting, Augustina Maria|Marietje]] en [[Lenting, Cornelia Julia|Corrie Lenting]]. | '''Joop Lenting''' werd geboren te Batavia, de hoofdstad van Nederlands-Indië, thans Jakarta, op 15 december [[1922]] en hij overleed te [[Terborg]] op 10 maart [[2005]], 82 jaar oud. Hij was de zoon van [[Lenting, Johannes Jacobus|Jan Lenting]] en [[Bujung, Anna Maria|Anna Maria Bujung]] en de broer van [[Lenting, Augustina Maria|Marietje]] en [[Lenting, Cornelia Julia|Corrie Lenting]]. | ||
| − | Vanuit [[Braamt]] ging Joop (legernummer 22.12.15.009) kort na de [[Tweede Wereldoorlog]] als oorlogsvrijwilliger bij het 9e bataljon van het Regiment Stoottroepen (9 RS) terug naar zijn geboorteland. 9 RS was een van de laatste bataljons oorlogsvrijwilligers, en werd, samen met nog een aantal OVW-bataljons bij aankomst in Indië opgeheven. De manschappen werden gebruikt om reeds aanwezige OVW-bataljons weer op sterkte te brengen, en aldus kwam Joop bij 8 RS op Zuid-Sumatra terecht. Daar was hij oppasser (in de betekenis van "soldaat in persoonlijke dienst van een officier") van een van de pelotonscommandanten van de 2e compagnie van 8 RS. | + | Vanuit [[Braamt]] ging Joop (legernummer 22.12.15.009) kort na de [[Tweede Wereldoorlog]] als [[Deelnemers Politionele Acties#De oorlogsvrijwilligers: de A- en de B-Divisie|oorlogsvrijwilliger]] bij het 9e bataljon van het Regiment Stoottroepen (9 RS) terug naar zijn geboorteland. 9 RS was een van de laatste bataljons oorlogsvrijwilligers, en werd, samen met nog een aantal OVW-bataljons bij aankomst in Indië opgeheven. De manschappen werden gebruikt om reeds aanwezige OVW-bataljons weer op sterkte te brengen, en aldus kwam Joop bij 8 RS op Zuid-Sumatra terecht. Daar was hij oppasser (in de betekenis van "soldaat in persoonlijke dienst van een officier") van een van de pelotonscommandanten van de 2e compagnie van 8 RS. |
Toen 8 RS in juli [[1948]] repatrieerde (omdat de diensttijd erop zat), konden Joop en de andere jongens die als aanvullers van 9 RS waren gekomen, niet mee naar Nederland. Zij moesten blijven om hun diensttijd vol te maken. Samen met lotgenoten van andere bataljons kwamen ze terecht bij het ''Blijvertjes''bataljon 2-15 RI op Oost-Java. 2-15 RI was een van de drie ''Blijvertjes''bataljons (1-, 2-, en 3-15 RI). De bedoeling was dat het blijven maar een paar maanden zou duren, maar door de Tweede Politionele Actie (die vlak voor Kerstmis 1948 begon) liep dit uit tot bijna een jaar. In dat jaar is Joop bevorderd tot soldaat 1e klas. 2-15 RI kwam pas op 18 juli [[1949]] met de ''Kota Inten'' aan in de haven van Rotterdam. | Toen 8 RS in juli [[1948]] repatrieerde (omdat de diensttijd erop zat), konden Joop en de andere jongens die als aanvullers van 9 RS waren gekomen, niet mee naar Nederland. Zij moesten blijven om hun diensttijd vol te maken. Samen met lotgenoten van andere bataljons kwamen ze terecht bij het ''Blijvertjes''bataljon 2-15 RI op Oost-Java. 2-15 RI was een van de drie ''Blijvertjes''bataljons (1-, 2-, en 3-15 RI). De bedoeling was dat het blijven maar een paar maanden zou duren, maar door de Tweede Politionele Actie (die vlak voor Kerstmis 1948 begon) liep dit uit tot bijna een jaar. In dat jaar is Joop bevorderd tot soldaat 1e klas. 2-15 RI kwam pas op 18 juli [[1949]] met de ''Kota Inten'' aan in de haven van Rotterdam. | ||
Versie van 1 apr 2008 om 18:26
Joop Lenting werd geboren te Batavia, de hoofdstad van Nederlands-Indië, thans Jakarta, op 15 december 1922 en hij overleed te Terborg op 10 maart 2005, 82 jaar oud. Hij was de zoon van Jan Lenting en Anna Maria Bujung en de broer van Marietje en Corrie Lenting.
Vanuit Braamt ging Joop (legernummer 22.12.15.009) kort na de Tweede Wereldoorlog als oorlogsvrijwilliger bij het 9e bataljon van het Regiment Stoottroepen (9 RS) terug naar zijn geboorteland. 9 RS was een van de laatste bataljons oorlogsvrijwilligers, en werd, samen met nog een aantal OVW-bataljons bij aankomst in Indië opgeheven. De manschappen werden gebruikt om reeds aanwezige OVW-bataljons weer op sterkte te brengen, en aldus kwam Joop bij 8 RS op Zuid-Sumatra terecht. Daar was hij oppasser (in de betekenis van "soldaat in persoonlijke dienst van een officier") van een van de pelotonscommandanten van de 2e compagnie van 8 RS.
Toen 8 RS in juli 1948 repatrieerde (omdat de diensttijd erop zat), konden Joop en de andere jongens die als aanvullers van 9 RS waren gekomen, niet mee naar Nederland. Zij moesten blijven om hun diensttijd vol te maken. Samen met lotgenoten van andere bataljons kwamen ze terecht bij het Blijvertjesbataljon 2-15 RI op Oost-Java. 2-15 RI was een van de drie Blijvertjesbataljons (1-, 2-, en 3-15 RI). De bedoeling was dat het blijven maar een paar maanden zou duren, maar door de Tweede Politionele Actie (die vlak voor Kerstmis 1948 begon) liep dit uit tot bijna een jaar. In dat jaar is Joop bevorderd tot soldaat 1e klas. 2-15 RI kwam pas op 18 juli 1949 met de Kota Inten aan in de haven van Rotterdam.
Joop kreeg later voor zijn verdiensten in Nederland een koninklijke onderscheiding, de eremedaille in brons verbonden aan de Orde van Oranje Nassau.
Andere militairen van 2-15 RI:
- Gerrit Berendsen (Zeddam)
- Jan Egbers (Zeddam)
- Joep Zweers (Vinkwijk)
