Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Müller, Johannes: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 1: Regel 1:
[[Afbeelding:ZAKBOEKJE_JOHANN_HUBER.JPG|thumb|right|300px|Zakboekje van Johannes Müller]]
+
[[Afbeelding:Joh.Müller.jpg|thumb|right|300px|Johan Müller]]
 
'''Johannes Müller''' werd geboren op 15 maart [[1923]] in het toenmalige Petershagen, een dorp bij Danzig. Tegenwoordig ligt dit dorp op Pools grondgebied en heet Pęciszewko.
 
'''Johannes Müller''' werd geboren op 15 maart [[1923]] in het toenmalige Petershagen, een dorp bij Danzig. Tegenwoordig ligt dit dorp op Pools grondgebied en heet Pęciszewko.
  

Versie van 22 mrt 2009 om 14:02

Johan Müller

Johannes Müller werd geboren op 15 maart 1923 in het toenmalige Petershagen, een dorp bij Danzig. Tegenwoordig ligt dit dorp op Pools grondgebied en heet Pęciszewko.

Grenadier Müller was een van de Duitse militairen die zich op de avond van 31 maart 1945 nog in Zeddam bevonden. Deels waren dit troepen die zich kort tevoren uit Rees en Elten hadden teruggetrokken. Zeddam lag die nacht net als de voorgaande nachten onder artillerievuur. De volgende morgen ging schoolhoofd meester Helmes naar buiten om de schade op te nemen en vond in de omgeving van zijn huis drie gesneuvelde Duisters. De geweren van twee van hen en het pistool van de derde (een officier) nam hij mee naar huis. Daarna ging hij met zijn fototoestel terug om een foto te maken van een van de lijken.

Dit gebeurde allemaal nog voordat om tien uur 's morgens de eerste Canadese bevrijders Zeddam binnenreden. Daarna werden de drie gesneuvelden op een handkar naar het lijkenhuis van de r.-k. kerk gebracht en enkele dagen later samen met een vierde gesneuvelde in een gezamenlijk graf begraven. In juni 1954 zijn de vier doden overgebracht naar de Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn bij Venray en daar herbegraven in Kameradengrab 13.

Jan Lukkezen heeft de identiteit van de drie eerste genoemde gesneuvelden kunnen achterhalen. Naast Müller waren dat de officier Johann Huber en de soldaat Karl-Heinz Rühl. Uit kopieën van Müllers soldijboekje konden bovendien diens gangen vanaf maart 1944 nagegaan worden. Toch liggen de vier op Ysselsteyn met nog twee doden in een naamloos verzamelgraf. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de chaos van de laatste oorlogsdagen. Het instortende Derde Rijk kon toen niet meer bijhouden wie waar gesneuveld was. In het systeem van de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge staat Müller aldus vermeld als zijnde sinds 19 januari 1945 vermist te Schiedam. Hij is daar waarschijnlijk wel geweest, want voor de periode 16 maart – 31 maart 1945 heeft hij via de Wehrmachtskommandantur in Rotterdam 36 Nederlandse guldens uitbetaald gekregen. Hoe Müller van Schiedam in Zeddam is terechtgekomen, zal wel altijd een vraag blijven. Of zou er, gezien de gelijkenis tussen beide plaatsnamen, een vergissing in het spel zijn?

Bronnen

Sjabloon:Onderwerp