Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Both, Franciscus Joannes Baptista de: verschil tussen versies
k (link neef De Both) |
(Harderwijk toegevoegd) |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
'''Frans de Both''' was [[Notarissen|openbaar notaris]] van het kanton 's-Heerenberg. | '''Frans de Both''' was [[Notarissen|openbaar notaris]] van het kanton 's-Heerenberg. | ||
− | Hij | + | Hij werd geboren in [['s-Heerenberg|de stad 's-Heerenberg]] waar hij ook rk is gedoopt op 24 juni [[1774]] als zoon van Xaverius Anthon Joseph Johannes Nepomucenus de Both, Cancelist en Leengriffier van het Hooggrafelijk [[Huis Bergh]] en Johanna Catharina Burgers. |
<br/>Grootouders zijn van vaderskant Abraham de Both en Magdalena Scheers en van moederskant Steven Burgers en Anna Catharina Bouwmans. | <br/>Grootouders zijn van vaderskant Abraham de Both en Magdalena Scheers en van moederskant Steven Burgers en Anna Catharina Bouwmans. | ||
+ | |||
+ | Frans studeerde rechten aan de Gelderse Academie in Harderwijk (van [[1648]] tot [[1812]] had Harderwijk een universiteit!). Voor zijn afstuderen op 8 juni [[1805]] betaalde hij veertig gulden. In de Franse tijd noemde hij zich François, Maire de 's-Heerenberg. | ||
Frans trouwde op 27 november [[1822]] met Maria Susanna Leopoldina Josephina van Raesfeld, gedoopt te Bocholt 30 juli [[1798]], dochter van Johan Joseph van Raesfeld, assessor van het schoutambt [[Lichtenvoorde]] en practiserend medicinae doctor aldaar en wonend op de ''Huize Herreveld'' onder Lichtenvoorde, en Maria Josephina Reygers (overleden 16 juli [[1801]] te Boekhold = Bocholt). | Frans trouwde op 27 november [[1822]] met Maria Susanna Leopoldina Josephina van Raesfeld, gedoopt te Bocholt 30 juli [[1798]], dochter van Johan Joseph van Raesfeld, assessor van het schoutambt [[Lichtenvoorde]] en practiserend medicinae doctor aldaar en wonend op de ''Huize Herreveld'' onder Lichtenvoorde, en Maria Josephina Reygers (overleden 16 juli [[1801]] te Boekhold = Bocholt). | ||
Regel 19: | Regel 21: | ||
*Mededeling John Thoben | *Mededeling John Thoben | ||
*Huwelijksbijlagen [[1822]] | *Huwelijksbijlagen [[1822]] | ||
− | + | *Album Promotorium van de Academie te Harderwijk, Vereniging Gelre, Arnhem 1980, blz. 284 | |
{{Onderwerp|Notarissen}} | {{Onderwerp|Notarissen}} |
Versie van 10 apr 2008 om 15:59
Frans de Both was openbaar notaris van het kanton 's-Heerenberg.
Hij werd geboren in de stad 's-Heerenberg waar hij ook rk is gedoopt op 24 juni 1774 als zoon van Xaverius Anthon Joseph Johannes Nepomucenus de Both, Cancelist en Leengriffier van het Hooggrafelijk Huis Bergh en Johanna Catharina Burgers.
Grootouders zijn van vaderskant Abraham de Both en Magdalena Scheers en van moederskant Steven Burgers en Anna Catharina Bouwmans.
Frans studeerde rechten aan de Gelderse Academie in Harderwijk (van 1648 tot 1812 had Harderwijk een universiteit!). Voor zijn afstuderen op 8 juni 1805 betaalde hij veertig gulden. In de Franse tijd noemde hij zich François, Maire de 's-Heerenberg.
Frans trouwde op 27 november 1822 met Maria Susanna Leopoldina Josephina van Raesfeld, gedoopt te Bocholt 30 juli 1798, dochter van Johan Joseph van Raesfeld, assessor van het schoutambt Lichtenvoorde en practiserend medicinae doctor aldaar en wonend op de Huize Herreveld onder Lichtenvoorde, en Maria Josephina Reygers (overleden 16 juli 1801 te Boekhold = Bocholt).
Vader Van Raesfeld was het niet eens met dit huwelijk. Hem werd tot driemaal toe een Eerbiedige Akte voorgelegd met het verzoek om permissie voor dit huwelijk, maar hij bleef halsstarrig en zijn laatste woorden waren: "Ik ben overtuigd, dat zij in schijnvrienden gelooft. Haare welmeenendsten Vader veragt. Betreuren tevens vaderlijk, dat zij haare Eenigste zuster mede in Een onherstelbaar ongeluk heeft gesleept."
Deze notaris De Both was een oom van notaris De Both in Varsseveld.
Comparanten
Bronnen
- Mededeling Frater Hans Limbeek (i.z. Cremer-Dijker)
- Mededeling Mevr. Lied Deurvorst
- Mededeling John Thoben
- Huwelijksbijlagen 1822
- Album Promotorium van de Academie te Harderwijk, Vereniging Gelre, Arnhem 1980, blz. 284