Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Gerardus Majella Gesticht: verschil tussen versies
(→Historie) |
k |
||
Regel 19: | Regel 19: | ||
Rond [[1908]] hebben het toenmalig Armenbestuur, secretaris Th. Koster en [[Willems, Bernardus Wilhelmus|pastoor Bernardus Willems]] opdracht gegeven aan architect Herman Kroes in Amersfoort (dit was een architect die veel voor het Bisdom werkte) om een "gasthuis", een rusthuis voor ouderen en armlastigen te ontwerpen en te tekenen. In [[1910]] werd het gebouw in gebruik genomen. Het gebouw kreeg de naam "Gerardus Majella Gesticht". | Rond [[1908]] hebben het toenmalig Armenbestuur, secretaris Th. Koster en [[Willems, Bernardus Wilhelmus|pastoor Bernardus Willems]] opdracht gegeven aan architect Herman Kroes in Amersfoort (dit was een architect die veel voor het Bisdom werkte) om een "gasthuis", een rusthuis voor ouderen en armlastigen te ontwerpen en te tekenen. In [[1910]] werd het gebouw in gebruik genomen. Het gebouw kreeg de naam "Gerardus Majella Gesticht". | ||
− | Secretaris | + | Secretaris [[Koster, Theodorus Gerardus Jozefus|Theodorus Gerardus Jozefus Koster]] had een bezoek gebracht aan het klooster van de Zusters Franciscanessen in Heithuyzen in Limburg en contact gehad met de Generaal-Overste, en na veel correspondentie was men tot de volgende afspraak gekomen: drie jaar hoeft het bestuur geen bijdrage te geven, na die drie jaar ontving de orde F. 50,00 en na vijf jaar F. 75,00 per zuster. |
In [[1911]] kreeg het Geradus Majella Gesticht een eigen bestuur. Het bestond uit de pastoor Willems, Mr. Reintjes, Maria Meijer, A. Braam en Joz. Claassen. Het bestuur hield toezicht op gang van zaken en vooral op de financiën, en rapporteerde aan het Armen bestuur en het kerkbestuur. | In [[1911]] kreeg het Geradus Majella Gesticht een eigen bestuur. Het bestond uit de pastoor Willems, Mr. Reintjes, Maria Meijer, A. Braam en Joz. Claassen. Het bestuur hield toezicht op gang van zaken en vooral op de financiën, en rapporteerde aan het Armen bestuur en het kerkbestuur. |
Versie van 5 mei 2021 om 15:42
Het Gerardus Majella Gesticht in Zeddam had als doel: mannen en vrouwen en zieken uit de parochie Zeddam die thuis niet vepleegd konden, worden kosteloos op te nemen en te verplegen. Op het einde van de Tweede Wereldoorlog was hier een noodlazaret ingericht. In de laatste nacht van de oorlog, de nacht van 31 maart op 1 april 1945, werd dit gebouw door de Duitsers in brand gestoken en vrijwel volkomen vernield.
In 1963 werd op nagenoeg dezelfde plek het bejaardencentrum Sydehem geopend.
De heilige Gerardus Majella (1726-1755) leefde in de omgeving van Napels. Hij is de patroonheilige van kleermakers, portiers en zwangere vrouwen.
In het bevolkingsregister in het gemeente-archief komt het gesticht voor bij inventarisnummer 1216.
Historie
Rond 1908 hebben het toenmalig Armenbestuur, secretaris Th. Koster en pastoor Bernardus Willems opdracht gegeven aan architect Herman Kroes in Amersfoort (dit was een architect die veel voor het Bisdom werkte) om een "gasthuis", een rusthuis voor ouderen en armlastigen te ontwerpen en te tekenen. In 1910 werd het gebouw in gebruik genomen. Het gebouw kreeg de naam "Gerardus Majella Gesticht".
Secretaris Theodorus Gerardus Jozefus Koster had een bezoek gebracht aan het klooster van de Zusters Franciscanessen in Heithuyzen in Limburg en contact gehad met de Generaal-Overste, en na veel correspondentie was men tot de volgende afspraak gekomen: drie jaar hoeft het bestuur geen bijdrage te geven, na die drie jaar ontving de orde F. 50,00 en na vijf jaar F. 75,00 per zuster.
In 1911 kreeg het Geradus Majella Gesticht een eigen bestuur. Het bestond uit de pastoor Willems, Mr. Reintjes, Maria Meijer, A. Braam en Joz. Claassen. Het bestuur hield toezicht op gang van zaken en vooral op de financiën, en rapporteerde aan het Armen bestuur en het kerkbestuur.
Het gebouw werd al snel te klein en daarom is in 1930 het plan geopperd om het te verbouwen. Ook werd er een kapel aangebouwd, zoals die op de rechter foto te zien is. In 1931 is dit voltooid.
Oorlog
Het Majella Gesticht werd druk bewoond door inwoners uit Zeddam en omstreken. Eind 1944 werd het door de Duitsers gevorderd. De bewoners werden ondergebracht bij familie of bij inwoners van Zeddam. In de nacht van 31 maart op 1 april 1945, enkele uren voor dat Zeddam bevrijd was, hebben de Duitsers het gebouw in brand gestoken en zijn weggetrokken.
Herbouw
Het heeft heel lang geduurd voordat zowel de kerkelijke als ook de gemeentelijke, provinciale en landelijke overheid groen licht gaven om er een bejaardenhuis op dezelfde plaats te mogen bouwen. Het was vooral aan de inzet van pastoor Braam te danken dat het er kwam. Het nieuwe gebouw is in 1965 geopend onder de naam Sydehem. Door veranderende zorg en om ook aan de eisen van bewoners, die de kamers erg klein vonden, te voldoen, is besloten om in 1992 een nieuw huis te bouwen. De bewoners werden ondergebracht in tijdelijke barakken aan de overzijde van de straat tot de nieuwbouw klaar was. Leden van diverse verenigingen hebben geholpen met de verhuizing en toen in 1993 de nieuwbouw klaar was ook weer met die verhuizing. De barakken zijn daarna nog twee jaar gebruikt voor opvang van asielzoekers. Tot 1996 was het een zelfstandige stichting die toen overging in stichting Sorghsaam. Er is samenwerking met zorgcentrum het Weerdje en en verpleeghuis Den Ooiman in Doetinchem en zorgcentrum St. Jozef in Gaanderen. Hiernaast de toelichting op de schaderapporten anno 1957.
Heden
In 2001 ging Sorghsaam een fusie aan met andere thuiszorginstellingen en kreeg de naam Sensire Sydehem. Vanaf 2002 is er ook een verpleegafdeling, zodat er geen bewoners meer verplaatst hoeven te worden die anders naar een verpleeghuis zouden moeten. Op dit moment zijn er vijfig bewoners.
De aanleunwoningen zijn eigendom van Woningstichting Bergh en vallen voor de verzorging onder de thuiszorg van Sensire.
Bron
- Parochie-archief St.Oswaldusparochie