Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Frank, Sara: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
k (enkele aanvullingen)
k (Foto toegevoegd)
Regel 1: Regel 1:
 
[[Bestand:Graf Sara Oppenheimer-Frank.jpg|thumb|right|300px|<center>'''Graf nr. 6 op de Joodse begraafplaats in<br>'s-Heerenberg is van Sara Frank.</center>]]
 
[[Bestand:Graf Sara Oppenheimer-Frank.jpg|thumb|right|300px|<center>'''Graf nr. 6 op de Joodse begraafplaats in<br>'s-Heerenberg is van Sara Frank.</center>]]
 +
[[Bestand:Joodse graven gefotografeerd februari 1957 1.jpg|thumb|right|300px|<center>'''De grafsteen in [[1957]].<br>Op de achtergrond de gevallen grafsteen van [[Simon, Joseph|Joseph Simon]], daarnaast de grafstenen van [[Simon, Leizer|Leizer Simon]] en [[Levie, Bina|Bina Hertz-Levie]].]]
 
'''Sarar Frank''' werd op 8 maart [[1806]] geboren in [['s-Heerenberg]] en daar gedoopt op 4 maart [[1807]] als dochter van [[Frank, Nathan Abraham|Nathan Abraham Frank]] en [[Pach, Roosa Mozes|Roosje Pach]]. Zij wordt genoemd op de [[Joodse_gemeenschap_in_'s-Heerenberg#De_namenlijst_van_1813|namenlijst van 1813]].
 
'''Sarar Frank''' werd op 8 maart [[1806]] geboren in [['s-Heerenberg]] en daar gedoopt op 4 maart [[1807]] als dochter van [[Frank, Nathan Abraham|Nathan Abraham Frank]] en [[Pach, Roosa Mozes|Roosje Pach]]. Zij wordt genoemd op de [[Joodse_gemeenschap_in_'s-Heerenberg#De_namenlijst_van_1813|namenlijst van 1813]].
  

Versie van 16 okt 2022 om 11:07

Graf nr. 6 op de Joodse begraafplaats in
's-Heerenberg is van Sara Frank.
De grafsteen in 1957.
Op de achtergrond de gevallen grafsteen van Joseph Simon, daarnaast de grafstenen van Leizer Simon en Bina Hertz-Levie.

Sarar Frank werd op 8 maart 1806 geboren in 's-Heerenberg en daar gedoopt op 4 maart 1807 als dochter van Nathan Abraham Frank en Roosje Pach. Zij wordt genoemd op de namenlijst van 1813.

Zij trouwde op 14 juni 1824 met de slager Simon Heijman. Hun kinderen waren:

  • Judith (Jutje), geboren op 22 november 1826
  • Julius, geboren op 22 april 1829
  • Maurits, geboren op 13 december 1831
  • Helena, geboren op 13 maart 1834
  • Sibilla, geboren op 19 juli 1836, tien dagen later overleden
  • Sibilla, geboren op 19 oktober 1837, overleden op 21 februari 1841
  • Dina, geboren op 23 maart 1840

Vanaf 1838 woonde zij met haar man en kinderen in een huis aan de Marktstraat in 's-Heerenberg. Daar overleed haar man op 26 juli 1840, waarna zij op 19 maart 1842 in 's-Heerenberg hertrouwde met de koopman Michael Oppenheimer uit Blieskastel, een stad in het huidige Saarland, dat destijds bij het koninkrijk Beieren hoorde. Zijn ouders waren Marcus Oppenheimer en Sara Levij. Als Sara's beroep vermeldt de huwelijksakte "slageresse". De kinderen uit haar tweede huwelijk – van wie het eerste al vijf dagen na de huwelijksvoltrekking werd geboren – waren:

  • Bernard, geboren op 25 maar 1842, overleden op 13 februari 1907 in Den Haag
  • Eliza, geboren op 15 april 1844
  • Mozes, geboren op 7 november, overleden op 14 november 1846
  • Alexander, geboren op 2 januari 1848
  • Rosalie, geboren op 31 maart 1850

Sara bleef na haar tweede huwelijk nog tot mei 1843 in het huis aan de Markstraat wonen. Daarna verhuisde zijn met haar gezin naar een woning in de Kellenstraat. Mogelijk was dit haar geboortehuis, want haar moeder was de vorige hoofdbewoonster van dit pand.

Sara overleed in haar woonplaats op 13 maart 1872 en werd twee dagen later begraven op de Joodse begraafplaats in 's-Heerenberg. Haar tweede man Michael Oppenheimer vertrok na haar dood naar Rotterdam, waar hij op 11 februari 1884 op 72-jarige leeftijd overleed.

De vertaling van de Hebreeuwse tekst op Sara's grafsteen luidt:

Kijkt naar Sara die u baarde
Hier is geborgen
een flinke vrouw de pracht van haar mannen en zonen
ingetogen en rechtschapen en aangenaam in haar daaden
naar de arme en behoeftige strekte zij haar hand uit
om liefdadigheid te bedrijven al haar dagen
dat is de vrouw mevrouw Sara dochter van Nathan Avraham Frank zijn nagedachtenis zij tot zegen
zij overleed op woensdag 3 Adar II en werd begraven op vrijdag de 5e daarvan van het jaar 5632
T.N.Ts.B.H.

De eerste zin staat in een boog langs de bovenrand van de grafsteen en is een citaat uit Jesaja 51:2.

Bronnen