Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Jezuïeten: verschil tussen versies
k (zij stichtten de Kruisweg bij het Sint Bonifatiusklooster) |
(→Terug naar Duitsland) |
||
(46 tussenliggende versies door 4 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | + | Adres: '''[['s-Heerenberg Emmerikseweg 13]]''' <br/> | |
− | |||
− | {{ | + | == De eerste bewoners van het Patersklooster == |
+ | Duitse '''jezuïeten''' lieten in de jaren [[1908]]-[[1910]] het [[Patersklooster]] in [['s-Heerenberg]] bouwen. Zoals op de pagina over het Patersklooster te lezen valt, was dit een laat gevolg van de ''Kulturkampf'' die in de jaren zeventig van de negentiende eeuw in [[Duitsland]] werd gevoerd. Nadat daar in [[1872]] het ''Jesuitengesetz'' was aangenomen, moesten zij noodgedwongen hun land verlaten. | ||
+ | |||
+ | Jezuïeten uit Bonn en Essen vestigden zich toen in Nederlands Limburg; op een kasteel bij Baexem en op een kasteel bij Afferden. Toen laatstgenoemd kasteel afbrandde en het kasteel bij Baexem te klein bleek om alle jezuïeten te huisvesten, werd gezocht naar een locatie om een nieuw klooster te bouwen. Het oog viel op 's-Heerenberg, waar [[Administrateurs en Rentmeesters Huis Bergh|rentmeester]] [[Meijer, Laurentius|Laurens Meijer]] van [[Huis Bergh]] behulpzaam was bij de aankoop van de benodigde grond. | ||
+ | |||
+ | In de tuin van hun klooster stichtten de jezuïeten een prachtige [[Kruisweg bij het Sint Bonifatiusklooster|kruisweg]]. | ||
+ | |||
+ | {| | ||
+ | |- valign=top | ||
+ | |[[Bestand:Screenshot 20210316-184932 Facebook.jpg|410px|right|thumb|<center>'''Bonifatiushaus bei Emmerich'''</center>]] | ||
+ | |[[Bestand:Kopie van Muur compleet.jpg|350px|thumb|<center>'''Het Patersklooster met daarvoor nog de [[Patersklooster#Restanten van de kloostermuur| kloostermuur]]</center>]] | ||
+ | |[[Bestand:Kopie van Kloostertuin-begin-20e-eeuw.jpg|480px|thumb|<center>'''De pas aangelegde kloostertuin.<br>Rechts op het grasveld is [[Kruisweg in het Stadspark#De veertien staties|de veertiende statie]] te zien.</center>]] | ||
+ | |} | ||
+ | {| | ||
+ | |- valign=top | ||
+ | |[[Bestand:Klooster_met_bijgebouw.jpg|410px|right|thumb|<center>'''Het klooster met bijgebouw'''</center>]] | ||
+ | |[[Bestand:Bijgebouw_klooster.jpg|440px|thumb|<center>'''Het bijgebouw bij het Patersklooster</center>]] | ||
+ | |} | ||
+ | |||
+ | == De inwijding van het klooster == | ||
+ | [[Bestand:Patersklooster 19101022 GB.jpg|thumb|right|400px|'''Uit [[Graafschapbode|De Graafschapbode]] van 22 oktober 1910]] | ||
+ | Het nieuwe klooster werd ingewijd op 18 oktober 1910. De avond tevoren waren wielrijders van de [['s-Heerenbergsche Rijwielvereeniging|'s-Heerenbergse pedalistenclub]] onder aanvoering van [[Zoeaven|voormalig zoeaaf]] [[Derksen, Hendrikus Wilhelmus|Hent Derksen]] naar het [[Station Emmerik|station]] in [[Emmerik]] gereden om monseigneur Henricus van de Wetering, aartsbisschop van Utrecht, en Joseph Damian Schmitt, bisschop van Fulda, op te halen. Deze twee hoge geestelijken zouden het klooster inwijden. Onder klokgelui en verlicht door lampions escorteerden de wielrijders de rijtuigen van de bisschoppen naar 's-Heerenberg. De fietsen waren met linten in de pauselijke kleuren wit en geel versierd en de berijders droegen sjerpen in dito kleuren. Derksen reed in zijn zoeavenuniform en werd begeleid door twee jongens die eveneens als zoeaaf waren gekleed. | ||
+ | |||
+ | De volgende dag om 9 uur 's morgens begon de festiviteiten. Overal in 's-Heerenberg wapperden vlaggen. Als eerste werden de twee kapellen gewijd; de bisschop van Fulda nam de benedenkapel voor zijn rekening, de aartsbisschop wijdde de eigenlijke huiskapel. Daar celebreerde hij in vol ornaat met mijter en staf een plechtige hoogmis. | ||
+ | |||
+ | Na afloop van de hoogmis droeg de bisschop van Fulda enkele relikwieën van Sint Bonifatius over aan het Patersklooster, dat daarmee de naam '''Sint Bonifatiushuis''' kreeg. Dit verklaart ook de aanwezigheid van deze bisschop; in zijn bisdom, ver weg in Hessen, staat het klooster Fulda waar de relikwieën van Sint Bonifatius worden bewaard. Boven de ingang van het klooster prijkt tot op de dag van vandaag een beeld van Sint Bonifatius, die in Nederland vooral bekend is omdat hij in [[754]] bij Dokkum werd vermoord. | ||
+ | <br clear=all> | ||
+ | |||
+ | == De jezuïeten in 's-Heerenberg == | ||
+ | De jezuïeten waren Duitsers en zij hadden weinig of geen contact met de bevolking en de geestelijkheid van 's-Heerenberg. Het zwaartepunt van hun activiteiten was onderwijs geven, en dat was net als hun andere werkzaamheden geheel gericht op Duitsland. In het klooster was een college voor hoger onderwijs, maar de tweejarige opleiding daar stond alleen open voor Duitsers. | ||
+ | {| | ||
+ | | valign=top width=600 | | ||
+ | In 1910 vermeldde het lesrooster:<br> | ||
+ | *Latijn | ||
+ | *Grieks | ||
+ | *Bijbel- en catechetisch onderwijs | ||
+ | *Algemene humanistische studiën met oefeningen in welbespraaktheid | ||
+ | | valign=top width=600 | | ||
+ | In [[1915]] vermeldde het lesrooster:<br> | ||
+ | *Latijn | ||
+ | *Grieks | ||
+ | *Duits | ||
+ | *Ascetische en liturgische onderwerpen | ||
+ | *Praktische oefeningen in catechismus, kerkzang en prediken | ||
+ | |} | ||
+ | |||
+ | In [[1915]] waren er vijftig leerlingen, maar vanwege de [[Eerste Wereldoorlog]] waren de meeste aan het front. 27 leerlingen waren als ziekenverpleger in Frankrijk, België en Servië; negen leerlingen waren als soldaat in actieve dienst. Een aantal 's-Heerenbergse jezuïeten was tijdens de Eerste Wereldoorlog als aalmoezenier werkzaam in het Duitse leger. Twee van hen werden in [[1915]] onderscheiden met het ''Eiserne Kreuz'', dat toen een Pruisische militaire onderscheiding was. Eén leerling keerde pas in februari [[1919]] terug uit krijgsgevangenschap in Frankrijk. | ||
+ | |||
+ | Ondanks hun gerichtheid op Duitsland, waren de jezuïeten best bereid hun Nederlandse buren van dienst te zijn. Zo had het klooster een dieselaggregaat om zelf elektriciteit op te wekken. Van oktober [[1919]] tot februari [[1921]] was er een overeenkomst met de [[gemeente Bergh]] voor de levering van stroom aan de [[Koninklijke Marechaussee|marechausseekazerne]] en enkele andere gebouwen. De stroomlevering hield op toen de Provinciale Geldersche Elektriciteits-Maatschappij stroom ging leveren aan Bergh. | ||
+ | |||
+ | == Terug naar Duitsland == | ||
+ | [[ Bestand:De laatste Duitse Jezuieten 1937 in het Bonifatiushuis.jpg|200px|thumb|right|De laatste Duitse paters Jezuïeten in het Bonifatiushuis.]] | ||
+ | |||
+ | In [[1917]] (zeven jaar na de bouw van het Patersklooster) werd het ''Jesuitengesetz'' opgeheven. Het stond de jezuïeten toen vrij naar Duitsland terug te keren, maar dat deden ze pas in [[1937]], nadat de bisschop van Münster daartoe opdracht had gegeven. Hierbij speelde het verdrag tussen Nazi-Duitsland en het Vaticaan van [[1933]], het Rijksconcordaat, ook een rol. De paters betrokken een klooster in Bad Godesberg bij Bonn. Waarschijnlijk was dit hetzelfde klooster dat hun voorgangers in 1872 hadden moeten verlaten. | ||
+ | |||
+ | De nieuwe bewoners van het Patersklooster waren de [[Witte Paters]]. | ||
+ | |||
+ | == Bronnen == | ||
+ | *[[Bergh; Heren, Land en Volk]], blz. 313, 314 | ||
+ | *[[Old Ni-js 060|Old Ni-js nr. 60]], no. 89 | ||
+ | *''Het Centrum'' van 21 oktober 1910 en ''De Graafschapbode'' van 22 oktober 1910 op [http://www.delpher.nl Delpher] | ||
+ | *Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, beschrijving monumentnummer 514889 | ||
+ | *Archief [[Schuurman, Benny|Benny Schuurman]] | ||
+ | |||
+ | [[categorie: Godsdienst]] | ||
+ | [[Categorie:Patersklooster]] | ||
+ | [[Categorie:'s-Heerenberg Emmerikseweg]] |
Huidige versie van 20 jul 2024 om 22:22
Adres: 's-Heerenberg Emmerikseweg 13
Inhoud
De eerste bewoners van het Patersklooster
Duitse jezuïeten lieten in de jaren 1908-1910 het Patersklooster in 's-Heerenberg bouwen. Zoals op de pagina over het Patersklooster te lezen valt, was dit een laat gevolg van de Kulturkampf die in de jaren zeventig van de negentiende eeuw in Duitsland werd gevoerd. Nadat daar in 1872 het Jesuitengesetz was aangenomen, moesten zij noodgedwongen hun land verlaten.
Jezuïeten uit Bonn en Essen vestigden zich toen in Nederlands Limburg; op een kasteel bij Baexem en op een kasteel bij Afferden. Toen laatstgenoemd kasteel afbrandde en het kasteel bij Baexem te klein bleek om alle jezuïeten te huisvesten, werd gezocht naar een locatie om een nieuw klooster te bouwen. Het oog viel op 's-Heerenberg, waar rentmeester Laurens Meijer van Huis Bergh behulpzaam was bij de aankoop van de benodigde grond.
In de tuin van hun klooster stichtten de jezuïeten een prachtige kruisweg.
|
|
De inwijding van het klooster
Het nieuwe klooster werd ingewijd op 18 oktober 1910. De avond tevoren waren wielrijders van de 's-Heerenbergse pedalistenclub onder aanvoering van voormalig zoeaaf Hent Derksen naar het station in Emmerik gereden om monseigneur Henricus van de Wetering, aartsbisschop van Utrecht, en Joseph Damian Schmitt, bisschop van Fulda, op te halen. Deze twee hoge geestelijken zouden het klooster inwijden. Onder klokgelui en verlicht door lampions escorteerden de wielrijders de rijtuigen van de bisschoppen naar 's-Heerenberg. De fietsen waren met linten in de pauselijke kleuren wit en geel versierd en de berijders droegen sjerpen in dito kleuren. Derksen reed in zijn zoeavenuniform en werd begeleid door twee jongens die eveneens als zoeaaf waren gekleed.
De volgende dag om 9 uur 's morgens begon de festiviteiten. Overal in 's-Heerenberg wapperden vlaggen. Als eerste werden de twee kapellen gewijd; de bisschop van Fulda nam de benedenkapel voor zijn rekening, de aartsbisschop wijdde de eigenlijke huiskapel. Daar celebreerde hij in vol ornaat met mijter en staf een plechtige hoogmis.
Na afloop van de hoogmis droeg de bisschop van Fulda enkele relikwieën van Sint Bonifatius over aan het Patersklooster, dat daarmee de naam Sint Bonifatiushuis kreeg. Dit verklaart ook de aanwezigheid van deze bisschop; in zijn bisdom, ver weg in Hessen, staat het klooster Fulda waar de relikwieën van Sint Bonifatius worden bewaard. Boven de ingang van het klooster prijkt tot op de dag van vandaag een beeld van Sint Bonifatius, die in Nederland vooral bekend is omdat hij in 754 bij Dokkum werd vermoord.
De jezuïeten in 's-Heerenberg
De jezuïeten waren Duitsers en zij hadden weinig of geen contact met de bevolking en de geestelijkheid van 's-Heerenberg. Het zwaartepunt van hun activiteiten was onderwijs geven, en dat was net als hun andere werkzaamheden geheel gericht op Duitsland. In het klooster was een college voor hoger onderwijs, maar de tweejarige opleiding daar stond alleen open voor Duitsers.
In 1910 vermeldde het lesrooster:
|
In 1915 vermeldde het lesrooster:
|
In 1915 waren er vijftig leerlingen, maar vanwege de Eerste Wereldoorlog waren de meeste aan het front. 27 leerlingen waren als ziekenverpleger in Frankrijk, België en Servië; negen leerlingen waren als soldaat in actieve dienst. Een aantal 's-Heerenbergse jezuïeten was tijdens de Eerste Wereldoorlog als aalmoezenier werkzaam in het Duitse leger. Twee van hen werden in 1915 onderscheiden met het Eiserne Kreuz, dat toen een Pruisische militaire onderscheiding was. Eén leerling keerde pas in februari 1919 terug uit krijgsgevangenschap in Frankrijk.
Ondanks hun gerichtheid op Duitsland, waren de jezuïeten best bereid hun Nederlandse buren van dienst te zijn. Zo had het klooster een dieselaggregaat om zelf elektriciteit op te wekken. Van oktober 1919 tot februari 1921 was er een overeenkomst met de gemeente Bergh voor de levering van stroom aan de marechausseekazerne en enkele andere gebouwen. De stroomlevering hield op toen de Provinciale Geldersche Elektriciteits-Maatschappij stroom ging leveren aan Bergh.
Terug naar Duitsland
In 1917 (zeven jaar na de bouw van het Patersklooster) werd het Jesuitengesetz opgeheven. Het stond de jezuïeten toen vrij naar Duitsland terug te keren, maar dat deden ze pas in 1937, nadat de bisschop van Münster daartoe opdracht had gegeven. Hierbij speelde het verdrag tussen Nazi-Duitsland en het Vaticaan van 1933, het Rijksconcordaat, ook een rol. De paters betrokken een klooster in Bad Godesberg bij Bonn. Waarschijnlijk was dit hetzelfde klooster dat hun voorgangers in 1872 hadden moeten verlaten.
De nieuwe bewoners van het Patersklooster waren de Witte Paters.
Bronnen
- Bergh; Heren, Land en Volk, blz. 313, 314
- Old Ni-js nr. 60, no. 89
- Het Centrum van 21 oktober 1910 en De Graafschapbode van 22 oktober 1910 op Delpher
- Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, beschrijving monumentnummer 514889
- Archief Benny Schuurman