Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Dösvlègels, De: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
k (Externe links: cat)
Regel 7: Regel 7:
  
 
Harrie Spiethof had wat voorbereidend denkwerk verricht. Hij lanceerde het idee om de jaarlijkse balavond "een carnavalistisch tintje" te geven, en zelfs een carnavalscomite in het leven te roepen. Het voorstel viel in zeer vruchtbare aarde: bestuur en chauffeurs gingen meteen aan het werk. Dat moest ook wel, want op 1 februari was de balavond gepland. Tussen de oprichtingsvergadering en het eerste carnavalsfeest lag dus zegge en schrijve een week: althans deze vooruitgang kwam in Beek niet te voet. Beek mag dan tot 1959 geen carnaval hebben gekend, er waren wel individuele Bekenaren die bekend waren met het verschijnsel. Uit de notulen van de oprichtingsvergadering kunnen we opmaken dat het "Comite van de Ouden van Dagen" er weet van had dat de carnavalsvereniging een naam moet hebben, en een prins, en een raad van elf. Kennelijk was niet iedereen in de voorgaande jaren tijdens carnaval veertig uur in gebed verzonken geweest. Elten hoorde nog bij Nederland, en alleen iemand die klapwiekte van de drank, slaagde erin bij oude dames Reijers tegen de slagboom te lopen. Menige inwoner van Beek, zo mag worden verondersteld, heeft de als godvruchtige bedoelde uren elders in de drank gesmoord.
 
Harrie Spiethof had wat voorbereidend denkwerk verricht. Hij lanceerde het idee om de jaarlijkse balavond "een carnavalistisch tintje" te geven, en zelfs een carnavalscomite in het leven te roepen. Het voorstel viel in zeer vruchtbare aarde: bestuur en chauffeurs gingen meteen aan het werk. Dat moest ook wel, want op 1 februari was de balavond gepland. Tussen de oprichtingsvergadering en het eerste carnavalsfeest lag dus zegge en schrijve een week: althans deze vooruitgang kwam in Beek niet te voet. Beek mag dan tot 1959 geen carnaval hebben gekend, er waren wel individuele Bekenaren die bekend waren met het verschijnsel. Uit de notulen van de oprichtingsvergadering kunnen we opmaken dat het "Comite van de Ouden van Dagen" er weet van had dat de carnavalsvereniging een naam moet hebben, en een prins, en een raad van elf. Kennelijk was niet iedereen in de voorgaande jaren tijdens carnaval veertig uur in gebed verzonken geweest. Elten hoorde nog bij Nederland, en alleen iemand die klapwiekte van de drank, slaagde erin bij oude dames Reijers tegen de slagboom te lopen. Menige inwoner van Beek, zo mag worden verondersteld, heeft de als godvruchtige bedoelde uren elders in de drank gesmoord.
 +
De naam "De Dosvlegels" werd tijdens de oprichtingsvergadering bedacht. Geestelijke vader van de naam is Gradus Hendricksen. Uit erkentelijkheid voor diens creativiteit werd besloten de eerst prins met de naam Prins Gradus op te sieren - een merkwaardige naam voor iemand die even later Jacques de Vilder bleek te heten. Staande de vergadering benoemde Prins Gradus de heren Rein Putman en Harry Clerx tot zijn adjudanten en de dansmarietjes waren Diny Hansen en Truus Putman. De vergadering besluit de chauffeurs de opdracht te geven een Raad van Elf te kiezen.
  
De naam "De Dosvlegels" werd tijdens de oprichtingsvergadering bedacht. Geestelijke vader van de naam is Gradus Hendricksen. Uit erkentelijkheid voor diens creativiteit werd besloten de eerst prins met de naam Prins Gradus op te sieren - een merkwaardige naam voor iemand die even later Jacques de Vilder bleek te heten. Staande de vergadering benoemde Prins Gradus de heren Rein Putman en Harry Clerx tot zijn adjudanten en de dansmarietjes waren Diny Hansen en Truus Putman. De vergadering besluit de chauffeurs de opdracht te geven een Raad van Elf te kiezen.
+
[[Bestand:Prins Beek 1959.jpg|300px|right|thumb|1e prins van de Dösvlégels/Beek in 1959 Jacques de 1e (de Vilder) geflankeerd links door Bertus Hermsen en adjudant Harrie Clerx en rechts door adjudant Rein Putman]]
  
 
==Bronnen==
 
==Bronnen==

Versie van 26 dec 2022 om 21:10

Als er in de jaren vijftig in omliggende plaatsen zoals Elten, 's-Heerenberg en Didam carnaval werd gevierd, verzonk heel Beek in gebed - het veertig - urengebed - alsof hier moest worden goed - gebeden wat op het zelfde moment elders aan de zonden werd begaan. Terwijl de hele wereld carnaval vierde, ging Beek naar de kerk.

Het was dan ook geen wonder dat, toen de vooruitgang in de vorm van carnaval ook in Beek niet meer was tegen te houden. Het vond zijn weg via een comite dat zich voornamelijk wijdde aan goede doelen. Dat comite luisterde naar de schone naam "Comite van de Ouden van Dagen". Dit comite hield zich bezig met het jaarlijks organiseren van een tocht voor bejaarden. Het handje vol autobezitters dat Beek telde, reed de oudjes op een sukkeldraf door de Achterhoekse dreven. De historie vermeldt nu dat die jaarlijkse tocht financieel in gevaar kwam door de invoering van de AOW, een oorzakelijk verband van dingen waar we nog eens goed over moeten nadenken. Duidelijk was in ieder geval dat een van de voorvaderen van de Beekse "Dosvlegels" de oude Willem Drees was. De man die de AOW invoerde als fanatiek geheelonthouder en hij zou met deze wetenschap niet blij zijn geweest. De voorzitter van het comite, de heer Harrie Spliethof, schreef een vergadering uit, waarop behalve het bestuur ook de chauffeurs van de auto's waren uitgenodigd. Het werd een historische vergadering, al bleek dat pas later.

Plaats van handeling; hotel de Roos Tijd; 21 januari 1959

Harrie Spiethof had wat voorbereidend denkwerk verricht. Hij lanceerde het idee om de jaarlijkse balavond "een carnavalistisch tintje" te geven, en zelfs een carnavalscomite in het leven te roepen. Het voorstel viel in zeer vruchtbare aarde: bestuur en chauffeurs gingen meteen aan het werk. Dat moest ook wel, want op 1 februari was de balavond gepland. Tussen de oprichtingsvergadering en het eerste carnavalsfeest lag dus zegge en schrijve een week: althans deze vooruitgang kwam in Beek niet te voet. Beek mag dan tot 1959 geen carnaval hebben gekend, er waren wel individuele Bekenaren die bekend waren met het verschijnsel. Uit de notulen van de oprichtingsvergadering kunnen we opmaken dat het "Comite van de Ouden van Dagen" er weet van had dat de carnavalsvereniging een naam moet hebben, en een prins, en een raad van elf. Kennelijk was niet iedereen in de voorgaande jaren tijdens carnaval veertig uur in gebed verzonken geweest. Elten hoorde nog bij Nederland, en alleen iemand die klapwiekte van de drank, slaagde erin bij oude dames Reijers tegen de slagboom te lopen. Menige inwoner van Beek, zo mag worden verondersteld, heeft de als godvruchtige bedoelde uren elders in de drank gesmoord. De naam "De Dosvlegels" werd tijdens de oprichtingsvergadering bedacht. Geestelijke vader van de naam is Gradus Hendricksen. Uit erkentelijkheid voor diens creativiteit werd besloten de eerst prins met de naam Prins Gradus op te sieren - een merkwaardige naam voor iemand die even later Jacques de Vilder bleek te heten. Staande de vergadering benoemde Prins Gradus de heren Rein Putman en Harry Clerx tot zijn adjudanten en de dansmarietjes waren Diny Hansen en Truus Putman. De vergadering besluit de chauffeurs de opdracht te geven een Raad van Elf te kiezen.

1e prins van de Dösvlégels/Beek in 1959 Jacques de 1e (de Vilder) geflankeerd links door Bertus Hermsen en adjudant Harrie Clerx en rechts door adjudant Rein Putman

Bronnen

  • Website van De Dösvlègels.

Externe links