Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Vliegtuigen neergestort in Bergh: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
k (sjabloon aangepast)
k ('''Jachtvliegtuigen''': Mustang III SR437)
Regel 26: Regel 26:
  
 
* september 1944: een Duitse Messerschmidt 109G-6 bij Beek.
 
* september 1944: een Duitse Messerschmidt 109G-6 bij Beek.
* 17 september 1944: een Britse jager bij [[Zeddam]] (het toestel van [[Slee, Richard Arthur Boyson|Richard Slee]]).
+
* 17 september 1944: een Britse [[Mustang III SR437|Mustang III]] bij [[Braamt]]
 
* 19 september 1944: een Duitse Messerschmidt 109G-6 bij [[Stokkum]].
 
* 19 september 1944: een Duitse Messerschmidt 109G-6 bij [[Stokkum]].
 
* 25 september 1944: een Duitse jager bij Kilder.
 
* 25 september 1944: een Duitse jager bij Kilder.

Versie van 3 dec 2007 om 06:54

Inleiding

In de Tweede Wereldoorlog zijn er meerdere vliegtuigen neergestort in Bergh, zowel van de Duitse Luftwaffe als van de geallieerde luchtmachten. De Duitse vliegtuigen en een deel van de geallieerde waren jachtvliegtuigen, die meestal door een, soms door twee man gevlogen werden. Hiervan zijn er vooral aan het eind van de oorlog verscheidenen neergestort, maar gegevens hierover zijn schaars.

Er is meer bekend over de geallieerde bommenwerpers, die vanaf 1942 in grote groepen over kwamen vliegen op weg naar hun doelen in Duitsland. Tot de invasie in Normandië op 6 juni 1944 waren vliegtuigen, en met name bommenwerpers, eigenlijk het enige wapen waarmee de westerse geallieerden Duitsland konden aanvallen. In de eerste oorlogsjaren waren de mogelijkheiden nog beperkt, omdat de luchtvloot nog niet op sterkte was en de navigatietechniek nog niet zodanig was dat doelen ver weg in Duitsland ook daadwerkelijk gevonden konden worden, laat staan geraakt. Aanvankelijk werden dagvluchten gemaakt, maar Duits luchafweergeschut en Duitse jachtvliegtuigen schoten hierbij zo veel geallieerde toestellen neer, dat de geallieerden overstapten op nachtvluchten. Dit maakte het probleem van de navigatie en het vinden van de doelen nog groter.

Daarop werd begin 1942 besloten bomtapijten op de Duitse steden te gaan gooien (carpet bombing). Dit werd gezien als de enige mogelijkheid om Duitsland effectief aan te vallen. Identificatie van individuele doelen als fabrieken en spoorwegstations was daarbij niet meer nodig. Met een toenemende frequentie, al gauw nacht na nacht, vlogen zo zwermen van honderden Britse of Amerikaanse bommenwerpers vanaf bases in Groot-Brittannië bij nacht over Nederland naar Duitsland om steden en infrastructuur te vernietigen.

Bij deze bombardementsvluchten waren de verliezen aan manschappen en vliegtuigen enorm. Van de ongeveer 125.000 mannen die voor RAF Bomber Command hebben gevlogen, zijn er ruim 55.000 (44,4%) omgekomen! Van de vliegtuigen die vertrokken, keerde gemiddeld vijf procent (een op de twintig) niet terug op zijn basis. RAF Bomber Command verloor aldus 8.325 bommenwerpers. Bij de Amerikaanse 8th Air Force, die vanuit Groot-Brittannië op Duitsland vloog, waren de verliezen vergelijkbaar, maar iets minder groot.

Bommenwerpers

Op grond van de beschikbare bronnen kan gesteld worden dat onderstaande lijst van neergestorte bommenwerpers waarschijnlijk compleet is. De toestellen zijn allemaal neergekomen in Bergh, behalve de laatste, maar in dat geval is een bemanningslid dat overleefde naderhand in Bergh terechtgekomen.

Jachtvliegtuigen

Het totale aantal jachtvliegtuigen dat in Bergh is neergestort is (nog) niet bekend. Naar alle waarschijnlijkheid is het groter dan het beperkte aantal dat hieronder genoemd wordt.

  • september 1944: een Duitse Messerschmidt 109G-6 bij Beek.
  • 17 september 1944: een Britse Mustang III bij Braamt
  • 19 september 1944: een Duitse Messerschmidt 109G-6 bij Stokkum.
  • 25 september 1944: een Duitse jager bij Kilder.
  • ...

Bronnen

Sjabloon:Onderwerp