Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Sint Oswalduskerk: verschil tussen versies
Regel 49: | Regel 49: | ||
{{Onderwerp|Kerken en kloosters}} | {{Onderwerp|Kerken en kloosters}} | ||
− | == | + | ==Klokken== |
De klokken zijn in de oorlog door de moffen geroofd. Nadere bijzonderheden volgen. | De klokken zijn in de oorlog door de moffen geroofd. Nadere bijzonderheden volgen. |
Versie van 15 okt 2014 om 20:05
Inhoud
Geschiedenis
De Sint Oswalduskerk is gelegen in Zeddam. De kerk, gelegen in het Bovendorp van Zeddam, is de rooms-katholieke parochiekerk van Zeddam. Zeddam is de enige Nederlandse parochie met Sint Oswaldus als beschermheilige. Beroemd is het prachtig gebeeldhouwde hoofdaltaar.
Vanaf het einde van 16e eeuw tot 1672 was de Sint Oswalduskerk in bezit van de protestanten en had Zeddam geen pastoor. In augustus van dat jaar werd de kerk gereconsilieerd door de Gerardt van Wildenraedt, deken van de Sint Martinuskerk in Emmerik. Reconciliëren is in dit verband het herstellen van de wijding van een ontheiligde kerk. Echter, al in 1674 werd de katholieken de kerk weer ontnomen, maar nu bleef de pastoor de mis elders opdragen tot de kerk in 1810 definitief terugkwam in handen van de katholieken.
De Sint Oswaldusparochie is opgegaan in het parochieverband Didam-'s-Heerenberg-Wehl, waaruit op 1 januari 2010 de nieuwe Parochie Heilige Gabriël is voortgekomen.
Orgel
Het huidige orgel is in zijn huidige staat in 1969 gerestaureerd door orgelbouwer Jos Vermeulen uit Alkmaar. Het oorspronkelijke orgel werd geplaatst in de voormalige R.K.-kerk, welke rond 1890 werd vervangen door de huidige Sint Oswalduskerk. De oorspronkelijke orgelbouwer was de firma Nolting. Orgelbouwer Nolting was in die jaren een vooraanstaande bouwer, ook de orgels van de kerken in Angeren, Netterden, Gendringen en de Broerenkerk in Nijmegen waren van zijn hand. In het orgel van de Sint Oswalduskerk is nog pijpwerk afkomstig van het orgel uit de Broerenkerk.
Na de ingebruikname van de huidige kerk nam de Zutphense orgelbouwer N.S. Leyser het toezicht op- en de restauraties van het orgel over. Hij wijzigde de orgelkas, wat nog te zien is aan de onderkas. In de jaren '20 van de vorige eeuw voorzag orgelbouwer Valckx en Van Kouteren uit Rotterdam het orgel van een electrische windvoorziening. Ook werden enkele registers aangepast. In 1950 vond er wederom een restauratie plaats. Hierbij werd onder andere een pneumatisch pedaal aangebracht en regulateurs om de labiele windvoorziening in evenwicht te brengen.
De restauratie van de kerk in 1969 bracht de sloop van de orgelgalerij met zich mee, waardoor het orgel een andere plaats moest krijgen. Mede onder toezicht van Monumentenzorg is de huidige plaats bepaald. In hoofdzaak is de dispostie van 1950 gehandhaafd. Wel werden de samenstellingen van enkele registers aangepast naar het oorspronkelijke voorbeeld van Nolting.
De dispositie van het orgel luidt als volgt:
Manuaal I (Onderpositief)
- Gedackt 8'
- Flōth 8' discant
- Quitadene 8'
- Prestant 4'
- Flōthe dous 4'
- Octav 2'
- Flageolet 1'
- Cimbal 1/2' (1950-1968)
- Krummhorn 8' (1950)
Manuaal II (Hoofdwerk)
- Prestant 16'
- Prestant 8'
- Bourdon 8'
- Viol da Gamba 8'
- Prestant 4'
- Flōth 4'
- Quint3'
- Octav 2'
- Mixtur 1 1/2' 4-voudig
- Trompet 8' bass (± 1890)
- Trompet 8'discant
Pedaal
- Bourdon 16'
Speelhulpen
- Koppel manuaal I en II
- Pedaalkoppel aan Hoofdwerk
- Tremulant onderpositief
Klokken
De klokken zijn in de oorlog door de moffen geroofd. Nadere bijzonderheden volgen.