Wanners, Godefridus Franciscus

Godefridus Franciscus Wanners werd geboren te Emmerik. Van 1686 tot 1692 studeerde hij in Keulen met een studiebeurs. Deze beurs wordt in Het boek Hofman de Montaner beurs genoemd, toegekend door de magistraat van de stad 's-Heerenberg. John Thoben weerlegt echter in een artikel in Old Ni-js dat de Montaner beurs verbonden was met 's-Heerenberg.

In april 1694 werd hij door aartspriester Paulus Roskam van het aartspriesterschap Kleef-Bergh voorlopig benoemd tot pastoor van de parochie Zeddam. De officiële benoeming door apostolisch vicaris Petrus Codde volgde kort daarna.

Daarmee was Wanners in de praktijk de opvolger van Anton de Roller, die enkele maanden als pastoor werkzaam geweest was, maar nooit benoemd. De Roller had de vorige pastoor, pastoor De Greef, tijdens diens ziekte vervangen, en er werd verwacht dat hij na het overlijden als opvolger zou worden benoemd. Ondanks de steun die De Roller had van Oswald III van den Bergh, was dit niet gebeurd. De apostolisch vicaris wilde geen kloosterlingen als pastoor.

Wanners is meer dan dertig jaar pastoor van Zeddam geweest. Toen hij begin 1726 ziek werd, kreeg hij assistentie van de prior van de dominicanen in Kalkar. Na zijn dood in juli 1726 werd hij opgevolgd door Adolf Hendrik Werneri.

Bronnen

• Het boek Hofman in Azem van 't Hof tot heden, blz. 478
• Bergh; Heren, Land en Volk, blz. 242
• Old Ni-js no. 56, blz. 4-15, Een Keulse triptiek van 1480