Pruisen

Pruisen en Bergh

Pruisen was de benaming van een Duitse staat die in 1871 opging in het nieuwe Duitse keizerrijk. Bergh grensde aan Pruisen. Pruisen had vooral vanaf de achttiende eeuw een grote invloed op de Duitse en Europese geschiedenis. Na de Napoleontische tijd kreeg de Nederlands-Pruisische grens het verloop dat in grote lijnen nog altijd bestaat. Hiervoor lagen er Kleefse enclaves in Gelderland en had de grens hier en daar een grillig verloop. Gebieden die eeuwenlang Kleefs waren geweest werden toen Gelders, andere gebieden wisselden toen juist in de omgekeerde richting. Dit had zijn gevolgen voor de diverse plaatsen en de omgeving, waaronder Bergh.

Pruisen als Duitse grootmacht

Sinds 1866 was Pruisen de belangrijkste staat van Duitsland en nadat de Duitse staten zich in 1871 verenigden was het de grootste deelstaat in het Duitse Keizerrijk. De koning van Pruisen was tevens keizer van het Duitse Keizerrijk. Nadat Duitsland de Eerste Wereldoorlog had verloren, en een republiek was geworden, assimileerde Pruisen gedurende de eerste helft van de 20e eeuw meer en meer in de Duitse staat. In 1947 werd de toen nog bestaande deelstaat Pruisen door de overwinnaars van de Tweede Wereldoorlog opgeheven en verdeeld. Het voormalige Pruisen ligt vooral op het grondgebied van het huidige Duitsland en Polen, maar ook op dat van zeven andere landen.

Zie ook

• Pruisen op Wikipedia