Otto van der Leck

Otto van der Leck, heer van Hedel en Almsteen, was de stamvader van de graven van Bergh uit het Huis Van der Leck. Hij werd rond 1371 geboren als zoon van Jan II van Polanen, heer van der Leck, en diens derde vrouw Margaretha van der Lippe, vrouwe van Hedel.

Hij trouwde omstreeks 1395 met Sophia van den Bergh, enig kind en erfgename van Frederik III van den Bergh. Uit dit huwelijk werd één kind geboren, Willem. Sophia overleed op 27 mei 1412, vier jaar voor haar vaders dood. Zodoende volgde zoon Willem al op 8-jarige leeftijd zijn grootvader op als Willem II van den Bergh. Otto van der Leck heeft zodoende nooit de titel heer van Bergh gedragen, maar is wel als regent opgetreden tot zijn zoon meerderjarig was.

Otto van der Leck overleed op 20 oktober 1428 en werd begraven in de grafkelder van de toenmalige katholieke kerk in 's-Heerenberg.

Zijn zoon Willem, heer van Bergh, Didam, Bylandt en Pannerden, erfde van hem:

• de heerlijkheid Hedel
• de heerlijkheid Ter Eem
• de heerlijkheden Gageldonck en Hambroeck bij Breda, in 1436 door Willem verkocht.
• onroerend goed in de baronie van Breda, waaronder drie molens; bij Rijsbergen, Zundert en Alfen.

Bronnen

• Het archief van het Huis Bergh, blz. 21–22, 138
• Huis Bergh – kasteel-kunst-geschiedenis, blz. 29
• R.W.Tadama in Verslag over het oud grafelijk-Berghse archief te 's-Heerenberg, uitgeverij I.A. Nijhoff, Arnhem (1846), blz. 7