Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Angeren, Johannes Marinus van

Uit Berghapedia
Versie door Verre neef (overleg | bijdragen) op 25 jun 2024 om 04:18 (aanvulling uit toegevoegde bronnen)
Ga naar: navigatie, zoeken

Zijn levensloop

Pastoor van Angeren klein.jpg

Johannes Marinus (Jan) van Angeren was van 1902 tot 1928 pastoor van de Sint Martinusparochie in Beek. Hij werd op 2 juni 1856 geboren in Utrecht als zoon van Johannes Adrianus van Angeren en Aaltje van Lexmond.

Op 20 september 1871 werd hij uitgeschreven uit het bevolkingsregister van Utrecht wegens vertrek naar Culemborg, waar hij zijn priesteropleiding begon aan het kleinseminarie aldaar. Hij studeerde daar nog toen hij op 15 maart 1876 in Utrecht als theologant wegens ligchaamsgebreken werd vrijgesteld van militaire dienst. Hij vervolgde zijn studie aan het grootseminarie Rijssenburg in Driebergen.

Van Angeren werd op 15 augustus 1883 in Utrecht door de aartsbisschop van Utrecht tot priester gewijd. In april 1885 werd hij benoemd tot assistent in Steenwijkerwold. In november 1890 werd hij kapelaan in Lettele, in mei 1892 gevolgd door een benoeming in Weerselo en in mei 1898 in Vinkeveen.

Op 14 februari 1902 werd hij pastoor van de parochie Beek als opvolger van pastoor Verheul. Ruim twintig jaar heeft hij daar alleen gestaan, maar in 1924 kreeg hij ondersteuning van kapelaan Mets. Die was, voor zover bekend, de eerste kapelaan in Beek. In 1926 werd kapelaan Mets opgevolgd door kapelaan Krabbenborg.

Pastoor van Angeren was nauw bevriend met Peter Meisters en meester Vermeulen. Samen werden zij de Drie Goden van Beek genoemd.

In 1912 werd op initiatief van pastoor Van Angeren een comité gevormd dat ervoor heeft gezorgd dat het gezin van het vermoorde meisje Hartjes financieel geholpen werd nadat de vader enkele weken onschuldig in voorarrest had gezeten.

Van Angeren bleef pastoor van Beek tot hij daar op 6 juli 1928 op 72-jarige leeftijd overleed. Op 10 juli werd hij begraven op het kerkhof in Beek. Zijn graf is daar nog aanwezig. In een aantal overlijdensadvertenties en op zijn bidprentje is zijn tweede doopnaam foutief als Martinus gespeld.

Zijn opvolger was pastoor Peters.

Er is in Beek een straat naar hem vernoemd.

Citaten uit "Drie Goden"

Twee geredigeerde korte stukjes proza uit "Drie Goden" van Alphons Vermeulen:

(...) De laatste god (groten werpen hun schaduw vooruit), de dikste - in mijn geheugen tegen de 300 pond- , maar heel zacht en ongelooflijk charmant, hartelijk, wijs en wat kun je nog meer bedenken voor een lieve oude god èn heer: Jan van Angeren, pastoor te Beek.
Hij diende zijn God en diens schepselen maar als het nodig was: zij die de Leer niet goed bestudeerden (Nee, niet zij die de Leer niet goed kenden, maar juist zij die het maar zo, zo namen), dan liet hij als een furieuze, dreigende, maar wel begrijpende en barmhartige god, het klokketouw over hun jeugdig achterdeel ranselen, nee eigenlijk meer spelen.(...)
(...) Wat zij verder gemeen hadden is, dat zij alle drie wijn als een cultus en lekkernij probeerden en savoureerden.(...)

Beeldmateriaal

1908 - Programma 25-jarig priesterfeest Pastoor van Angeren
Uit de Nieuwe Tilburgsche Courant van 23 april 1912
Uit Het Centrum van 7 juli 1928
Uit De Tijd van 10 juli 1928

Bronnen