Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Borstelfabriek 's-Heerenberg
Versie door Hendrik van den Bergh (overleg | bijdragen) op 4 apr 2008 om 14:11
In 1892 werd in 's-Heerenberg de "Nederland-Duitse Borstel- en Kwastenfabriek gevestigd van de Emmerikse firma Heiming-Bocks & Schulte, later Heiming-Schülte & Co" geheten. De Borstelfabriek vestigde zich aan de Muntwal, vroeger Noordwal genoemd. Borstelfabricage was de enige industrie die 's-Heerenberg indertijd rijk was. Als meester-borstelmakers werden vakmensen uit Duitsland aangetrokken. Zo kwamen bijvoorbeeld als werkmeesters Robert Dünnwald en Johann Hubert Stein naar deze contreien, nu nog bekende 's-Heerenbergse namen. De fabriek groeide in de begintijd meteen voorspoedig en werd al spoedig te klein. Na enkele jaren werd daarom een heel nieuw pand aan de Molenpoortstraat betrokken, op de plaats waar thans het winkelcentrum Molenpoort is gelegen. Hier werd het bedrijf voortgezet onder de naam "Van Gulpen en Swertz" en enkele jaren later werd de naam nogmaals veranderd in "Nefah", Nederlandse Fabriek- en Handelsmaatschappij. De oude fabriek werd verbouwd tot volkswoningen. Het geheel werd in de jaren 1940-1941 gesloopt om plaats te maken voor de woningen die er nu nog staan.
In 1911 kreeg men het recht het koninklijk wapen te voeren. Het was toen in deze branche het grootste bedrijf. Rond die tijd werkten er ongeveer 130 mensen, waaronder 28 kinderen jonger dan 16 jaar, te weten 2 meisjes en 26 jongens. Een van hen was Jozef Rulof die zijn nogal bittere ervaringen bij de Bösselhut beschreef in zijn autobiografische trilogie Jeus van moeder Crisje.
In het adresboek van 1935 staat vermeld: N.V. Ned. Fabriek en handel Mij. v.h. van Gulpen & Swertz, 's-Heerenberg, Molenpoortstraat B 411, Telefoon 31
Bronnen
Werken in Bergh en daarbuiten - Henk Harmsen en Ton Bekker - 1992 - uitgave FNV