Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Maria Elisabeth Clara van den Bergh

Uit Berghapedia
Versie door Verre neef (overleg | bijdragen) op 11 jan 2018 om 17:01 (Herman van den Bergh (1558-1611))
Ga naar: navigatie, zoeken
Portret van Maria Elisabeth Clara van den Bergh uit de collectie van Huis Bergh. Een schilder uit de kring van Peter Paul Rubens, mogelijk Cornelis de Vos, maakte dit rond 1620.

Maria Elisabeth Clara van den Bergh was van 1611 tot 1633 gravin van den Bergh en markiezin van Bergen op Zoom. Zij werd op 24 augustus 1610 geboren in 's-Heerenberg als dochter van Herman van den Bergh en Maria Mencia van Wittem, markiezin van Bergen op Zoom.

Al drie maanden na haar geboorte werd besloten dat zij zou trouwen met haar neef Albert, zoon van Frederik van den Bergh en Françoise de Ravenel, vrouwe van Rantigny. Met deze verbintenis wilden de wederzijdse ouders de Berghse bezittingen weer verenigen die grootmoeder Maria van Nassau in haar testament had verdeeld tussen haar zoons Herman en Frederik. Hermans belangrijkste bezitting was het graafschap Bergh geworden, terwijl Frederik als belangrijkste erfenis de heerlijkheid Boxmeer had gekregen.

Maar zover was het nog niet. In 1611 verloor zij, amper een jaar oud, haar vader en werd regerend gravin van Bergh. Haar ooms Frederik en Hendrik en oudoom Philippe de Mérode-Petershem (een halfbroer van haar oma) werden aangewezen als voogden. Oom Hendrik was tevens regent (waarbij nog onduidelijk is of en hoeverre hij hiermee boven de andere twee voogden stond). Haar moeder, die kort na haar vaders dood nog was bevallen van een dood kind, hertrouwde in 1612 en overleed het jaar daarop.

Maria Elisabeth Clara was toen wees en werd naar het hof van landvoogdes Isabella in Brussel gebracht, de hoofdstad van de Zuidelijke Nederlanden. Daar groeide zij verder op. Het huwelijk dat haar ouders al hadden geregeld toen zij nog maar een baby was, werd op 18 oktober 1625 in het aartshertogelijk paleis gesloten. Zij was toen vijftien jaar; haar neef Albert nog net geen achttien jaar. Na hun huwelijk konden Maria Elisabeth Clara en haar man het bestuur over hun respectievelijke bezittingen zelf in handen nemen.

Een huwelijk tussen nicht en neef mocht ook in die tijd niet zomaar gesloten worden, zodat er dispensatie (toestemming) van de paus nodig was. Die werd in 1620 verkregen, nadat de officiaal van Antwerpen (de rechter van de kerkelijke rechtbank daar) in opdracht van paus Paulus V een onderzoek had verricht. Voor het huwelijk in 1625 werd een officiële akte van dispensatie opgesteld.

Het huwelijk heeft niet lang mogen duren. Maria Elisabeth Clara overleed al op 7 januari 1633 op 22-jarige leeftijd in Boxmeer. In de ruim zeven jaar met Albert had zij vier dode kinderen gebaard, en haar overlijden was het gevolg van de bevalling van nog een dood kind. Daarbij ontstond verschil van mening over de vraag wie er het eerst overleden was: zij of haar kind. Als het kind als laatste was overleden, dan was het de erfgenaam van zijn moeder geweest, en zouden zijn bezittingen toevallen aan zijn vader Albert. Oom Hendrik, de voormalige voogd en regent, kon niet geloven dat het kind langer had geleefd dan zijn moeder. Dus, zo redeneerde hij, was hij de rechtmatige erfgenaam. Hij was als oom immers nauwer verwant aan zijn nicht dan Albert, die als neef een stap verder van haar afstond. Oom Hendrik vergat voor het gemak dat zijn nicht en neef met elkaar getrouwd waren.

Er volgde een familieconflict dat zich jarenlang heeft voortgesleept. Meer hierover is te lezen op de pagina van neef Albert, aan wie Bergh uiteindelijk werd toegewezen.

Bronnen