Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Giezenaar, Gerhardus Petrus Jacobus
Inhoud
Zijn jonge jaren
Gerhardus Petrus Jacobus Giezenaar, roepnaam Gerrit, was missionaris. Hij werd op 31 januari 1901 geboren in 's-Heerenberg als jongste van de zeven kinderen van Theodorus Hendrikus Johannes Giezenaar en Wilhelmina Maria Kniest.
Gerrit was elf jaar toen zijn vader overleed, en twee jaar later overleed ook zijn moeder. Zijn oudste broers voedden hem toen verder op en betaalden ook zijn onderwijzersopleiding. Op 3 juni 1919 slaagde hij in Arnhem voor zijn onderwijsakte, waarna het gemeentebestuur van Bergh hem op 20 augustus benoemde tot onderwijzer aan de gemeenteschool A4 in 's-Heerenberg. Met de opheffing van deze school in 1921 kreeg het hele onderwijzend personeel eervol ontslag.
Missionaris van Scheut
Gerrit wilde priester worden en heeft na zijn ontslag als onderwijzer, voor zover bekend, niet meer voor de klas gestaan voor hij op 1 september 1923 intrad bij de Congregatie van het Onbevlekt Hart van Maria, beter bekend als de Missionarissen van Scheut. Van 1924 tot 1926 studeerde hij filosofie in Scheut bij Brussel, waar zich het moederhuis van de congregatie bevond. Vervolgens studeerde hij van 1926 tot 1930 theologie aan de Katholieke Universiteit Leuven.
Op 18 augustus 1929, nog tijdens zijn studie in Leuven, werd hij in Scheut tot priester gewijd. Op zondag 26 augustus droeg hij zijn eerste heilige mis op in de Sint Pancratiuskerk in 's-Heerenberg. De avond tevoren was hij door de katholieke verenigingen van 's-Heerenberg ingehaald met vaandels en muziek. In de stad waren voor hem drie erebogen opgericht.
In 1930 werd pater Giezenaar leraar geschiedenis aan het in dat jaar geopende kleinseminarie van de missionarissen van Scheut in Nederland. Dit was het missiecollege Sint Franciscus Xaverius op het landgoed Sparrendaal in Vught. Hij wilde echter doorstuderen aan de Katholieke Universiteit Nijmegen, maar zijn priesterstudie werd niet als de juiste vooropleiding erkend. Zijn verzoek aan de minister van Onderwijs, Kunst en Wetenschappen om voor hem een uitzondering te maken, werd op 19 oktober 1931 in eerste instantie afgewezen, maar later werd hij toch toegelaten tot de faculteit der Letteren en Wijsbegeerte van de universiteit in Nijmegen. Daar promoveerde hij op 21 juni 1938 cum laude op zijn proefschrift "De strijd tusschen Kerk en Staat over de benoemingen der apostolische vicarissen van 's-Hertogenbosch in de 18de eeuw".
Missionaris op Celebes
Kort na zijn promotie werden pater Giezenaar en enkele collega's aangewezen om te gaan werken in de apostolische prefectuur Makassar op Zuid-Celebes in Nederlands-Indië. Een jaar eerder was Gerard Menting uit Stokkum, die eveneens missionaris van Scheut was, al in deze apostolische prefectuur aangekomen. Op pater Mentings pagina is meer te lezen over dit missiegebied.
Pater Giezenaar zou op 13 september 1938 naar Genua vertrekken en daar de volgend dag aan boord gaan van een passagiersschip dat hem naar Batavia zou brengen. Het ziet ernaar uit dat deze reis om een of andere reden niet is doorgegaan, want uiteindelijk is hij pas in oktober 1939 met nog vier paters in Indië aangekomen. Dit blijkt onder meer uit het feit dat hem en zijn collega's in november 1939 op grond van artikel 177 van de Indische Staatsregeling toestemming verleend werd tot uitoefening van zijn dienstwerk in het Gouvernement Celebes en Onderhoorigheden.
Op 5 augustus 1940 werd pater Giezenaar benoemd tot pastoor van Makale in het gebied Oost-Toradja, waar hij zich vooral toelegde op het onderwijs. Na de Japanse inval in 1942 werd hij geïnterneerd in Parepare. Na de oorlog kon hij pas op 5 augustus 1946 naar Makale terugkeren. Het onderwijs speelde daar weer een hoofdrol in zijn werk. Van 1950 tot 1955 was hij directeur van de Hogere Middelbare School in Makassar.
Terug in Nederland
In 1955 kwam pater Giezenaar terug naar Nederland, waar hij van 1957 tot 1966 rector was van het missiecollege Sparrendaal in Vught. In die functie heeft hij door zijn grote inzet bewerkstelligd dat dit college in 1960 officieel als gymnasium werd erkend, wat afgestudeerden automatisch het recht verschafte door te stromen naar de universiteit.
Voor zijn werk als rector in Vught werd hij bij koninklijk besluit nr. 12 van 23 april 1965 benoemd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau.
In 1966 ging hij met emeritaat. Hij overleed op 29 april 1978 op 77-jarige leeftijd in een ziekenhuis in 's-Hertogenbosch.
Pater Giezenaar heeft zijn memoires nooit geschreven en brieven en andere documenten heeft hij verbrand, omdat hij vond dat niemand iets met zijn levensloop te maken had. Toch is hij een vermelding op Berghapedia waard.
Bronnen
- Old Ni-js nr. 47, blz. 28-30
- De Graafschapbode van 6 juni 1919 en de getoonde krantenberichten op Delpher
- Parepare op Wikipedia
- Nationaal Archief, Kanselarij der Nederlandse Orden, index gedecoreerden (pdf)