Delleman, Ludovicus Joannes

Louis Delleman werd geboren te Azewijn op 20 augustus 1926 als zoon van Joannes Matthias Delleman en Anna Maria Feldkamp.

Louis is net als zijn tweelingbroer Wim als dienstplichtig militair in Nederlands-Indië geweest. Hij diende bij de 2e compagnie van het 4e bataljon van het Garderegiment Jagers (4 GRJ), een onderdeel van de Palmboom-Divisie. In het boek "Azem van 't Hof tot heden" staat de tekst van een brief die Louis op 19 oktober 1947 op het eiland Madoera schreef.

In Azem's Nieuws van januari 1950 verscheen nevenstaand gedicht van Louis. De angst die hij erin tot uitdrukking brengt is niet ongegrond, want op 19 augustus 1948 had hij een lichte hersenschudding opgelopen toen het voertuig waarop hij meereed (staande op de linker treeplank) op een mijn reed. Het gebeurde om kwart voor twee 's middags op de weg van Trenggalek naar Kampak. Twee soldaten verloren hierbij het leven, vier anderen, waaronder Louis, raakten gewond en werden naar het hospitaal in Toeloengagoeng gebracht.

4 GRJ vertrok op 30 maart 1947 met de Johan de Witt naar Indië en was daar gelegerd op Oost-Java. In de periode tussen de twee Politionele Acties (van september 1947 tot december 1948) was 4 GRJ grotendeels gelegerd op Madoera. Voor de Tweede Politionele Actie werd het teruggehaald naar Oost-Java en bleef daar tot de repatriëring, die op 2 maart 1950 begon aan boord van de Waterman. De aankomst in Rotterdam was op 24 maart 1950.

4 GRJ moest 44 doden in Indonesië achterlaten.

Louis is nummer 19 op de Azewijnse schoolfoto uit 1937. Hij staat ook op de foto van het kampioenselftal van Den Dam uit 1951.

Andere militairen van 4 GRJ:

• Bennie Rabelink (Braamt)