Groenen, Otto van

Akte van 26 juli 1645 waarin Wij Otto van Groenen ende Henrick Everwijn, schepenen van Bergh, oorkonden met verwijzing naar oudere akten, dat Evert ten Berg en zijn vrouw Judith Everwijn hebben overgenomen van Heltgen Koeppen en Idtgen Everwijn, een rente ten gunste van het gasthuis van 15 guldens per jaar uit een huis en erf te 's-Heerenberg.

Otto van Groenen was een hoge ambtenaar ten tijde van de graven Albert en Oswald III.

Hij werd na 1603 geboren als zoon van Willem van Groenen en Maria Onderix. Hij was een kleinzoon van Pancratius van Groenen. In 1630 trouwde hij met Margarita van Bohel. Uit dit huwelijk werd in 1636 hun zoon Pancratius geboren. In 1650 hertrouwde hij met Anna Maria van Eck. Hij overleed in 1680.

Als grafelijk ambtenaar wordt hij genoemd als schepen, rentmeester , stadhouder, burgemeester en vrijrichter van de vrijgoederen.

Op 22 juni 1648 was hij betrokken bij het tumult in Elten.

Bronnen

• Archief Huis Bergh:
  • Inventarisnummers 1562, 1589, 1570, 1746
  • Regesten 69 en 70
• Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, archieftoegang 0166 (Gasthuis te 's-Heerenberg), inventarisnummer 414
• Allemaal familie generatie 12
• Stamboom Groenen – De Koning