Muntmeesters

Een muntmeester is de leider van een munthuis, een bedrijf waar munten geslagen worden.

De heren en graven van Bergh hadden het muntrecht ontvangen in Gendringen, Dieren en Hedel. Daarmee waren zij muntheren en konden zo hun muntmeesters aanstellen. Opvallend is dat de Berghse muntmeesters vrijwel allemaal familie van elkaar waren: bloedverwant, aangetrouwd of op z'n minst familie van familie.

Muntmeesters in dienst van de heren en graven van Bergh hebben munten geslagen in de Berghse bezittingen 's-Heerenberg, Hedel en Stevensweert, en bovendien in Harderwijk en Zaltbommel.

Jasper Fleming, muntmeester in 's-Heerenberg in 1541 en 1542 is de eerste over wie iets bekend is. De Berghse munt was toen net als veel andere kleinere munthuizen een hagemunt: er werden munten met een te laag gehalte aan edelmetaal geslagen, en munten van grotere munthuizen werden nagemaakt. Menig muntmeester had dan ook een slechte naam. Zo heeft genoemde Jasper Fleming zijn muntheer, graaf Oswald II, voor 6000 goudguldens opgelicht. Maar het kon erger. Jasper Flemings vader is in 1531 wegens valsmunterij in Osnabrück ter dood gebracht. De man van een van zijn kleindochters, de beruchte muntmeester Anthonis van Eembrugge, is in 1591 in Den Haag opgehangen.

Klik op onderstaande onderstaande Categorie voor een lijst van muntmeesters.