Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Heijden, Engelbertus Theodorus van der (1905-1942): verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
(Nieuwe pagina aangemaakt met '== Persoonlijk leven == Bestand:Van der Heijden-Fenneman gezin 1938.jpg| thumb|right|300px|'''Bootsman Van der Heijden met vrouw en dochter voor zijn vertrek naar...')
 
(geen verschil)

Huidige versie van 21 jan 2024 om 14:27

Persoonlijk leven

Bootsman Van der Heijden met vrouw en dochter voor zijn vertrek naar Nederlands-Indië.

Engelbertus Theodorus (Bart) van der Heijden is een oorlogsslachtoffer. Hij werd op 4 maart 1905 geboren in 's-Heerenberg als zoon van Henricus Johannes Paulus Maria van der Heijden en Aleida Catharina Hunsel. Hij was een broer van Antonius Henricus Maria van der Heijden. Zijn vader was een halfbroer van de zoeaaf Petrus Christiaan van der Heijden.

Op 16 februari 1932 trouwde hij in 's-Heerenberg met Maria Johanna Theodora (Marie) Fenneman, op 1 mei 1909 geboren in 's-Heerenberg als dochter van Hendrikus Johannes Fenneman en Wilhelmina Bronkhorst. Hij verhuisde met zijn vrouw naar Den Helder, waar op 6 december 1934 dochter Wilhelmina Hendrika (Wilma) geboren werd. Het was wellicht vanwege de baby dat hij daarna enige tijd met zijn gezin bij zijn schoonouders in 't Witte Peert, Oudste Poortstraat 16 in 's-Heerenberg, heeft gewoond.

Op 30 juli 1942 werd in Batavia, Nederlands-Indië, zijn zoon Bart junior geboren.

Bij de Koninklijke Marine

In 1923, ruim voor zijn huwelijk, had Van der Heijden dienstgenomen bij de Koninklijke Marine. Vanwege de grote werkeloosheid in die tijd zag hij daar meer kansen voor een goede baan. Hij begon als lichtmatroos op het pantserschip Hr. Ms. Schorpioen. Bij zijn huwelijk inn 1932 was hij kwartiermeester (gelijk aan korporaal) op het pantserschip Hr. Ms. Jacob van Heemskerck. In 1938 bereikte hij bij de Operationele Dienst Nautische Dienst (ODND) de rang van bootsman (gelijk aan sergeant 1e klas).

Nederland had in die tijd een leger in Nederland (de Koninklijke Landmacht) en los daarvan een leger in Nederlands-Indië (het KNIL), doch had maar één zeemacht, de Koninklijke Marine. Wie bij de Marine diende, kon daarom overal in het koninkrijk geplaatst worden: in Nederland, in Nederlands-Indië, op de Nederlandse Antillen of in Suriname. Zo kwam het dat Van der Heijden in 1938 in Nederlands-Indië gestationeerd werd. Zijn vrouw en dochter zijn in mei 1940 eveneens in Nederlands-Indië aangekomen.

Van der Heijden kwam op 14 juni 1938 met het passagiersschip Tarakan aan in Tandjong Priok, de haven van Batavia, het huidige Jakarta. Hij reisde door naar Soerabaja, de thuishaven van de Koninklijke Marine in Nederlands-Indië, waar hij werd geplaatst op de torpedobootjager Hr. Ms. Van Ghent. Later heeft hij gediend op de torpedobootjager Hr. Ms. Piet Hein, vanwaar hij in december 1940 werd overgeplaatst naar de Marine Luchtvaartdienst. In januari 1942 werd Batavia zijn standplaats. Ruim een maand later viel Japan Nederlands-Indië aan.

De Tweede Wereldoorlog

Met de Japanse inval raakte ook Nederlands-Indië betrokken bij de Tweede Wereldoorlog. Toen eind februari 1942 de toestand op Java kritiek werd, kreeg het tot troepentransportschip omgebouwde passagiersschip Poelau Bras de opdracht een grote groep Nederlanders te evacueren naar Colombo op Ceylon, het huidige Sri Lanka. Van der Heijden was een van de bemanningsleden. De Poelau Bras verliet op 27 februari 1942 de haven van Tjilatjap (nu Cilacap) op de zuidkust van Java en bereikte op 4 maart de Wijnkoopsbaai (thans de Ratubaai) aan de zuidwestkust van Java, waar de evacués aan boord kwamen.

Op de avond van 6 maart 1942 verliet de Poelau Bras de Wijnkoopsbaai op weg naar Colombo, waarmee het een van de laatste schepen was die Nederlands-Indië nog konden verlaten voor de capitulatie van het KNIL op 8 maart 1942. Om zo snel mogelijk buiten het bereik van Japanse vliegtuigen te komen, had de machinekamer opdracht gekregen maximaal vermogen te leveren. Deze inspanning was echter tevergeefs, want voor het middaguur van 7 maart, op 180 mijl ten zuidwesten van de Wijnkoopsbaai, vielen vliegtuigen van het Japanse vliegdekschip Hiryu de Poelau Bras aan. Een bom raakte een sloep aan stuurboord en ontplofte op de waterlijn ter hoogte van de machinekamer. Er stroomde water de machinekamer in waardoor de motor afsloeg. Een voltreffer sloeg recht in de schoorsteen, waarna er brand uitbrak. De lichte bewapening van het schip kon weinig tegen de aanvallende vliegtuigen uitrichten.

Kort voor de Poelau Bras zonk, wist een deel van de opvarenden in sloepen en op reddingsvlotten het schip te verlaten. De schipbreukelingen bereikten na een paar dagen Sumatra, waar ze door de Japanners gevangen werden genomen.

Van der Heijden en 26 andere bemanningsleden van de Poelau Bras (alsmede tientallen evacués) zijn met hun schip ten onder gegaan. Aldus verloor hij het leven drie dagen na zijn 37e verjaardag.

Zijn zoon, hierboven al genoemd, werd bijna vijf maanden na zijn dood geboren. Het jongetje overleed echter op 10 januari 1945, tweeënhalf jaar oud. Zijn vrouw overleed kort daarna, op 24 mei 1945. Beiden zijn bezweken aan ziekte en ontbering in Kamp Tjideng, waar zij door de Japanners waren geïnterneerd.

Zijn dochter Wilma heeft de oorlog overleefd en is naar Nederland teruggekeerd. Zij werd daar opgevangen door zijn broer Toon en zijn schoonzus Dina, die een zus van zijn vrouw was.

Zijn nagedachtenis

  • Van der Heijden staat met zijn vrouw en zijn zoontje vermeld op het oorlogsmonument in 's-Heerenberg als Fam. E.Th. van der Heijden.
  • Zijn naam en die van de 26 andere verdronken bemanningsleden van de Poelau Bras staan op een van de zes bronzen platen die op 19 januari 2007 zijn onthuld als deel van het Vlootmonument op het Nederlandse ereveld Kembang Kuning te Surabaya, Indonesië. Op de zes platen staan de namen van 356 marinemannen die in de periode van 8 december 1941 tot 9 maart 1942 aan boord van negentien schepen gesneuveld zijn, wier laatste rustplaats niet aanwijsbaar is en wier namen nog niet elders vermeld staan.
  • Ook staat zijn naam in Gedenkboek 38 van de Oorlogsgravenstichting. Hierin staan ook H.W. Benen en W.A. Kaak vermeld, die bij het zinken van andere schepen zijn verdronken.
  • Verder wordt hij vermeld in de Erelijst van gevallenen 1940-1945.
Het gedeelte van een plaquette op het Vlootmonument in Surabaya met de namen van de 27 omgekomen bemanningsleden van de Poelau Bras.
Foto Oorlogsgravenstichting
De vermelding van Van der Heijden op blz. 1575 van de
Erelijst van gevallenen 1940-1945

Bronnen