Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Straus, Sara (1920): verschil tussen versies
k (foto) |
k (Cat) |
||
Regel 20: | Regel 20: | ||
*[http://www.yadvashem.org ''Yad Vashem''] | *[http://www.yadvashem.org ''Yad Vashem''] | ||
− | [[Categorie:Joodse gemeenschap in 's-Heerenberg]] [[Categorie:Straus]] [[Categorie:Joodse oorlogsslachtoffers]] [[Categorie:Joodse oorlogsslachtoffers Auschwitz]] | + | [[Categorie: Joodse gemeenschap in 's-Heerenberg]] |
+ | [[Categorie: Straus]] | ||
+ | [[Categorie: Joodse oorlogsslachtoffers]] | ||
+ | [[Categorie: Joodse oorlogsslachtoffers Auschwitz]] | ||
+ | [[Categorie: 1920]] |
Huidige versie van 1 dec 2024 om 14:15
Sara Straus werd op 23 maart 1920 geboren in 's-Heerenberg als dochter van Sally Strausz (met een z) en Dina Hamme. Benjamin Joseph Straus was een oom van haar. Zij verhuisde op 2 november 1934 met haar ouders en haar broers Julius en Benjamin naar Doetinchem, waar het gezin woonde op het adres Burgemeester de Bruynstraat 6.
Op 1 juni 1942 werd Sara leerling-verpleegkundige in Het Apeldoornsche Bosch. Dit was een grote Joodse psychiatrische inrichting aan de Zutphensestraat in Apeldoorn. Er was officieel plaats voor 762 patiënten, maar dit aantal werd kort voor de oorlog ruimschoots overschreden door de komst van vluchtelingen uit Duitsland. In de oorlog steeg het aantal nog verder doordat Joodse patiënten niet meer in niet-Joodse instellingen verpleegd mochten worden. Ook de verwachting dat de Joden in het Apeldoornsche Bosch niet gedeporteerd zouden worden, dreef het aantal patiënten op. Mogelijk was dit laatste de reden dat Herta Kamp in het Apeldoornsche Bosch is terechtgekomen. Uiteindelijk waren er 1181 patiënten.
In 1942 verordende de bezetter dat niet-Joden niet meer in het Apeldoornsche Bosch mochten werken. Het plotselinge personeelstekort dat hierdoor ontstond, werd snel aangevuld doordat veel Joden zich aanmeldden als leerling-verplegers en -verpleegsters. In 1943 waren er 330 personeelsleden. Een van hen was Sara Straus.
Het Apeldoornsche Bosch bleek echter geen veilige haven te zijn. In de nacht van 21 op 22 januari 1943 werd de inrichting op ruwe wijze door de Duitsers ontruimd. Het overgrote deel van de patiënten en vijftig personeelsleden, waaronder Sara, werden met een goederentrein van veertig wagons via Westerbork naar Auschwitz gebracht. Meteen bij aankomst op 25 januari 1943 werd iedereen vergast. Niemand heeft dit transport overleefd. Sara was bij haar dood 22 jaar oud.
Sara staat als Saartje Straus samen met haar ouders en broers vermeld op het monument op de Joodse begraafplaats in Doetinchem. Verder wordt zij vermeld in het Digitaal Monument van de Joodse Gemeenschap, het Slachtofferregister van de Oorlogsgravenstichting en Yad Vashem's Central Database of Shoah Victims' Names.
Er is in Doetinchem noch elders een overlijdensakte van Sara opgemaakt. De reden hiervan is waarschijnlijk dat er noch bij het vertrek uit Apeldoorn noch bij de aankomst in Auschwitz een namenlijst is opgesteld. Na de oorlog werd daarom algemeen verondersteld dat de namen van de gedeporteerde patiënten en personeelsleden van Het Apeldoornsche Bosch niet meer te achterhalen waren. In 2012 bleek echter dat in het Stadsarchief van Amsterdam een kaartenbestand met de namen van alle patiënten van Het Apeldoornsche Bosch aanwezig was. De Stichting Joods Apeldoorn en het Herinneringscentrum Kamp Westerbork hebben toegang tot dit bestand gekregen en, na zorgvuldige controle en onderzoek, een lijst gereconstrueerd met de namen van 1069 patiënten en leden van het verplegend personeel. Deze lijst is op 21 januari 2013, precies zeventig jaar na de ontruiming van Het Apeldoornsche Bosch, gepresenteerd. Sara Straus en Herta Kamp staan allebei op deze lijst.
Bronnen
- Bevolkingsregister Bergh
- Digitaal Monument Joodse Gemeenschap (gegevens en foto)
- De Gelderlander en De Stentor van 21 januari 2013
- Het Apeldoornsche Bosch
- Oorlogsgravenstichting
- Yad Vashem