Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Motte Montferland
De motte Montferland is een door mensenhanden opgehoogde natuurlijke heuvel, waarop duizend jaar geleden een zogenaamde motteburcht heeft gestaan. De motte bevindt zich in het Bergherbos nabij Zeddam en is een rijks (archeologisch) monument.
Motteburchten waren voorlopers van middeleeuwse kastelen, meestal bestaande uit enkel een aarden heuvel met daarop een pallisade (houten muur) en een woonvertrek. Van het handjevol overgebleven mottes in Nederland is de motte Montferland verreweg de grootste. De kruin ervan steekt nog altijd 17 meter boven het omliggende landschap uit.
Inhoud
Kaart
Montferland
Rond het jaar duizend woonde op de motte (toen nog Uplade genoemd) waarschijnlijk het nichtje van keizer Otto II, gravin Adela of Aleida van Hamaland. Adela en haar man Balderik hadden een slechte naam. Zo zou ze haar zus Luitgardis of Ludgard hebben vergiftigd om de bezittingen van haar vader graaf Wichman van Hamaland, onder andere op de naburige Eltenberg in bezit te krijgen. In 1016 werd de burcht door Adela's vijanden belegerd en met de grond gelijk gemaakt.Na 1016 werd de motte opnieuw bewoond door de eerste heren van Bergh. Archeologen vonden de resten van een toren met muren van 5,5 meter dik; de dikste muren van middeleeuws Nederland. Voor de bouw ervan gebruikte men natuursteen van Romeinse ruïnes uit de omgeving. Het is echter niet duidelijk of de toren ooit is afgebouwd. De burcht kreeg de naam 'Montferrand',die al snel verbasterde tot Montferland. De naam kan verwijzen naar het kruisvaarderskasteel Montferrand in Syrië, waar Constantinus de Monte, kruisvaarder en eerste heer van Bergh, mogelijk geweest is. De naam kan ook verwijzen naar Montferrand in Midden-Frankrijk, dat in 1630 met Clermont werd samengevoegd tot Clermont-Ferrand. In Clermont heeft paus Urbanus II in 1095 opgeroepen tot de Eerste Kruistocht, waaraan Constantinus de Monte heeft deelgenomen.
Jachthuis
In 1427 kwam de burcht in handen van de Heren van Bergh, die er exotische dieren hielden. In 1699 bouwden de heren op de motte een jachthuis. Opdrachtgever was Oswaldus III, de laatste graaf van Bergh. Twee stenen met tijdverzen herinneren nog aan die tijd. Op een derde steen staan de wapens van Oswald en zijn echtgenote Catharina, gravin van Oost-Friesland. Aan de jachtkamer is een huis gebouwd voor de beheerder van Montferland. De uitspanning die deze beheerde is in drie eeuwen uitgegroeid tot het huidge Hotel Montferland. Al die tijd bleef het in bezit van de Heren van Bergh, die woonden op kasteel Huis Bergh. Inmiddels wordt de motte en het omringende Bergherbos beheerd door Stichting Huis Bergh.
Aan het begin van de 20e eeuw ontdekte men hier de resten van een wal of volksburcht. Deze restanten stammen uit de 9e of 10e eeuw (zie hierboven). Mogelijk betreft het hier de burcht 'Uplade'. Uplade heeft in de geschiedenis van Gelre een belangrijke rol gespeeld.
Bijgebouwen
Aan de voet van de motte bevindt zich een boerenschuur, waarin inmiddels een fietsenzaak gevestigd is. De mountainbikeroute loopt langs de voet van de motte.
Heemkundekring Bergh
De Foto- en Filmgroep van de Heemkundekring Bergh heeft een documentaire over de Motte Montferland gemaakt.
De motte verzakt
Bron: Gelderlander 5 november 2009
De motte, de aarden heuvel in de bossen bij Zeddam, verzakt. Wegspoelend regenwater en verkeer over de weg naar boven tasten het archeologische rijksmonument aan. Om te voorkomen dat de motte verder inzakt, moeten maatregelen getroffen worden die de waterhuishouding op de heuvel beter regelen, aldus archeoloog Marc Kocken van de regio Achterhoek. Hij is één van de mensen die samen met de gemeente Montferland en eigenaar Stichting Huis Bergh een plan hebben bedacht om de motte te redden.
De heuvel is bij veel mensen bekend door Hotel Landgoed Montferland dat boven op de heuvel staat langs de weg van Zeddam naar Beek.
Op de motte, die rond het jaar 1000 met mensenhanden is gemaakt, stond een houten toren die werd gebruikt als verdedigingswerk in de Middeleeuwen. Ook hebben er stenen gebouwen gestaan, aldus Kocken. Hiervan zitten resten in de bodem.
Verdedigingswerk bij Zeddam zakt door regenwater
Geen geld voor heuvel
De motte, de aarden heuvel van Hotel Landgoed Montferland, verzakt op sommige plekken. Regenwater spoelt zand en een deel van het weggetje weg. Voor herstel van de motte is vier ton euro nodig. Dat geld is er op dit moment niet.
Vier ton kost het plan waarmee de motte volledig opgeknapt zou zijn, meent Free Hoving, directeur van Stichting Huis Bergh, eigenaar van de motteheuvel. „Daar is echter op dit moment geen geld voor.”
Stichting Huis Bergh werkt daarom op dit moment aan een plan om de motte te redden, dat wel te betalen is.
„ Eenvoudig opknappen is waar we nu naar streven,” aldus Hoving. Daarnaast probeert hij bij de provincie en derden subsidie te vinden voor behoud van het rijksmonument.
Eind jaren negentig werd al een begin gemaakt met de renovatie van de motte. De beuken, die op de heuvel groeiden, bleken spontaan om te vallen. Naast het gevaar voor de veiligheid van wandelaars, ontwrichtten de wortels van omvallende bomen archeologisch materiaal, dat juist geconserveerd moet worden. „Vanaf toen is het plan opgevat om de motte in oude luister te herstellen”, aldus Hoving.
Het probleem is dat door de parkeerplaats bij het hotel boven op de heuvel het water zodanig naar beneden spoelt, dat stukken grond wegspoelen. Ook het verkeer dat het hotel bevoorraadt, doet de weg en de heuvel geen goed, aldus archeoloog Marc Kocken van de regio Achterhoek.
Het alomvattende plan, dat met een begroting van vier ton te duur is, zou vooral de waterhuishouding beter moeten regelen. Het probleem van de afvoer van het water zou opgelost kunnen worden door het water op te vangen in zogenaamde ingegraven kratten. Zo wordt het wegspoelen van grond voorkomen.
Naast opknappen en behouden voor de toekomst, zou Hoving ook graag zien dat de motte meer de aandacht zou krijgen van toeristen. Middels borden op de plek die uitleggen waar toeristen zijn en waar ze naar kijken.
In deze tijd zou de zeventien meter hoge motteheuvel met een aantal vrachtwagens zand zo gemaakt zijn.
Maar in het jaar 990 duurde het waarschijnlijk tienduizend mandagen voordat het verdedigingswerk was aangelegd. Bedekt met bramen was de heuvel bedoeld om vijanden te zien aan komen en tegen te houden.
Motteheuvels komen in de Achterhoek meer voor. Maar de heuvel bij Zeddam wordt de grootste van Nederland genoemd vanwege de omvang. De motte meet zestig bij negentig meter.
Maar om deze kant van de motte dus meer onder de aandacht te brengen, hangt af van het financiële plaatje.
Bronnen
- Plakkette in vestibule van Hotel Montferland.
- Plakkette van de ANWB en het Prins Bernhard Fonds op buitenzijde van het Jachthuis.