Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Brand Huis Bergh 1939
Inhoud
De nacht van de brand
In de nacht van woensdag 15 maart 1939 werd een groot deel van Huis Bergh voor de tweede keer in zijn bestaan door brand verwoest. Dankzij de hulp van de plaatselijke bevolking kon een groot deel van de inventaris worden gered. Nog in hetzelfde jaar begon de wederopbouw, die in de herfst van 1941 werd voltooid.
De Graafschapbode deed nog op de dag van de brand uitgebreid verslag. Ook andere regionale dagbladen en de landelijke dagbladpers besteedden ruim aandacht aan de ramp.
Het vuur werd bestreden door brandweerkorpsen uit Bergh en de wijde omgeving. Om vier uur 's nachts was men het vuur zover meester dat de brandweer van Emmerik kon vertrekken. De brandweer uit Arnhem was 's morgens nog aan het nablussen. Van het kasteel waren de stompe toren, de kapel met zijn torentje en een benedenkamer, waarin onlangs een brandvrij plafond was aangebracht, behouden gebleven. Het was aan de inspanningen van vooral de Doetinchemse brandweer te danken dat de buitenmuren intact waren gebleven.
Uit het brandende kasteel konden onder meer een aantal oude drukken worden gered alsmede een altaarstuk van Hans Dürer dat voor 53.000 gulden verzekerd was. Oude boekwerken die in de behouden gebleven kapel lagen, bleven ook gespaard, net als waardevolle stukken in de kluis van het kasteel. Het archief was ondergebracht in de ronde toren die op ongeveer vijftig meter van het kasteel staat, en bleef daardoor behouden. De laatste brandweerwagens vertrokken kort voor het middaguur.
Huis Bergh weer in gebruik genomen
Op zondag 26 oktober 1941 werd Huis Bergh, na tweeënhalf jaar wederopbouw, weer in gebruik genomen. Meerdere sprekers hebben die dag het woord gevoerd. Helaas kon Jan Herman van Heek wegens ziekte niet aanwezig zijn, zodat in zijn plaats zijn vrouw Anna van Wulfften Palthe de ongeveer 300 gasten heeft toegesproken. Die kwamen uit het hele land en waren allemaal op een of andere wijze bij de restauratie betrokken geweest.
Mevrouw Van Heek noemde in haar toespraak de belangrijkste veranderingen die waren doorgevoerd. Volgens De Graafschapbode van 27 oktober 1941 sprak zij de volgende woorden:
Mijnheer van Heek, heeft te Lugano, waar hij [in 1939] voor herstel van een bronchitis vertoefde het droevige bericht zonder klacht aanvaard in het vaste vertrouwen, dat ieder op deze wereld de lasten moet aanvaarden, die hen of haar zijn opgelegd. Wat ons hielp het feit te verwerken, was het bericht, dat geheel de bevolking van 's-Heerenberg heldhaftig had gevochten om den brand te bestrijden en te redden, wat er te redden viel. Burgemeester, Pastoor en Kapelaans, de staf van het „Huis Bergh", burgers en arbeiders, hebben hun kasteel met mannenmoed en lijfsgevaar verdedigd, zoals dat ook in ver achter ons liggende eeuwen het geval is geweest. Na het herstel van mijn man werden de voorbereidingen tot den herbouw gemaakt. Tot medewerkers werden uitgenodigd de heer Van Heeswijk, beste deskundige in ons land van middeleeuwse bouwkunst en de heer Van Beveren. De samenwerking op het Huis Bergh is even vruchtdragend en prettig geweest als op den Doornenburg, op gelukkige wijze aangevuld door de heren J. J. Goorhuis en J. Hofstraat. Het herrezen kasteel wijkt af van het oude. Niet in plattegrond en indeeling, doch in constructie en uiterlijk. Daarbij hebben drie besliste wensen van mijn man den doorslag gegeven.
1e. Het kasteel, dat na den brand van 1735 een 18-eeuwsch karakter had ontvangen, herkreeg grotendeels een laat middeleeuwse vorm, zoowel uit- als inwendig.
2e. De dam, naar de Plantage, die omstreeks 1760 daarin was geworpen, werd in den voorzomer van 1940 opgeruimd, waardoor het kasteel het karakter kreeg van waterburcht grotendeels terugkreeg.
3e. Het poortgebouw met een deel van den hogen weergang werd op de oude fundamenten weder opgetrokken en draagt bij tot het middeleeuws karakter.
Wij staan thans te naastenbij aan het eind van dit machtige werk. Mijn man en wij zijn dankbaar, dat wij met uw aller hulp dit werk hebben mogen voltooien. Wij hebben u samengeroepen om aan dien dank uiting te geven. Het geldt al degenen, die in den somberen nacht van 14 Maart 1939 geholpen hebben de ramp te beperken. Het geldt alle medewerkers op bouwkundig gebied, in de eerste plaats de heren Van Heeswijk, Van Beveren en Goorhuis, waarbij ik ook den naam van Mr. van Schilfgaarde mag voegen. Het geldt het beherende en bospersoneel als onze trouwe Jo Span. Waren de tijden normaal geweest, dan had het in onze bedoeling gelegen aan deze ontvangst een uitbreiding te geven. Doch de omstandigheden laten dit niet toe. Een grote druk ligt op ons allen. Toch hoop ik, dat wij enige uren in rust bij elkander mogen vertoeven. Wij beschouwen het als een voorrecht u hier verenigd te zien
Foto's
Voor de brand
Klik op de foto's voor een vergroting.
Tijdens de brand
Na de brand
De wederopbouw
Bronnen
- Foto's: archief Benny Schuurman
- De Graafschapbode van 15 maart 1939 en 27 oktober 1941 op Delpher