Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Nie, Cornelis de
Cornelis de Nie werd op 11 februari 1904 geboren in Den Haag als zoon van Cornelis de Nie en Trijntje Visser. Hij was getrouwd met Francisca Adriana Deckers. Als zijn beroep worden letterzetter en incasseerder vermeld.
De Nie werd opgepakt bij de grote razzia die op 21 november 1944 onder de codenaam Operatie Sneeuwvlok plaatsvond in Den Haag, Rijswijk en Voorburg. Daarbij werden ongeveer 13.000 mannen opgepakt en samengedreven op een aantal verzamelplaatsen. De volgende dag werden 7.000 van hen in verschillende binnenhavens in rijnaken geladen en via Rotterdam, Utrecht, Amsterdam en het IJsselmeer naar Kampen overgebracht.
De meeste van hen werden in Oost-Nederland te werk gesteld, maar De Nie behoorde tot de groep van 1250 man die per trein via Assen en Nieuweschans naar Duitsland werd afgevoerd. De bestemming bleef voor de gevangenen lange tijd onduidelijk, maar op 1 december kwam de trein aan bij Kamp Rees. Vandaar werd hij, samen met andere zieke en verzwakte dwangarbeiders, overgebracht naar het noodziekenhuis in het Patersklooster te 's-Heerenberg. Daar overleed hij op 3 maart 1945 op 41-jarige leeftijd.
Zijn overlijden is op 7 maart 1945 aangegeven in de gemeente Bergh door Sophia van Leeuwen . Zij werkte als directrice/verpleegster in het noodziekenhuis. Zij was daar bekend als Zuster Fietje. Zij kwam net als De Nie uit Den Haag. Zij heeft die dag ook het overlijden aangegeven van A.C. Grundmann, L.L. van Noort en W. Nuijten. De Nies overlijden is op 9 augustus 1945 ingeschreven in de gemeente Den Haag.
De Nie werd (evenals Grundmann) op 7 maart om 2 uur begraven op het protestantse kerkhof in 's-Heerenberg. Op zijn graf werd een plank geplaatst waarop behalve zijn personalia ook vermeld stond dat hij een OT-man was.
Toen het kerkhof in 1954 vol raakte, stelde de kerkvoogdij aan de Oorlogsgravenstichting (OGS) voor de stoffelijke resten van De Nie en de andere daar begraven oorlogsslachtoffers over te brengen naar het Ereveld Loenen. De OGS ging hiermee akkoord, waarna De Nies dochter en haar man schriftelijk hun toestemming voor de herbegrafenis gaven. In hun brief vroegen zij de aanduiding dat De Nie een OT-man zou zijn geweest, niet te vermelden op zijn nieuwe graf. Hij was immers nooit lid geweest van de Organisation Todt, maar door de OT gedwongen tewerkgesteld nadat hij bij een razzia was opgepakt.
De herbegrafenis kon plaatsvinden nadat burgemeester De Leeuw de vereiste vergunning had verleend voor het opgraven en vervoeren van de stoffelijke resten. Zo werd De Nie in 1955 herbegraven op het Ereveld Loenen, vak C, nummer 20, tussen J. Wijs en F.J.P. Kurtz.
Ter nagedachtenis aan de dwangarbeiders uit de gemeente Den Haag werd daar op 1 november 1999 het monument 'Dwangarbeiders' onthuld. Het bevindt zich op het binnenplein van het Provinciehuis van Zuid-Holland, dat staat op de plek waar vroeger de Haagse dierentuin was. Die werd tijdens de razzia als een van de verzamelplaatsen gebruikt.
Bronnen
- A-dossier van de Oorlogsgravenstichting in het Nationaal Archief
- Gemeentearchief Bergh, Archief 1942-1983, inventarisnummer 190
- Oorlogsgravenstichting
- Archieven.nl