Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Straus, Harry: verschil tussen versies
(partner Mendels toegevoegd) |
(berichten tussen tafelblad toegevoegd) |
||
| Regel 2: | Regel 2: | ||
Hedwig Levita. | Hedwig Levita. | ||
| − | In de [[Tweede Wereldoorlog|oorlog]] heeft Harry, omdat hij jood was, vanaf 11 februari [[1943]] tot de [[bevrijding]] ondergedoken gezeten. In de nacht van 10 op 11 februari werden Harry's ouders opgepakt, maar hij en zijn zussen [[Straus, Bernhardine Else|Bernhardine Else]] en [[Straus, Sara Betty|Sara Betty]] hebben zich in het bos kunnen verstoppen. Vroeg in de morgen hebben zij zich bij de [[Korenhorst (Boerderij)|Korenhorst]] in [[Lengel]] gemeld, waar zij hulp kregen om onder te duiken. Harry's zussen gingen naar Dieren, terwijl hijzelf een paar dagen bij [[Koendersmolen|Koenders]] in [[Braamt]] onderdak vond, maar al gauw werd doorgestuurd naar [[Azewijn | + | In de [[Tweede Wereldoorlog|oorlog]] heeft Harry, omdat hij jood was, vanaf 11 februari [[1943]] tot de [[bevrijding]] ondergedoken gezeten. In de nacht van 10 op 11 februari werden Harry's ouders opgepakt, maar hij en zijn zussen [[Straus, Bernhardine Else|Bernhardine Else]] en [[Straus, Sara Betty|Sara Betty]] hebben zich in het bos kunnen verstoppen. Vroeg in de morgen hebben zij zich bij de [[Korenhorst (Boerderij)|Korenhorst]] in [[Lengel]] gemeld, waar zij hulp kregen om onder te duiken. Harry's zussen gingen naar Dieren, terwijl hijzelf een paar dagen bij [[Koendersmolen|Koenders]] in [[Braamt]] onderdak vond, maar al gauw werd doorgestuurd naar [[Azewijn]]. |
| − | In Azewijn heeft | + | Aanvankelijk zat hij daar bij Frits Beyer ondergedoken, maar vanaf 10 januari [[1944]] verbleef hij bij [[Garben, Johannes Hendrikus Josephus|Garben]]. Daar werden zijn beide zussen korte tijd later ook ondergebracht. Berichten die Harry schreef, legde hij bij Garben tussen het dubbele tafelblad, waar zij door [[Dael, Dr. A.H. (Arts)|dokter Dael]] werden opgehaald. Die bracht ze vervolgens naar de pastorie in [['s-Heerenberg]]. |
| + | |||
| + | In Azewijn heeft Harry het neerstorten van twee Vliegende Forten beleefd, op [[B-17G Flying Fortress 42-31016|4 januari 1944]] en op [[B-17F Flying Fortress 42-30360|8 april 1944]]. | ||
Een van de bemanningsleden van het toestel dat in januari neerstortte, de navigator Albert Stern, was in de richting van [[Gendringen]] geland en daar door behulpzame mensen aan het [[Escape-groep Azewijn|verzet in Azewijn]] overgedragen. Die avond is Harry er samen met verzetsman [[Hettelaar, Antonius Wilhelmus|Teun Hettelaar]] op uit geweest om Stern te halen. Ze hadden echter moeite hem te vinden, en met z'n tweeën zwierven ze door de "reven", terwijl Harry de ''Stars and Stripes'' en een joods liedje floot on Stern te lokken. Stern was namelijk ook jood. Harry heeft aan Stern een levenslange vriend overgehouden. | Een van de bemanningsleden van het toestel dat in januari neerstortte, de navigator Albert Stern, was in de richting van [[Gendringen]] geland en daar door behulpzame mensen aan het [[Escape-groep Azewijn|verzet in Azewijn]] overgedragen. Die avond is Harry er samen met verzetsman [[Hettelaar, Antonius Wilhelmus|Teun Hettelaar]] op uit geweest om Stern te halen. Ze hadden echter moeite hem te vinden, en met z'n tweeën zwierven ze door de "reven", terwijl Harry de ''Stars and Stripes'' en een joods liedje floot on Stern te lokken. Stern was namelijk ook jood. Harry heeft aan Stern een levenslange vriend overgehouden. | ||
Versie van 5 dec 2008 om 16:22
Harry Straus werd geboren op 18 februari 1918 als zoon van Benjamin Joseph Straus en Hedwig Levita.
In de oorlog heeft Harry, omdat hij jood was, vanaf 11 februari 1943 tot de bevrijding ondergedoken gezeten. In de nacht van 10 op 11 februari werden Harry's ouders opgepakt, maar hij en zijn zussen Bernhardine Else en Sara Betty hebben zich in het bos kunnen verstoppen. Vroeg in de morgen hebben zij zich bij de Korenhorst in Lengel gemeld, waar zij hulp kregen om onder te duiken. Harry's zussen gingen naar Dieren, terwijl hijzelf een paar dagen bij Koenders in Braamt onderdak vond, maar al gauw werd doorgestuurd naar Azewijn.
Aanvankelijk zat hij daar bij Frits Beyer ondergedoken, maar vanaf 10 januari 1944 verbleef hij bij Garben. Daar werden zijn beide zussen korte tijd later ook ondergebracht. Berichten die Harry schreef, legde hij bij Garben tussen het dubbele tafelblad, waar zij door dokter Dael werden opgehaald. Die bracht ze vervolgens naar de pastorie in 's-Heerenberg.
In Azewijn heeft Harry het neerstorten van twee Vliegende Forten beleefd, op 4 januari 1944 en op 8 april 1944.
Een van de bemanningsleden van het toestel dat in januari neerstortte, de navigator Albert Stern, was in de richting van Gendringen geland en daar door behulpzame mensen aan het verzet in Azewijn overgedragen. Die avond is Harry er samen met verzetsman Teun Hettelaar op uit geweest om Stern te halen. Ze hadden echter moeite hem te vinden, en met z'n tweeën zwierven ze door de "reven", terwijl Harry de Stars and Stripes en een joods liedje floot on Stern te lokken. Stern was namelijk ook jood. Harry heeft aan Stern een levenslange vriend overgehouden.
In maart 1945 zat bij Harry ook de Italiaan Constantino Albanese ondergedoken. Harry was aanwezig bij diens overlijden op 18 maart.
Harry leeft nog en woont in Ochten met zijn partner, een dochter van Nathan Mendels. Harry is een broer van Joseph Straus, die de oorlog ook heeft overleefd.
Bronnen
- Het dagboek van Harry Straus in Azem van 't Hof tot heden (blz. 374-423)
- Harry Straus
