Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Oda van den Bergh: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
k (Van Gaasbeek)
k (interne link)
Regel 6: Regel 6:
 
:(… de dochters waren [[Sophia van den Bergh (†1486)|Sophia]], [[Mechtildis van den Bergh|Mechtildis]] en Oda. Sophia en Oda zijn aan God gewijde maagden in het bisdom Utrecht in de stad [[Wijk bij Duurstede]], in het Dominicanessenklooster. De middelste is getrouwd met de edele graaf van Teckelenburg enz., van wie een kind geboren is, enz.)
 
:(… de dochters waren [[Sophia van den Bergh (†1486)|Sophia]], [[Mechtildis van den Bergh|Mechtildis]] en Oda. Sophia en Oda zijn aan God gewijde maagden in het bisdom Utrecht in de stad [[Wijk bij Duurstede]], in het Dominicanessenklooster. De middelste is getrouwd met de edele graaf van Teckelenburg enz., van wie een kind geboren is, enz.)
  
Oda was vanaf [[1457]] non ("aan God gewijde maagd") in het Dominicanessenklooster Sint Maria Magdalena in Wijk bij Duurstede. Hier had haar vader in [[1434]] rechten verworven door een overeenkomst met de Hollandse edelman Jacob van Gaasbeek. Haar zus Sophia is in hetzelfde jaar in dit klooster ingetreden. Het was in [[1399]] als het eerste Dominicanessenklooster in de Noordelijke Nederlanden gesticht.
+
Oda was vanaf [[1457]] non ("aan God gewijde maagd") in het Dominicanessenklooster Sint Maria Magdalena in Wijk bij Duurstede. Hier had haar vader in [[1434]] [[Heerlijke rechten|rechten]] verworven door een overeenkomst met de Hollandse edelman Jacob van Gaasbeek. Haar zus Sophia is in hetzelfde jaar in dit klooster ingetreden. Het was in [[1399]] als het eerste Dominicanessenklooster in de Noordelijke Nederlanden gesticht.
  
 
Haar [[Oswald I van den Bergh|broer Oswald]], [[Graven van den Bergh|heer van Bergh]], betaalde jaarlijks een deel van de inkomsten uit de goederen in de heerlijkheid [[Bylandt]] aan het klooster. In plaats van het gebruikelijke geldbedrag liet hij in [[1484]] een lading tarwe (''68 molder en 1 schepel weit'') naar [[Arnhem]] vervoeren. De rentmeester van het klooster verkocht de tarwe namens de priorin (toen nog niet Oda) aan de tolgaarder in Rhenen.
 
Haar [[Oswald I van den Bergh|broer Oswald]], [[Graven van den Bergh|heer van Bergh]], betaalde jaarlijks een deel van de inkomsten uit de goederen in de heerlijkheid [[Bylandt]] aan het klooster. In plaats van het gebruikelijke geldbedrag liet hij in [[1484]] een lading tarwe (''68 molder en 1 schepel weit'') naar [[Arnhem]] vervoeren. De rentmeester van het klooster verkocht de tarwe namens de priorin (toen nog niet Oda) aan de tolgaarder in Rhenen.

Versie van 8 feb 2019 om 17:59

Oda van den Bergh was de jongste dochter van Willem II van den Bergh en Luitgard van Bentheim. Haar voornaam komt ook voor als Otta, Otte en Otto.

Zij wordt met haar broers en zussen genoemd in een beschrijving van haar vaders gezin in een aldt boecksken uit de tweede helft van de 15e eeuw. Een afschrift hiervan wordt bewaard in het archief van Huis Bergh. Met haar zussen wordt zij als volgt vermeld:

… filie fuerunt Sophia, Mechtildis et Otto. Sophia et Otto sunt virgines deo dicate in diocesi traiectensi in oppido Wyck te Duersteden, in monasterio ordinis Predicatorum. Media nupsit, viro scilicet nobili comiti de Teykelenborch etc., de quo genuit proles etc.
(… de dochters waren Sophia, Mechtildis en Oda. Sophia en Oda zijn aan God gewijde maagden in het bisdom Utrecht in de stad Wijk bij Duurstede, in het Dominicanessenklooster. De middelste is getrouwd met de edele graaf van Teckelenburg enz., van wie een kind geboren is, enz.)

Oda was vanaf 1457 non ("aan God gewijde maagd") in het Dominicanessenklooster Sint Maria Magdalena in Wijk bij Duurstede. Hier had haar vader in 1434 rechten verworven door een overeenkomst met de Hollandse edelman Jacob van Gaasbeek. Haar zus Sophia is in hetzelfde jaar in dit klooster ingetreden. Het was in 1399 als het eerste Dominicanessenklooster in de Noordelijke Nederlanden gesticht.

Haar broer Oswald, heer van Bergh, betaalde jaarlijks een deel van de inkomsten uit de goederen in de heerlijkheid Bylandt aan het klooster. In plaats van het gebruikelijke geldbedrag liet hij in 1484 een lading tarwe (68 molder en 1 schepel weit) naar Arnhem vervoeren. De rentmeester van het klooster verkocht de tarwe namens de priorin (toen nog niet Oda) aan de tolgaarder in Rhenen.

Oda's overlijdensdatum is niet bekend, maar zij stierf kort voor 22 februari 1502.

Bronnen