Massop, J.H.A.

Sjef Massop werd geboren op 22 maart 1928 te Gendringen als zoon van Gradus Massop en Daatje Ratering. Hij werd in een warm nest van elf kinderen geboren en grootgebracht.

De oorlogsjaren waren spannend en Sjef sabotteerde en infiltreerde samen met zijn broers bij de Duitsers. Samen met zijn vader, hoofd van de PNEM, werd gezorgd voor valse Ausweisse en het bevrijden van dwangarbeiders van Kamp Rees. Deze werden in Gendringen en omgeving ontluisd, gewassen, gevoed, gekleed en verder Nederland in gesmokkeld.

Na de oorlog ging Sjef aanvankelijk diergeneeskunde studeren, echter de professoren vonden hem meer geschikt om arts te worden. In zijn studententijd haalde hij nog heel wat kattekwaad uit met o.a. Theo Benraad, zijn grote kameraad. In die tijd werd hij door een zuster "gekoppeld" aan een verpleegkundige van de OK: "hier, kaartjes voor de film". Net een doktersroman, maar zo leerde hij zijn toekomstige levensgezel Julie-Anna Morhaus kennen. Jules was op 21 oktober 1931 te Djokjakarta in Nederlands-Indië geboren. Na de ontberingen van het Jappenkamp was zij na de oorlog naar Nederland gekomen. In het jaar 1957 gaven zij elkaar het ja-woord, nadat Jules eerst nog gedoopt was. Na wat omzwervingen belandden ze in 's-Heerenberg, waar ze zich vestigden.

Sjef was tot 1993 huisarts in 's-Heerenberg. In eerste instantie had hij een solo-praktijk, waarnaar in 1960 ook de 's-Heerenbergse patiënten van de vertrekkende huisarts Kok werden verwezen. Zijn praktijk aan de Slotlaan 16 gaf hij in 1989 op toen hij associeerde met destijds W.C.A.M. Fortuin en A.G.J. Oude Essink-Nijhuis, in de "Groepspraktijk Huisartsen" aan de Oude Doetinchemseweg 1 te 's-Heerenberg. Vanaf mei 1992 werkte hij samen met L.F.J. Timmers, die hem in 1993 definitief opvolgde.

Sjef Massop was een gedreven en betrokken huisarts. Hij leefde voor zijn patienten. Hij werkte dag en nacht, stond dag en nacht voor hen klaar. Hij had begrip, gevoel en medeleven, maar was ook hard. In die tijd was hij ook het maatschappelijk werk: echtscheidingen, financiële malaise, alcoholisme etc. Alles moest door de huisartsen van die tijd opgelost worden. Ook kleine ingrepen, bevallingen, consultatiebureau en EHBO-lessen behoorden tot de taken van de huisarts van toen. Zelfs het trekken van een kies of een ingreep bij een hond of varken van de boer! (Dat spaarde geld voor de arme boer.)

Op 26 december 2001 overleed hij aan de gevolgen van een niercarcinoom. Snel daarna volgde zijn Julie hem. Zij overleed eveneens aan de gevolgen van de ziekte kanker op 8 april 2003. Samen hebben ze zes kinderen op de wereld gezet: Suzanna, Lucas, Francina, Ignace, Miranda en Juliëtta.

Uit De Graafschapbode van 8 maart 1980

Uit Montferland Nieuws van 29 december 1992

Uit De Gelderlander van 11 december 1992