Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Veenhuis, Antonie Wilhelmus: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''A.W. Veenhuis''' was van 1 september 1944 tot 13 december 1945 kapelaan in de parochie St. Jan de Doper in Kilder. Hij diende onder [[Weerdenburg, A…')
 
k (aanvulling Oranje-Nassau)
 
(6 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
'''A.W. Veenhuis''' was van 1 september [[1944]] tot 13 december [[1945]] kapelaan in de parochie [[St. Jan de Doper]] in [[Kilder]]. Hij diende onder [[Weerdenburg, Adrianus W. van|pastoor Van Weerdenbrug]].
+
[[Bestand: Veenhuis 19660924 VK.jpg|thumb|left|250px|<center>'''Kapelaan Veenhuis in 1966 in Laren</center>]]
 +
'''Antonie Wilhelmus Veenhuis''' was [[Pastoors en Kapelaans|kapelaan]] in de parochie [[St. Jan de Doper]] in [[Kilder]]. Hij werd op 20 juni [[1918]] geboren in Deventer als zoon van Johannes Lebuinus Veenhuis en Maria Bernardina van der Linden.
  
Kapelaan Veenhuis kwam in het laatste jaar van de [[Tweede Wereldoorlog]]. Toen hij enkele dagen na zijn komst op de fiets naar [['s-Heerenberg]] ging, namen Duitse soldaten hem zijn fiets af.
+
Hij bezocht het aartsbisschoppelijk kleinseminarie in Culemborg en zette zijn priesteropleiding voort aan het grootseminarie Rijsenburg in Driebergen. Het gebouw werd in [[1942]] door de [[Tweede Wereldoorlog|Duitse bezetter]] gevorderd, waarna het grootseminarie verhuisde naar het kasteel in [[Hummelo en Keppel|Laag-Keppel]]. Hier heeft Veenhuis zijn studie voltooid. Op 23 juli [[1944]] werd hij in Utrecht door de aartsbisschop tot priester gewijd.
  
In de [[Kilderse scholen in de oorlog|scholen]] in Kilder waren aan het eind van de [[Tweede Wereldoorlog|oorlog]] dwangarbeiders uit Rotterdam en Den Haag ondergebracht. Zij moesten voor [[Organisation Todt|de Todt]] tankvallen en loopgraven graven. De meesten kregen niet genoeg te eten, moesten op los stro slapen met één of geen deken, hadden weinig kleren en blote voeten in kapotte schoenen of klompen. Allemaal zaten ze onder de luizen. Kapelaan Veenhuis heeft ervoor gezorgd dat ze allemaal een adres hadden om 's avonds te gaan eten. Meestal alleen of met z’n tweeën, maar soms met z’n tienen kregen ze dan te eten en soms ook gelegenheid zich te wassen.
+
== Kapelaan in Kilder ==
 +
Zijn eerste standplaats werd Kilder, waar hij diende onder [[Weerdenburg, Adrianus Wilhelmus van|pastoor Van Weerdenbrug]]. Kilder had toen lange tijd geen kapelaan gehad. De laatste was [[Paanakker, Hendrikus Antonius|kapelaan Paanakker]], die in februari [[1927]] was vertrokken.
 +
 
 +
Kapelaan Veenhuis kwam in het laatste jaar van de Tweede Wereldoorlog. Toen hij enkele dagen na zijn komst op de fiets naar [['s-Heerenberg]] ging, namen Duitse soldaten hem zijn fiets af.
 +
 
 +
In de [[Kilderse scholen in de oorlog|scholen]] in Kilder waren aan het eind van de oorlog dwangarbeiders uit Rotterdam en Den Haag ondergebracht. Zij moesten voor [[Organisation Todt|de Todt]] [[Tankgracht|tankvallen]] en loopgraven graven. De meesten kregen niet genoeg te eten, moesten op los stro slapen met één of geen deken, hadden weinig kleren en blote voeten in kapotte schoenen of klompen. Allemaal zaten ze onder de luizen. Kapelaan Veenhuis heeft ervoor gezorgd dat ze allemaal een adres hadden om 's avonds te gaan eten. Meestal alleen of met z’n tweeën, maar soms met z’n tienen kregen ze dan te eten en soms ook gelegenheid zich te wassen.
 +
 
 +
== Zijn verdere leven ==
 +
Op 13 december 1945 heeft kapelaan Veenhuis afscheid genomen van zijn parochianen. Hij was daarna kapelaan in het Friese Sint Nicolaasga, waar hij aankwam kort voor daar [[Overmeer, Willebrordus Franciscus Assuerus|pastoor Overmeer]] overleed. Overmeer was van [[1911]] tot [[1914]] kapelaan geweest in [[Zeddam]]. [[Smeenk, Antonius|Antonius Smeenk]] uit het hem welbekende Kilder was van [[1883]] tot [[1893]] bouwpastoor in Sint Nicolaasga geweest. Na hem is [[Hegge, Regnerus Hendricus Franciscus|Reinier Hegge]], in de [[Tweede Wereldoorlog]] kapelaan in [['s-Heerenberg]], was van [[1969]] tot [[1976]] pastoor in Sint Nicolaasga.
 +
 +
In augustus [[1948]] volgde zijn benoeming tot kapelaan in [[Gaanderen]]. In september [[1951]] werd hij benoemd tot kapelaan in Laren (NH).
 +
 
 +
In of rond [[1967]] werd hij pastoor van de parochie Heilige Clemens in Hilversum. Later, of daarnaast, was hij pastor van de het psychogeriatrische centrum De Stichtse Hof in Hilversum. Voor zijn werk daar werd hem bij koninklijk besluit nr. 94 van 13 april [[1994]] de eremedaille in goud in de [[Onderscheidingen#Orde van Oranje-Nassau|Orde van Oranje-Nassau]] toegekend.
 +
 
 +
Hij overleed op 13 augustus [[1999]], 81 jaar oud, en werd begraven in het priestergraf op het Sint Janskerkhof aan de Hilversumseweg in Laren.
  
 
== Bronnen ==
 
== Bronnen ==
*[[Oorlogsverslag van Piet en Hend Welling]]
+
*[http://www.archieven.nl Archieven.nl]
*[[Oorlogsverslag van pastoor Van Weerdenburg]]
+
*[[100 Jaar "Sint Jan" Kilder]], blz. 48
 +
*Vermeldingen van zijn benoemingen in diverse dagbladen op [http://www.delpher.nl Delpher]
 +
*Oorlogsverslagen:
 +
**[[Oorlogsverslag van Piet en Hend Welling]]
 +
**[[Oorlogsverslag van pastoor Van Weerdenburg]]
 +
*[https://www.nationaalarchief.nl Nationaal Archief], Kanselarij der Nederlandse Orden, index gedecoreerden ([https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/2.02.32/invnr/896ED.3/file/00176721.PDF pdf])
 +
*[https://www.online-begraafplaatsen.nl Online-begraafplaatsen]
  
{{Onderwerp|Pastoors en Kapelaans|St. Jan de Doper|Tweede Wereldoorlog|Kilder}}
+
[[Categorie:Kapelaans Kilder]] [[Categorie:Orde van Oranje-Nassau]]

Huidige versie van 19 sep 2024 om 06:50

Kapelaan Veenhuis in 1966 in Laren

Antonie Wilhelmus Veenhuis was kapelaan in de parochie St. Jan de Doper in Kilder. Hij werd op 20 juni 1918 geboren in Deventer als zoon van Johannes Lebuinus Veenhuis en Maria Bernardina van der Linden.

Hij bezocht het aartsbisschoppelijk kleinseminarie in Culemborg en zette zijn priesteropleiding voort aan het grootseminarie Rijsenburg in Driebergen. Het gebouw werd in 1942 door de Duitse bezetter gevorderd, waarna het grootseminarie verhuisde naar het kasteel in Laag-Keppel. Hier heeft Veenhuis zijn studie voltooid. Op 23 juli 1944 werd hij in Utrecht door de aartsbisschop tot priester gewijd.

Kapelaan in Kilder

Zijn eerste standplaats werd Kilder, waar hij diende onder pastoor Van Weerdenbrug. Kilder had toen lange tijd geen kapelaan gehad. De laatste was kapelaan Paanakker, die in februari 1927 was vertrokken.

Kapelaan Veenhuis kwam in het laatste jaar van de Tweede Wereldoorlog. Toen hij enkele dagen na zijn komst op de fiets naar 's-Heerenberg ging, namen Duitse soldaten hem zijn fiets af.

In de scholen in Kilder waren aan het eind van de oorlog dwangarbeiders uit Rotterdam en Den Haag ondergebracht. Zij moesten voor de Todt tankvallen en loopgraven graven. De meesten kregen niet genoeg te eten, moesten op los stro slapen met één of geen deken, hadden weinig kleren en blote voeten in kapotte schoenen of klompen. Allemaal zaten ze onder de luizen. Kapelaan Veenhuis heeft ervoor gezorgd dat ze allemaal een adres hadden om 's avonds te gaan eten. Meestal alleen of met z’n tweeën, maar soms met z’n tienen kregen ze dan te eten en soms ook gelegenheid zich te wassen.

Zijn verdere leven

Op 13 december 1945 heeft kapelaan Veenhuis afscheid genomen van zijn parochianen. Hij was daarna kapelaan in het Friese Sint Nicolaasga, waar hij aankwam kort voor daar pastoor Overmeer overleed. Overmeer was van 1911 tot 1914 kapelaan geweest in Zeddam. Antonius Smeenk uit het hem welbekende Kilder was van 1883 tot 1893 bouwpastoor in Sint Nicolaasga geweest. Na hem is Reinier Hegge, in de Tweede Wereldoorlog kapelaan in 's-Heerenberg, was van 1969 tot 1976 pastoor in Sint Nicolaasga.

In augustus 1948 volgde zijn benoeming tot kapelaan in Gaanderen. In september 1951 werd hij benoemd tot kapelaan in Laren (NH).

In of rond 1967 werd hij pastoor van de parochie Heilige Clemens in Hilversum. Later, of daarnaast, was hij pastor van de het psychogeriatrische centrum De Stichtse Hof in Hilversum. Voor zijn werk daar werd hem bij koninklijk besluit nr. 94 van 13 april 1994 de eremedaille in goud in de Orde van Oranje-Nassau toegekend.

Hij overleed op 13 augustus 1999, 81 jaar oud, en werd begraven in het priestergraf op het Sint Janskerkhof aan de Hilversumseweg in Laren.

Bronnen