Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Harreveld, evacuatie-ziekenhuis: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
k (Bronnen: cat)
(Evacuatieziekenhuis: foto toegevoegd)
 
Regel 9: Regel 9:
  
 
== Evacuatieziekenhuis ==
 
== Evacuatieziekenhuis ==
 +
[[Bestand:Harreveld 1945.jpg|thumb|right|400px|'''<center>Het personeel van het evacuatie-ziekenhuis in 1945]]
 
Eind oktober 1944 begon het Nederlandse Rode Kruis besprekingen om het gesticht als evacuatieziekenhuis in te richten. De onderhandelaar van het Rode Kruis was de heer G.J. Oorlog, directeur van [[Vredestein| Vredestein Bandenfabriek]] in [[Doetinchem]]. Hij was tevens gemachtigde van het Rode Kruis voor [[Gelderland]] beoosten de grote rivieren en substituutcommissaris van het Bureau Afvoer Burgerbevolking (BAB) Gelderland-Oost. De bezetter en ook de broeders stemden in met de inrichting van een evacuatieziekenhuis, zodat het complex op 1 november officieel aan het Rode Kruis werd overgedragen. De Duitsers beloofden aan de geallieerden door te geven dat het gebouw als ziekenhuis in gebruik was, zodat het niet beschoten zou worden. Dit is inderdaad gebeurd, want het is nooit doelwit van luchtaanvallen geweest. Ook de Canadezen die Harreveld in april [[1945]] [[Bevrijding|bevrijdden]], waren van het bestaan van het noodziekenhuis op de hoogte.
 
Eind oktober 1944 begon het Nederlandse Rode Kruis besprekingen om het gesticht als evacuatieziekenhuis in te richten. De onderhandelaar van het Rode Kruis was de heer G.J. Oorlog, directeur van [[Vredestein| Vredestein Bandenfabriek]] in [[Doetinchem]]. Hij was tevens gemachtigde van het Rode Kruis voor [[Gelderland]] beoosten de grote rivieren en substituutcommissaris van het Bureau Afvoer Burgerbevolking (BAB) Gelderland-Oost. De bezetter en ook de broeders stemden in met de inrichting van een evacuatieziekenhuis, zodat het complex op 1 november officieel aan het Rode Kruis werd overgedragen. De Duitsers beloofden aan de geallieerden door te geven dat het gebouw als ziekenhuis in gebruik was, zodat het niet beschoten zou worden. Dit is inderdaad gebeurd, want het is nooit doelwit van luchtaanvallen geweest. Ook de Canadezen die Harreveld in april [[1945]] [[Bevrijding|bevrijdden]], waren van het bestaan van het noodziekenhuis op de hoogte.
  
 
Het ziekenhuis werd bemand door een beperkte medische staf aangevuld met vrijwilligers uit de plaatselijke bevolking. Na een grondige schoonmaakbeurt kwamen op 8 november de eerste evacués aan; een groep burgers uit Gennep. Ze bleven maar kort, waarna op 12 november het evacuatieziekenhuis zijn eigenlijke functie kreeg. Op die dag arriveerden het personeel en de patiënten van een ziekenhuis in Millingen. Enkele weken later kwamen daar nog personeel en patiënten van een sanatorium in Gennep bij.
 
Het ziekenhuis werd bemand door een beperkte medische staf aangevuld met vrijwilligers uit de plaatselijke bevolking. Na een grondige schoonmaakbeurt kwamen op 8 november de eerste evacués aan; een groep burgers uit Gennep. Ze bleven maar kort, waarna op 12 november het evacuatieziekenhuis zijn eigenlijke functie kreeg. Op die dag arriveerden het personeel en de patiënten van een ziekenhuis in Millingen. Enkele weken later kwamen daar nog personeel en patiënten van een sanatorium in Gennep bij.
 +
<br clear=all/>
  
 
== Ziekenhuis voor de lokale bevolking ==
 
== Ziekenhuis voor de lokale bevolking ==

Huidige versie van 21 dec 2017 om 15:01

Het Sint Vincentiusgesticht "Harreveld" in de toenmalige gemeente Lichtenvoorde was aan het eind van de Tweede Wereldoorlog ingericht als evacuatieziekenhuis voor verpleeginrichtingen die als gevolg van de Slag om Arnhem (17-25 september 1944) weg moesten uit de streek van Arnhem en Nijmegen. Er werden ook veel dwangarbeiders uit Kamp Rees verpleegd en bovendien burgers uit de omgeving, waaronder inwoners van de gemeente Bergh.

Een onderkomen voor Duitse soldaten

De gebouwen waren een franciscanenklooster tot ze in 1911 werden overgenomen door broeders van de Congregatie van Onze Lieve Vrouw van Zeven Smarten. Zij richtten er een internaat in voor verwaarloosde en ontspoorde jongens. In de oorlog hebben de Duitsers een aantal keren geprobeerd de gebouwen te vorderen, maar de broeders hebben dit lange tijd weten te voorkomen.

In september 1944 lukte dit niet meer; het gesticht moest op 5 september om half twaalf voor de middag ontruimd zijn. Alle jongens moesten terug naar huis of, als dat niet kon, elders ondergebracht worden. Slechts twee broeders mochten blijven: de overste en de kok. Sommige van de overige broeders vertrokken uit Harreveld, maar met name de oudere zochten onderdak bij particulieren in Lichtenvoorde. Toen bleek dat de Duitsers niet alle gebouwen nodig hadden, mochten zij op 5 oktober terug naar het gesticht. Enkele van de jongere broeders werden in Duitsland te werk gesteld, maar ook zij mochten op 29 oktober terug naar Harreveld.

De Duitsers gebruikten de gebouwen als onderkomen waar troepeneenheden konden uitrusten. Er was ook een veldlazaret. In de praktijk stond het complex echter de meeste tijd zo goed als leeg; meestal waren er niet meer dan vijf tot tien Duitsers. Grotere eenheden zijn er maar een paar keer voor niet meer dan enkele dagen geweest. Zij zagen wel kans een enorme bende achter te laten.

Evacuatieziekenhuis

Het personeel van het evacuatie-ziekenhuis in 1945

Eind oktober 1944 begon het Nederlandse Rode Kruis besprekingen om het gesticht als evacuatieziekenhuis in te richten. De onderhandelaar van het Rode Kruis was de heer G.J. Oorlog, directeur van Vredestein Bandenfabriek in Doetinchem. Hij was tevens gemachtigde van het Rode Kruis voor Gelderland beoosten de grote rivieren en substituutcommissaris van het Bureau Afvoer Burgerbevolking (BAB) Gelderland-Oost. De bezetter en ook de broeders stemden in met de inrichting van een evacuatieziekenhuis, zodat het complex op 1 november officieel aan het Rode Kruis werd overgedragen. De Duitsers beloofden aan de geallieerden door te geven dat het gebouw als ziekenhuis in gebruik was, zodat het niet beschoten zou worden. Dit is inderdaad gebeurd, want het is nooit doelwit van luchtaanvallen geweest. Ook de Canadezen die Harreveld in april 1945 bevrijdden, waren van het bestaan van het noodziekenhuis op de hoogte.

Het ziekenhuis werd bemand door een beperkte medische staf aangevuld met vrijwilligers uit de plaatselijke bevolking. Na een grondige schoonmaakbeurt kwamen op 8 november de eerste evacués aan; een groep burgers uit Gennep. Ze bleven maar kort, waarna op 12 november het evacuatieziekenhuis zijn eigenlijke functie kreeg. Op die dag arriveerden het personeel en de patiënten van een ziekenhuis in Millingen. Enkele weken later kwamen daar nog personeel en patiënten van een sanatorium in Gennep bij.

Ziekenhuis voor de lokale bevolking

Bij deze geëvacueerde patiënten bleef het niet, want ook zieke en gewonde burgers uit de Achterhoek en de Duitse grensstreek kwamen naar Harreveld. Zelfs enkele gewonde Duitse soldaten zijn er verpleegd. Na onderhandelingen met de Duitsers werd ook een groot aantal zieke dwangarbeiders uit Kamp Rees in het evacuatieziekenhuis toegelaten. Harreveld was hier als "echt" ziekenhuis beter toe uitgerust dan het noodziekenhuis in 's-Heerenberg. Daar werden ook veel zieken uit Kamp Rees verpleegd, maar wie tyfus of dysenterie had, werd meteen doorgestuurd naar Harreveld.

Nadat Bergh midden februari 1945 in de frontlinie was komen te liggen, werden ernstig gewonde burgers naar Harreveld gebracht. Het meisje Kroesen is op 25 maart 1945 onderweg naar dit noodhospitaal overleden. Wim Bosch heeft op 27 maart gezien hoe gewonden op karren naar Terborg werden gebracht. Daar werden zij met ziekenwagens opgehaald en naar Harreveld vervoerd. Bosch was die dag op de fiets naar Harreveld onderweg om zijn broer Bennie te bezoeken, die eerder gewond was geraakt.

Na de oorlog

Op 1 november 1945 werd het evacuatieziekenhuis officieel opgeheven. Die dag kwamen ook de eerste honderd jongens weer terug; de rest zou spoedig volgen. Eén vleugel is nog een half jaar in gebruik gebleven voor vrouwelijke patiënten uit het sanatorium in Gennep. Zij konden vanwege oorlogsschade aan hun gebouw nog niet terug.

De broeders van de Congregatie van Onze Lieve Vrouw van Zeven Smarten hebben het internaat tot 1991 geleid. Tegenwoordig is in het gebouwencomplex een justitiële jeugdinrichting ondergebracht.

Bronnen

  • Henny Bennink: Bezetting en verzet. De gemeente Lichtenvoorde en omliggende gemeenten in de Tweede Wereldoorlog, blz. 307-316. Uitgeverij Fagus, Aalten, 2005
  • Gelders Archief, toegang 0635, inleiding 1.6: De activiteiten van G.J. Oorlog in de Gelderse Achterhoek
  • Mededeling pastoor Wim Bosch