Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Nispen, Oscar Emil van

Uit Berghapedia
Versie door Verre neef (overleg | bijdragen) op 18 apr 2016 om 11:10 (Bronnen: cat)
Ga naar: navigatie, zoeken

Meester in de rechten

Jonkheer Oscar Emil van Nispen werd op 19 augustus 1827 geboren in 's-Heerenberg als zoon van Lodewijk Carel Jacob Christiaan Frans van Nispen en Eulalie Louise Bender.

Van Nispen studeerde rechten aan de Hoogeschool in Utrecht, waar hij promoveerde op 26 juni 1852. Een jaar later, op 28 juni 1853 slaagde hij aan de Koninklijke Akademie in Delft voor het examen ambtenaar der 1e klasse in Oost-Indië.

Uit de NRC van 29 juni 1852
Uit het Algemeen Handelsblad van 30 juni 1853
Klik op de afbeeldingen voor een vergroting

Na zijn ambtenarenexamen keerde hij terug naar 's-Heerenberg, waar hij op 18 november 1853 trouwde met Julia Henrica Carolina Albertina van Lawick van Pabst, geboren te Antwerpen op 20 juni 1829 als dochter van Diederik Jacob Adrianus Albertus baron van Lawick van Pabst, gepensioneerd kapitein, en Maria Elisabeth de Braconier. Zijn bruid woonde tot haar huwelijk met haar vader en broers en zusters op Huis Bergh. Haar moeder was in 1840 in Groningen overleden.

Het eerste verblijf in Nederlands-Indië

Op 1 maart 1854 werd het echtpaar uitgeschreven uit het bevolkingsregister van de gemeente Bergh wegens vertrek naar Nederlands-Indië. Van Nispens eerste standplaats daar was Pati in de residentie Japara op Midden-Java. Hij was daar een lagere bestuursambtenaar met de titel controleur der 3e klasse. Op 1 december 1854 werd in Pati zijn eerste kind geboren; dochter Maria. Van december 1855 tot maart 1860 was hij gestationeerd in Madioen op Oost-Java. In die periode werden nog drie dochters geboren, van wie er twee al heel jong overleden. In maart 1860, na zijn bevordering tot controleur der 2e klasse, werd hij overgeplaatst naar Pasoeroean, dat eveneens op Oost-Java ligt. Al in september 1860 schoof hij door naar zijn volgende post en werd secretaris van de residentie Kedoe op Midden-Java.

In januari 1861 kreeg hij wegens ziekte twee jaar verlof naar Nederland. Eind juni van dat jaar arriveerde hij met het schip Ouderkerk aan den Amstel in Brouwershaven op Schouwen-Duiveland. Hij was in gezelschap van zijn vrouw, zijn twee dochters en een kindermeisje. Het gezin bracht althans een deel van zijn verlof door in 's-Heerenberg, waar op 20 januari 1862 dochter Jeanne Julie werd geboren. Helaas overleed het meisje op 16 februari, nog geen maand oud.

Uit de Java-Bode van 9 december 1854
Uit de Java-Bode van 19 oktober 1861
Uit De Oostpost van 1 maart 1860
Uit de NRC van 29 oktober 1861

Het tweede verblijf in Nederlands-Indië

Eind maart 1863 kwamen Van Nispen en zijn gezin met het schip Anna & Sophia aan in Batavia. Tijdens de zeereis was zijn vrouw hoogzwanger, want kort na aankomst in Batavia werd op 1 april de eerste zoon geboren, Alfred. Aan boord van de Anna & Sophia was ook Van Nispens broer. Het is niet zonder meer duidelijk om welke broer het gaat, maar het ligt voor de hand dat dit Willibald Dagobert was.

Na terugkeer in Indië werd Van Nispen benoemd tot assistent-resident van Anjer op West-Java. Hiermee had hij de op drie na hoogste positie die een bestuursambtenaar in Nederlands-Indië kon bereiken. Na Anjer was hij nog assistent-resident op een tweetal posten elders op Java. In deze periode werden twee kinderen geboren, een zoon en een dochter, maar de zoon overleed al na een paar weken.

In augustus 1872 maakte hij promotie en werd resident van Krawang op West-Java. Een jaar later werd hij in dezelfde functie overgeplaatst naar Pasoeroen op Oost-Java (waar hij twaalf jaar eerder als controleur had gewerkt). Het hoogtepunt van zijn carrière bereikte hij toen hij met ingang van 5 september 1877 werd benoemd tot resident van Batavia.

Op 14 mei 1879 werd hij benoemd tot Ridder in Orde van de Nederlandse Leeuw.

Uit De Oostpost van 13 augustus 1863
Uit de Java-Bode van 15 augustus 1877
Uit de NRC van 29 november 1866
Uit de Java-Bode van 5 februari 1880

Terug naar Nederland

Met ingang van 4 maart 1880 kreeg hij wegens ziekte twee jaar verlof naar Nederland. Hij was toen 52 jaar oud. Dit verlof werd twee keer, in februari en in augustus 1882, met een half jaar verlengd. Over de aard van zijn ziekte zijn geen gegevens voorhanden, maar het lijkt erop dat hij zich ook na drie jaar in Nederland niet sterk genoeg voelde om terug te gaan naar de tropen. Hij vroeg ontslag aan en werd per 1 april 1883 ontheven uit 's lands dienst.

Hij overleed op 13 juli 1892 in Den Haag, een maand voor hij 65 zou zijn geworden. Zijn vijf volwassen geworden kinderen woonden toen allemaal nog in Nederlands-Indië.

Ook zijn broers Willibald Dagobert en Gneomar Adalbert hebben in Nederlands-Indië gewoond.

Uit Het Nieuws van den Dag van 16 juli 1892
Uit De Locomotief van 19 juli 1892

Bronnen