Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Kieken, Johannes
Johannes Kieken was vanaf omstreeks 1821 tot 1844 commies in de gemeente Bergh. Hij begon in 's-Heerenberg en werd in 1829 overgeplaatst naar Beek. Zijn functietitel luidde voluit kommies te voet van de 2e klasse bij de in- en uitgaande regten en accijnzen.
Kieken werd op 27 april 1791 gedoopt in Gorinchem als zoon van Jan Kieken en Jacoba van Oorschot. Hij trouwde op 1 juni 1812 in Druten met Christina van der Heijden, gedoopt aldaar op 6 januari 1783 als dochter van Adrianus van der Heijden en Henrica van Belkom. De huwelijksakte is in het Frans, omdat Nederland in die tijd door Frankrijk geannexeerd was. De akte vermeldt als Kiekens beroep preposé des douanes imperiales, bediende bij de keizerlijke douane.
De kinderen uit dit huwelijk waren:
Geboren in Leiden:
Geboren in Druten:
|
|
Kiekens vrouw overleed op 30 augustus 1841 in Beek, 58 jaar oud. In haar memorie van successie, afgegeven in Terborg op 2 november 1841, worden naast haar man zes van haar kinderen genoemd. Willemina, die dan nog leeft, ontbreekt om onduidelijke reden, maar Adrianus wordt wel genoemd, ook al is hij in 1838 al overleden. Er staat: Adrianus Kieken in Militairen dienst bij de Oost Indiesche troepen in Garnizoen of gedetacheerd op het Eiland Surabaija in Oost-Indië. Had zijn familie drie jaar na zijn dood nog steeds geen officieel bericht van overlijden ontvangen? Zijn overlijden staat vermeld in de Almanak en naamregister van Nederlandsch-Indië voor het jaar 1939, maar het ziet ernaar uit dat niemand uit zijn familie- of kennissenkring dat gezien heeft.
Kieken hertrouwde op 8 januari 1842 met Grada (Gerritje) Meurs, op 3 juli 1815 geboren in Beek als dochter van Gerrit Meurs en Janna Helmes. Met haar had hij een dochter.
- Johanna Christina (Beek, 24 november 1842 – Nijmegen, 19 augustus 1898)
De trouwakte van 1842 vermeldt Kiekens beroep niet, maar in de geboorteakte van zijn jongste dochter staat hij nog steeds als commies te boek.
Op 1 augustus 1844 verhuisde hij met zijn tweede vrouw en nog thuiswonende kinderen van Beek naar Doetinchem. Daar overleed hij op 10 oktober 1848, 57 jaar oud. In zijn memorie van successie, opgemaakt op 10 januari 1850, staat hij te boek als gepensioneerd Ambtenaar der Belastingen. Hij had dus zijn hele beroepsleven bij de belastingdienst gewerkt; het grootste deel daarvan in Bergh.
De memorie van successie is ondertekend door de vijf nog levende kinderen uit zijn eerste huwelijk. Het bericht dat Adrianus in 1838 in Nederlands-Indië is overleden, heeft de familie nu blijkbaar bereikt, want hij wordt nu niet genoemd. Kiekens tweede vrouw tekende voor zijn jongste dochter, die nog minderjarig was. Verder tekende Joseph de Muyser, de echtgenoot van zijn dochter Petronella. Hij was een telg uit een Luxemburgs geslacht van industriëlen en op 2 juni 1842 in Luxemburg met Petronella getrouwd. Ten tijde van het overlijden van haar moeder in 1841 was zij al dienstbaar te Luxemburg.
Zijn tweede vrouw overleed in Doesburg op 11 januari 1893, 76 jaar oud.