Overmeer, Willebrordus Franciscus Assuerus

Willebrordus Franciscus Assuerus (Wybo) Overmeer was 1911 tot 1914 kapelaan van de parochie Zeddam. Hij werd op 3 februari 1876 geboren in Leeuwarden als zoon van Taede Overmeer en Geertruida Martina Schräder.

Overmeer begon zijn priesteropleiding in oktober 1894 aan het kleinseminarie in Culemborg. Al in november van het volgende jaar zette hij zijn studie voort aan het grootseminarie Rijsenburg in Driebergen.

Op 15 augustus 1899 werd hij in Utrecht tot priester gewijd. Daarna was hij kapelaan in een aantal plaatsen, waarvan de Zeddam de laatste was. Hij was er van 7 april 1911 tot 1914 werkzaam onder pastoor Willems en onder diens opvolger pastoor De Graaff. Hijzelf was de opvolger van kapelaan Simons. Bij zijn vertrek uit Zeddam werd hij opgevolgd door kapelaan Jongerius.

Bij zijn vertrek uit Zeddam werd Overmeer pastoor van Heeg in Friesland. Hier werd hij bij koninklijk besluit nr. 17 van 27 aug 1932 benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau.

In 1937 werd hij pastoor van het naburige Sint Nicolaasga, waar hij op 7 april 1946 op 70-jarige leeftijd overleed. Op 10 april werd hij begraven in het priestergraf op het r.-k. kerkhof in Sint Nicolaasga.

In Sint Nicolaasga hebben nog twee pastoors met een Berghse achtergrond gestaan, namelijk Antonius Smeenk (van 1883 tot 1893) en Reinier Hegge (van 1969 tot 1976). A.W. Veenhuis was er van 1945 tot 1948 kapelaan. Overmeer overleed kort na Veenhuis' aankomst.

Vermelding van Overmeers benoeming in dagblad Het Centrum van 4 april 1911. Toevallig worden in hetzelfde bericht benoemingen van de latere Berghse pastoors Galama en Van Sonsbeeck genoemd.

Uit de Leeuwarder Courant van 10 april 1946

Bronnen

• Archief Leeuwarder Courant
• Bevolkingsregister Bergh
• Delpher
• Parochie Zeddam 1150-1975, blz. 59
• WieWasWie
• Nationaal Archief, Kanselarij der Nederlandse Orden, index gedecoreerden (pdf)
• Online-begraafplaatsen