Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !
Guliksche goederen: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met 'De '''Gulikse goederen''' in de Overbetuwe waren onroerende goederen die de hertog van Gelre in 1523 had overgedragen aan [[Oswald II van den Bergh]…') |
(aanvulling Bücker) |
||
Regel 3: | Regel 3: | ||
De goederen hadden behoord aan de hertogen van Gulik toen de hertogdommen Gelre en Gulik (in het Duits ''Jülich'') in de periode [[1371]]–[[1423]] in een personele unie verbonden waren. Toen de hertog van Gulik in 1423 kinderloos overleed, werd de unie verbroken en kwam Gelre aan het Huis van Egmond. | De goederen hadden behoord aan de hertogen van Gulik toen de hertogdommen Gelre en Gulik (in het Duits ''Jülich'') in de periode [[1371]]–[[1423]] in een personele unie verbonden waren. Toen de hertog van Gulik in 1423 kinderloos overleed, werd de unie verbroken en kwam Gelre aan het Huis van Egmond. | ||
− | De Gulikse goederen lagen verspreid onder | + | De Gulikse goederen lagen verspreid onder Andelst, Bemmel, [[Driel]], Elden, Elst, Gendt, [[Heteren]] en Randwijk. De teruggave van de heerlijkheid [[Haps]] vond tegelijk met de overdracht van deze goederen plaats. |
+ | |||
+ | In mei [[1736]] stelde de [[Cartografen|gezworen landmeter]] [[Bücker, Theodorus|Theodorus Bücker]] een ''summarisser register'' (beknopte lijst) op van de Guliksche goederen van [[Frans Willem van Hohenzollern-Bergh|graaf Frans Willem]] in Heteren, Randwijk en Elst. De aanhef van de lijst luidt: | ||
+ | |||
+ | ::''Summarisser Register Aller Bowhoeven en Goedern tot Heteren, Randewijck en Elst<br>Sijn Hoogh Graeffelicke Excellentie De Heere Graeff Van Den Bergh toebehoerende,<br>zo groot befunden als Volget:'' | ||
+ | |||
+ | Er volgt per ''bowhoff'' de grootte in roeden van de bijbehorende percelen met een aanduiding van het gebruik (weiland, bouwland, boomgaard enz.) | ||
+ | |||
+ | *''Den bowhoff Leege Woert | ||
+ | *''De Landerijen onder [[Heterse molen|Den Moelen]] gehoerende | ||
+ | *''[[Kasteel Nijerborch|Dat Neirborgh]] | ||
+ | *''Den Beverpoll | ||
+ | *''Den Beginnen Werht | ||
+ | *''Den Nootenboom | ||
+ | *''Den Middel Werht | ||
De goederen vererfden in rechte lijn, maar werden stap voor stap verkocht. In [[1796]] en [[1798]] verkocht [[Anton Alois van Hohenzollern-Sigmaringen|vorst Anton Alois van Hohenzollern- Sigmaringen]] de laatste restanten. Bij de laatste verkoop bestond het bezit onder Elst nog uit één boerderij met een stuk land van ongeveer tachtig morgen. | De goederen vererfden in rechte lijn, maar werden stap voor stap verkocht. In [[1796]] en [[1798]] verkocht [[Anton Alois van Hohenzollern-Sigmaringen|vorst Anton Alois van Hohenzollern- Sigmaringen]] de laatste restanten. Bij de laatste verkoop bestond het bezit onder Elst nog uit één boerderij met een stuk land van ongeveer tachtig morgen. | ||
− | == | + | == Bronnen == |
*[[Het archief van het Huis Bergh (boek)]], blz. 142–143 | *[[Het archief van het Huis Bergh (boek)]], blz. 142–143 | ||
+ | *[[Archief Huis Bergh]], inventarisnummer 5609 | ||
[[Categorie:Berghse bezittingen]] | [[Categorie:Berghse bezittingen]] |
Versie van 13 apr 2018 om 16:02
De Gulikse goederen in de Overbetuwe waren onroerende goederen die de hertog van Gelre in 1523 had overgedragen aan Oswald II van den Bergh. De hertog was een achterneef van graaf Oswalds moeder Anna van Egmond.
De goederen hadden behoord aan de hertogen van Gulik toen de hertogdommen Gelre en Gulik (in het Duits Jülich) in de periode 1371–1423 in een personele unie verbonden waren. Toen de hertog van Gulik in 1423 kinderloos overleed, werd de unie verbroken en kwam Gelre aan het Huis van Egmond.
De Gulikse goederen lagen verspreid onder Andelst, Bemmel, Driel, Elden, Elst, Gendt, Heteren en Randwijk. De teruggave van de heerlijkheid Haps vond tegelijk met de overdracht van deze goederen plaats.
In mei 1736 stelde de gezworen landmeter Theodorus Bücker een summarisser register (beknopte lijst) op van de Guliksche goederen van graaf Frans Willem in Heteren, Randwijk en Elst. De aanhef van de lijst luidt:
- Summarisser Register Aller Bowhoeven en Goedern tot Heteren, Randewijck en Elst
Sijn Hoogh Graeffelicke Excellentie De Heere Graeff Van Den Bergh toebehoerende,
zo groot befunden als Volget:
- Summarisser Register Aller Bowhoeven en Goedern tot Heteren, Randewijck en Elst
Er volgt per bowhoff de grootte in roeden van de bijbehorende percelen met een aanduiding van het gebruik (weiland, bouwland, boomgaard enz.)
- Den bowhoff Leege Woert
- De Landerijen onder Den Moelen gehoerende
- Dat Neirborgh
- Den Beverpoll
- Den Beginnen Werht
- Den Nootenboom
- Den Middel Werht
De goederen vererfden in rechte lijn, maar werden stap voor stap verkocht. In 1796 en 1798 verkocht vorst Anton Alois van Hohenzollern- Sigmaringen de laatste restanten. Bij de laatste verkoop bestond het bezit onder Elst nog uit één boerderij met een stuk land van ongeveer tachtig morgen.
Bronnen
- Het archief van het Huis Bergh (boek), blz. 142–143
- Archief Huis Bergh, inventarisnummer 5609