Bijdragen aan Berghapedia? Klik hier om je aan te melden !

Bluemers, Theodorus Antonius Johannes: verschil tussen versies

Uit Berghapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
k (interne link)
(Aanvulling uit 100 Jaar "Sint Jan" Kilder)
 
Regel 1: Regel 1:
 
[[Bestand:Pastoor Bluemers.jpg|right|200px]]
 
[[Bestand:Pastoor Bluemers.jpg|right|200px]]
'''Theodorus Antonius Johannes Bluemers''' werd op 6 april [[1846]] geboren te [[Arnhem]] als zoon van Johannes Christianus Hendrikus Bluemers en Helena Wanders.
+
'''Theodorus Antonius Johannes Bluemers''' was de eerste [[Pastoors en Kapelaans|pastoor]] van de parochie [[St. Jan de Doper]] in [[Kilder]]. Hij werd op 6 april [[1846]] geboren in [[Arnhem]] als zoon van Johannes Christianus Hendrikus Bluemers en Helena Wanders.
  
 
Bluemers werd op 15 augustus [[1869]] in Utrecht tot priester gewijd en daarna benoemd tot kapelaan in Hilversum. In [[1871]] werd hij rector in Montfoort, in [[1872]] kapelaan in [[Zevenaar|Oud-Zevenaar]], in [[1873]] kapelaan in Eemnes en in [[1877]] kapelaan in [[gemeente Hengelo|Keijenborg]].  
 
Bluemers werd op 15 augustus [[1869]] in Utrecht tot priester gewijd en daarna benoemd tot kapelaan in Hilversum. In [[1871]] werd hij rector in Montfoort, in [[1872]] kapelaan in [[Zevenaar|Oud-Zevenaar]], in [[1873]] kapelaan in Eemnes en in [[1877]] kapelaan in [[gemeente Hengelo|Keijenborg]].  
  
In Keijenborg kreeg hij zin bouwpastoor te worden; een wens die hij kon vervullen nadat hij in [[Doetinchem]] tijdens het jaarlijkse veertigurengebed met pastoor Kleve van [[Wehl]] had gesproken. Pastoor Kleve had erover geklaagd dat de kerk in Wehl te klein was: veel kerkgangers moesten zondags bij de kerkdeur blijven staan. Toen een paar jaar later de stichting van de parochie Kilder werd aangekondigd, kreeg Bluemers op 8 juni [[1884]] een brief van deken Van Oppenraay van het dekenaat [[Zutphen]] met het verzoek bouwpastoor in Kilder te worden. Waarschijnlijk heeft de deken dit gedaan op aanraden van pastoor Kleve. Aangezien al enkele kapelaans dit aanbod hadden afgewezen (zij wilden geen "missiepater" worden), was de deken blij dat Bluemers het aanbod aannam. Ter voorbereiding werd hij benoemd tot assistent in Wehl, van welke parochie de nieuwe parochie Kilder zou worden afgesplitst. De bouw van [[St. Jan de Doper|de kerk]] en [[Pastorie Kilder|de pastorie]] betaalde hij voor een groot deel uit eigen middelen. Op 18 juni [[1886]] werd hij Kilders eerste pastoor.
+
In Keijenborg kreeg hij zin bouwpastoor te worden; een wens die hij kon vervullen nadat hij in [[Doetinchem]] tijdens het jaarlijkse veertigurengebed met pastoor Kleve van [[Wehl]] had gesproken. Pastoor Kleve had erover geklaagd dat de kerk in Wehl te klein was: veel kerkgangers moesten zondags bij de kerkdeur blijven staan. Toen een paar jaar later de stichting van de parochie Kilder werd aangekondigd, kreeg Bluemers op 8 juni [[1884]] een brief van deken Van Oppenraay van het dekenaat [[Zutphen]] met het verzoek bouwpastoor in Kilder te worden. Waarschijnlijk heeft de deken dit gedaan op aanraden van pastoor Kleve. Aangezien al enkele kapelaans dit aanbod hadden afgewezen (zij wilden geen "missiepater" worden), was de deken blij dat Bluemers het aanbod aannam. Ter voorbereiding werd hij benoemd tot assistent in Wehl, van welke parochie de nieuwe parochie Kilder zou worden afgesplitst. Aan de bouw van [[St. Jan de Doper|de kerk]] en [[Pastorie Kilder|de pastorie]] heeft hij een groot deel van zijn eigen vermogen besteed. Op 18 juni [[1886]] werd hij Kilders eerste pastoor.
 +
 
 +
In de herinnering van de parochianen die hem hebben gekend, was hij een goed en mild man. Aan zijn kleding besteedde hij weinig aandacht – wellicht dat hij zodoende in een groenachtige toog liep. Zijn geld besteedde hij liever aan zijn kerk. De [[Laetare-basisschool|lagere school]] was in zijn tijd nog een openbare school, zodat hij na de ochtendmis ''kinderleer'' gaf. Dat was steeds weer een feest, omdat de kinderen het er voor het zeggen hadden. Maar wie de catechismus niet kende, kon een tik over de vingers krijgen.
  
 
Pastoor Bluemers overleed in Kilder op 17 april [[1915]], 69 jaar oud, en werd op [[Begraafplaats Kilder|het kerkhof]] van zijn kerk begraven. Zijn opvolger was [[Welling, Hendrikus|pastoor Welling]]. De [[Pastoor Bluemersstraat]] is naar hem genoemd.
 
Pastoor Bluemers overleed in Kilder op 17 april [[1915]], 69 jaar oud, en werd op [[Begraafplaats Kilder|het kerkhof]] van zijn kerk begraven. Zijn opvolger was [[Welling, Hendrikus|pastoor Welling]]. De [[Pastoor Bluemersstraat]] is naar hem genoemd.
  
Bij het zestigjarig bestaan van de parochie in [[1946]] werd een gebrandschilderd gedachtenisraam voor hem onthuld. Het is gemaakt door [[Randag, Pater Humbert|pater Humbert Randag]] en toont pastoor Bluemers met Johannes de Doper en het Lam Gods. Onderaan zijn de wapens van de [[Wapen van 's-Heerenberg|gemeente Bergh]] en de gemeente [[Wehl]] afgebeeld, op wier grondgebied de parochie Kilder lag. Het hoofd van Johannes de Doper is ooit beschadigd en op minder geslaagde wijze vervangen.
+
Bij het zestigjarig bestaan van de parochie in [[1946]] werd een gebrandschilderd gedachtenisraam voor hem onthuld. Dit glas-in-loodraam is gemaakt door [[Randag, Pater Humbert|pater Humbert Randag]] en toont pastoor Bluemers met Johannes de Doper en het Lam Gods. Onderaan zijn de wapens van de [[Wapen van 's-Heerenberg|gemeente Bergh]] en de gemeente [[Wehl]] afgebeeld, op wier grondgebied de parochie Kilder lag. Het hoofd van Johannes de Doper is ooit beschadigd en op minder geslaagde wijze vervangen.
  
 
{|
 
{|
 
|- valign=top
 
|- valign=top
|[[Bestand:Pastoor Bluemers 19150420 Centrum.JPG|thumb|300px|'''Uit dagblad ''Het Centrum'' van 20 april 1915]]
+
|[[Bestand:Pastoor Bluemers 19150420 Centrum.JPG|thumb|300px|<center>'''Uit dagblad ''Het Centrum'' van 20 april 1915</center>]]
 
|[[Bestand:Raam Bluemers Randag Kilder.jpeg|thumb|300px|<center>'''Het gebrandschilderde gedachtenisraam</center>]]
 
|[[Bestand:Raam Bluemers Randag Kilder.jpeg|thumb|300px|<center>'''Het gebrandschilderde gedachtenisraam</center>]]
 
|}
 
|}

Huidige versie van 9 mei 2022 om 04:31

Pastoor Bluemers.jpg

Theodorus Antonius Johannes Bluemers was de eerste pastoor van de parochie St. Jan de Doper in Kilder. Hij werd op 6 april 1846 geboren in Arnhem als zoon van Johannes Christianus Hendrikus Bluemers en Helena Wanders.

Bluemers werd op 15 augustus 1869 in Utrecht tot priester gewijd en daarna benoemd tot kapelaan in Hilversum. In 1871 werd hij rector in Montfoort, in 1872 kapelaan in Oud-Zevenaar, in 1873 kapelaan in Eemnes en in 1877 kapelaan in Keijenborg.

In Keijenborg kreeg hij zin bouwpastoor te worden; een wens die hij kon vervullen nadat hij in Doetinchem tijdens het jaarlijkse veertigurengebed met pastoor Kleve van Wehl had gesproken. Pastoor Kleve had erover geklaagd dat de kerk in Wehl te klein was: veel kerkgangers moesten zondags bij de kerkdeur blijven staan. Toen een paar jaar later de stichting van de parochie Kilder werd aangekondigd, kreeg Bluemers op 8 juni 1884 een brief van deken Van Oppenraay van het dekenaat Zutphen met het verzoek bouwpastoor in Kilder te worden. Waarschijnlijk heeft de deken dit gedaan op aanraden van pastoor Kleve. Aangezien al enkele kapelaans dit aanbod hadden afgewezen (zij wilden geen "missiepater" worden), was de deken blij dat Bluemers het aanbod aannam. Ter voorbereiding werd hij benoemd tot assistent in Wehl, van welke parochie de nieuwe parochie Kilder zou worden afgesplitst. Aan de bouw van de kerk en de pastorie heeft hij een groot deel van zijn eigen vermogen besteed. Op 18 juni 1886 werd hij Kilders eerste pastoor.

In de herinnering van de parochianen die hem hebben gekend, was hij een goed en mild man. Aan zijn kleding besteedde hij weinig aandacht – wellicht dat hij zodoende in een groenachtige toog liep. Zijn geld besteedde hij liever aan zijn kerk. De lagere school was in zijn tijd nog een openbare school, zodat hij na de ochtendmis kinderleer gaf. Dat was steeds weer een feest, omdat de kinderen het er voor het zeggen hadden. Maar wie de catechismus niet kende, kon een tik over de vingers krijgen.

Pastoor Bluemers overleed in Kilder op 17 april 1915, 69 jaar oud, en werd op het kerkhof van zijn kerk begraven. Zijn opvolger was pastoor Welling. De Pastoor Bluemersstraat is naar hem genoemd.

Bij het zestigjarig bestaan van de parochie in 1946 werd een gebrandschilderd gedachtenisraam voor hem onthuld. Dit glas-in-loodraam is gemaakt door pater Humbert Randag en toont pastoor Bluemers met Johannes de Doper en het Lam Gods. Onderaan zijn de wapens van de gemeente Bergh en de gemeente Wehl afgebeeld, op wier grondgebied de parochie Kilder lag. Het hoofd van Johannes de Doper is ooit beschadigd en op minder geslaagde wijze vervangen.

Uit dagblad Het Centrum van 20 april 1915
Het gebrandschilderde gedachtenisraam


Bronnen